Rekenen met variabelen

Rekenen met variabelen

1 / 22

Slide 1: Slide

WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Rekenen met variabelen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

Quiz maken alleen
Extra uitleg óf opgaven maken

Slide 2 - Slide

Je leert hoe je formules korter schrijft door

gelijksoortige termen samen te nemen
factoren met elkaar te vermenigvuldigen

Je leert hoe je bij formules met machten de gelijksoortige termen herkent.

Slide 3 - Slide

Welke formule kun je korter schrijven?

2 b + 4 + 8 b

2 a + 5 + 3 b

3 \cdot 5 + 2 \cdot 17

2 + 8 a + 10 z

Slide 4 - Quiz

Schrijf zo kort mogelijk

9 - 2 b + 13 + 10 b

Slide 5 - Open question

Welke formule hoort bij

64 b^{​ 2 ​ ​}

2 b \cdot 4 \cdot 8 b

2 a \cdot 5 \cdot 3 b

3 \cdot 5 b + 2 \cdot 3 b

2 \cdot 8 a \cdot 10 z

Slide 6 - Quiz

Hoe groot is de omtrek?
Kun je ook een formule
bedenken voor de omtrek?

6cm breed

2cm hoog

Slide 7 - Open question

1 zijde rode vierkant is lengte k
Hoe groot is oppervlakte 1 hokje?
Hoe groot is oppervlakte hele vierkant?

Slide 8 - Open question

Wat is het kortste antwoord?

64 b^{​ 2 ​ ​} - 6 - 30 b^{​ 2 ​ ​}

34 b - 6

34 b^{​ 2 ​ ​} - 6

8 b - 6

64 b^{​ 2 ​ ​} - 6 - 30 b^{​ 2 ​ ​}

Slide 9 - Quiz

Wat is het kortste antwoord?

64 b^{​ 2 ​ ​} - 64 b^{​ 2 ​ ​}

0 b^{​ 2 ​ ​}

64

64 b

0

Slide 10 - Quiz

Welke termen zijn gelijksoortig?

4 x^{​ 2 ​ ​}

x^{​ 2 ​ ​}

4 x

4

Slide 11 - Quiz

Leerdoelen

Je leert wat kwadranten zijn.

Je leert hoe je bij een lineaire grafiek een formule opstelt.

Je leert een kwadratische formule herkennen en een grafiek erbij tekenen

Je leert hoe je onderzoekt of een punt op een grafiek ligt.

Slide 12 - Slide

1e kwadrant

2e kwadrant

3e kwadrant

4e kwadrant

(-4,5)

(2,-3)

(6,3)

(-1,-2)

Slide 13 - Drag question

Teken de grafiek die hoort bij de prijs van een swirl ijsje. Deze start bij 3 euro. Elk ingrediënt extra is 1 euro.

Slide 14 - Open question

Wat is de goede volgorde bij het opstellen van de formule van een lineaire grafiek?

y= .... * x + .....

Voor x is stijging en laatste ... beginpunt

Lees af hoeveel de grafiek stijgt of daalt in 1 horizontale stap.

Noem paar punten in tabel en lees de beginwaarde af (x=0)

Slide 15 - Drag question

Wat is een kwadratische functie?

5 x - 10

2 x^{​ 2 ​ ​} - 10

5 x + 10

10

Slide 16 - Quiz

Welke formule
hoort bij de grafiek?

5 x + 10

2 x - 10

5 x - 10

10

Slide 17 - Quiz

Welke punten liggen op de grafiek

y = 2 x^{​ 2 ​ ​} + 3

(2, 11)

(0, 3)

(3, 0)

(1, 4)

Slide 18 - Quiz

Teken de grafiek

x^{​ 2 ​ ​} + 6

Slide 19 - Open question

Hoe gingen deze quiz vragen?

😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Welke vragen heb je nog ?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide