1.3 Vermogen en energie 3k

Pak je boeken, je chromebook en je etui!
Natuurkunde
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Pak je boeken, je chromebook en je etui!
Natuurkunde

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?

  • Herhalen 1.2
  • Opdrachten maken 1.2
  • Test jezelf 1.2
  • Uitleg vermogen
  • Oefenen berekenen
  • Afsluiten

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

De huisinstallatie

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Draden in huis

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Kortsluiting

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Overbelasting

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Zelfstandig aan het werk
Maak opdracht 6 t/m 17
Blz. 25 t/m 31
timer
12:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hoe gaat 1.2?
Ga in de digitale methode naar 1.2 en maak test jezelf.


Klaar?
Start met het lezen en maken van 1.3 Vermogen en energie




timer
5:00

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vermogen en energie

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Waarom zijn alle apparaten in huis parallel aangesloten?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Fasedraad
Nuldraad
Schakeldraad

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Leg uit hoe kortsluiting kan ontstaan

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Hoe kan overbelasting ontstaan?

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Waarom zijn er in huis meerdere groepen

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Wat moet je kennen/kunnen?
Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met het vermogen van een apparaat.
Je kunt berekeningen uitvoeren met spanning, stroomsterkte en vermogen.
Je kunt uitleggen hoe het verbruik van elektrische energie in huis wordt gemeten.
Je kunt het energieverbruik van elektrische apparaten berekenen in kWh.
Je kunt berekenen hoeveel je voor de verbruikte elektrische energie moet betalen.
Je kunt beschrijven welke grootheden je af kunt lezen op een energiemeter. (extra stof)

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Vermogen
De hoeveelheid energie die een apparaat per seconde verbruikt.

Slide 18 - Slide

Lampen met verschillende vermogens laten zien
P = U x I
P = vermogen                  in watt (W)
U = spanning                   in volt (V)
I = stroomsterkte           in ampère (A)






De hoeveelheid elektrische energie die een apparaat per seconde verbruikt
Hoeveelheid elektrische energie die de stroom met zich mee draagt. 
Hoeveelheid stroomdeeltjes die per seconde langs komen

Slide 19 - Slide

Demo lampje p = u x i checken
P = U x I
P = vermogen             in watt (W)
U = spanning              in volt (V)
I = stroomsterkte      in ampère (A)

Op een lader van een telefoon
staat 6 V en 2 A. Hoe groot is
Het het vermogen van deze lader?




Gegeven
Gevraagd
Oplossing

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

antwoord
gegeven     U = 6 V
                        I   = 2 A
gevraagd    P = ? W
oplossing    P  =   U  x I   =   6  x 2  = 12 W

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Oefenen met vermogen
Opdracht 1 en 2 samen
Opdracht 3 en 4 zelfstandig

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

P = U x I
Het kan zijn dat je niet het vermogen (P) moet berekenen, maar bijvoorbeeld de spanning. 

Hiervoor kan je de driehoek hiernaast gebruiken.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Oefenen met vermogen
Opdracht 5 en 6 samen
Opdracht 7 t/m 12 zelfstandig

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Kilo- en milli-
Soms staan je gegeven nog niet in de goede eenheid. Dan moet je ze eerst nog omrekenen.

Kilo 1000 x zo groot
Milli 1000 x zo klein

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Oefenen met vermogen
Opdracht 13 samen
Opdracht 14 zelfstandig

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Op een fietslampje staat 0,3 A en 15 V
Bereken het vermogen van dat lampje.

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

E = P x t
E = energieverbruik        in kilowattuur (kWh)
P = vermogen                    in kilowatt (kW)
t = tijd                                    in uur (h)


Slide 28 - Slide

This item has no instructions

E = P x t
E = energieverbruik        in kilowattuur (kWh)
P = vermogen                    in kilowatt (kW)
t = tijd                                    in uur (h)

Een lamp met een vermogen van 15W 
brandt de hele avond (18:00 - 23:00)
Bereken hoeveel energie de lamp verbruikt.
Gegeven
Gevraagd
Oplossing

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

antwoord
gegeven     P = 15 W = 0,015 kW
                        t = 5 h
gevraagd    E = ? kWh
oplossing    E  =   P  x t   =   0,015  x 5  = 0,075 kWh

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Een telefoon moet om op te laden 3 uur aan de lader. De lader heeft een vermogen van 10 W. Hoeveel energie gaat er in die tijd in de telefoon?

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Op een zaklamp staat: 50 V en 2 A. De zaklamp staat 10 uren aan. Bereken de energie die deze zaklamp verbruikt in die tijd.

Slide 32 - Open question

This item has no instructions

Aan het werk
Opdrachten of proefjes maken

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Link

This item has no instructions

Antwoord:

Slide 35 - Open question

This item has no instructions