8.2: Bouw en werking van het oog

8.2: De werking van het oog
  • Je kunt de beeldvorming door de ooglezen uitleggen.
  • Je kunt uitleggen hoe de pupilreflex werkt.
  • Je kunt de bouw en werking van het netvlies uitleggen.
  • Je kunt uitleggen hoe je diepte kunt zien.
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

8.2: De werking van het oog
  • Je kunt de beeldvorming door de ooglezen uitleggen.
  • Je kunt uitleggen hoe de pupilreflex werkt.
  • Je kunt de bouw en werking van het netvlies uitleggen.
  • Je kunt uitleggen hoe je diepte kunt zien.

Slide 1 - Slide

Welke delen van het oog zijn betrokken bij lichtbreking?
A
Hoornvlies, glasachtig lichaam
B
Iris en lens
C
Netvlies en hoornvlies
D
Vaatvlies en netvlies

Slide 2 - Quiz

Welke vorm nemen spieren aan wanneer ze samentrekken? In welke afbeelding is dit het geval?
A
Ze worden korter en dikker, afbeelding 2
B
Ze worden langer en platter, afbeelding 1
C
Ze worden korter en dikker, afbeelding 1
D
Ze worden langer en platter, afbeelding 2

Slide 3 - Quiz

Welk type geslepen glas convergeert (buigt de lichtstralen naar elkaar toe) lichtstralen?
Noemen we dit positieve of negatieve glazen?
A
Hol geslepen glazen, positief
B
Bol geslepen glazen, negatief
C
Hol geslepen glazen, negatief
D
Bol geslepen glazen, positief

Slide 4 - Quiz

Door welk(e) deel/delen van het zenuwstelsel worden reflexen geregeld?
A
Autonoom
B
Animaal

Slide 5 - Quiz

Welk type zintuigcellen vind je niet in de gele vlek?
A
Kegeltjes (voor het waarnemen van kleuren)
B
Staafjes (voor het waarnemen van grijstinten)

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Je kunt de beeldvorming door de ooglezen uitleggen.

Uitleg bij deze animatie over accommoderen.

Uitleg bij deze slides over bijziendheid en verziendheid.

Slide 8 - Slide

Aan de slag!
Opgaven 13, 14 en 15

Slide 9 - Slide

Je kunt uitleggen hoe de pupilreflex werkt.

Uitleg bij deze animatie over een kringspiertje en meerdere lengtespiertjes in de iris.

Bij dezelfde animatie uitleg over hoe de reflex tot stand komt, via de hersenstam d.m.v. negatieve terugkoppeling.
(bij te veel licht op het netvlies, komt de reflex tot stand. Hierdoor wordt de hoeveelheid licht beperkt.)

Slide 10 - Slide

Aan de slag!
Opgaven 16, 19, 23, 24, 26, 27, 28 

Slide 11 - Slide

Je kunt de bouw en werking van het netvlies uitleggen.

Uitleg a.h.v. deze animatie van het netvlies.

Speciale aandacht voor: 
  • Kegeltjes (rood, groen, blauw) - in de gele vlek liggen álleen kegeltjes
  • Staafjes (grijstinten)
  • Het zichtbare spectrum 
  • De richting van het licht (dwars door alle celtypen, behalve de pigmentcellen en dan als impuls weer "terug")

Slide 12 - Slide

Aan de slag! Kalfsoog - buitenzijde
Teken en benoem deze onderdelen:
  • Harde oogvlies
  • Oogzenuw
  • Hoornvlies
  • Pupil

Slide 13 - Slide

Aan de slag! Kalfsoog - binnenzijde
Teken en benoem deze onderdelen:
  • Netvlies
  • Gele vlek
  • Blinde vlek
  • Vaatvlies

Slide 14 - Slide

Aan de slag!
Opgaven 17, 18, 20, 21, 22

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Je kunt uitleggen hoe je diepte kunt zien.
  • De twee ogen staan op iets verschillende plaatsen.

  • Beelden zijn dus ook een tikje verschillend.

  • Hersenen combineren deze beelden.

Slide 17 - Slide