Olympische Spelen

Olympische Spelen 2018
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Lichamelijke opvoedingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Olympische Spelen 2018

Slide 1 - Slide

Wat weet je al van de olympische spelen?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Video

Op welke sport zit jij?

Slide 4 - Open question

Ik kijk graag naar sport op televisie.
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quiz

Zo ja, naar welke sport kijk je graag?

Slide 6 - Open question

Ik volg de Olympische Spelen deze maand.
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

ik heb ooit iemand ontmoet die meedoet/meedeed aan de Olympische Spelen.
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Ik zou zelf ooit op de Olympische Spelen willen staan.
A
ja
B
nee
C
weet niet

Slide 9 - Quiz

Waar worden de Olympische Winterspelen in 2018 gehouden?
A
Athene
B
Beijing
C
Pyeongchang
D
Sotsje

Slide 10 - Quiz

Hoeveel sporten doen mee aan de Olympische Winterspelen?
A
15
B
16
C
17
D
18

Slide 11 - Quiz

Anderhalve week na de Olympische Winterspelen zijn de Paralympische spelen. Voor wie zijn deze Spelen bedoeld?

A
65-plussers
B
Olympische Kampioenen
C
Kinderen tot 12 jaar
D
Sporters met een handicap

Slide 12 - Quiz

In welk jaar werden de eerste Olympische Winterspelen gehouden?
A
1884
B
1924
C
1956
D
2006

Slide 13 - Quiz

Welke sport hoort niet thuis in de Olympische Winterspelen?

A
Langlaufen
B
Hockey
C
Curling
D
Rodelen

Slide 14 - Quiz

Met welke sport haalde Nederland de meeste medailles binnen op de Olympische Winterspelen van 2014?

A
bobsleeën
B
snowboarden
C
schaatsen
D
shorttrack

Slide 15 - Quiz

Wat zijn de kleuren?

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

De Olympische Spelen vinden om de twee jaar plaats
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Olympische kampioenen moeten een Spelen overlsaan, voor ze weer mee mogen doen.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

Deelnemers die betrapt worden op het gebruik van doping worden gediskwalificeerd.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

Een deelnemer kan meerdere medailles winnen tijdens de Spelen.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

In het medailleklassement staat het land met de meeste gewonnen medailles bovenaan.
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Link