H8. Licht § 1

1 / 17
next
Slide 1: Video
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Hoofdstuk 8
Licht

Slide 2 - Slide

Doelen
Aan het einde van de les kun je:

vier voorbeelden geven van natuurlijke lichtbronnen
vier voorbeelden geven van kunstmatige lichtbronnen
twee eigenschappen van lichtstralen noemen
Uitleggen hoe je voorwerpen kunt zien
Schaduw van een voorwerp tekenen

Slide 3 - Slide

Geef een voorbeeld
van een lichtbron

Slide 4 - Mind map

Lichtbronnen
Kunstmatige lichtbronnen zijn lichtbronnen gemaakt door de mens

Natuurlijke lichtbronnen zijn lichtbronnen die niet gemaakt zijn door de mens

Slide 5 - Slide

Natuurlijke lichtbron

Kunstmatige lichtbron

Slide 6 - Drag question

Dingen zien
Lichtbronnen kun je zien, omdat ze licht geven
Een lijntje licht noem je een lichtstraal
Lichtstralen zijn altijd recht lijnen
Lichtstralen stralen licht in alle richtingen

Slide 7 - Slide

Dingen zien
Je tafel geeft geen licht en is dus geen lichtbron
Hoe kan het dan dat je de tafel wel ziet??

Hoe kan het meisje de voetbal zien?

Slide 8 - Slide

Schaduw
Als een voorwerp het licht van de lichtbron tegenhoudt, ontstaat er een schaduw. Dat is
een gebied waar het licht niet rechtstreeks kan komen 

Slide 9 - Slide

Oefenen

Slide 10 - Slide

Kernschaduw en halfschaduw

Slide 11 - Slide

Er zijn natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen.
Wat is een natuurlijke lichtbron?
A
haardvuur
B
een kaarsvlam
C
een bliksemflits
D
een olielamp

Slide 12 - Quiz

Een lichtbron straalt licht uit.
Dat licht beweegt langs:

A
kromme lijnen
B
rechte lijnen
C
evenwijdige lijnen
D
onderbroken lijnen

Slide 13 - Quiz

Lees de volgende twee uitspraken.
Uitspraak 1: ‘Een voorwerp dat licht geeft is een lichtbron.’
Uitspraak 2: ‘De maan is een lichtbron.’
Welke uitspraak is juist?
A
Alleen uitspraak 1 is juist.
B
Alleen uitspraak 2 is juist.
C
Uitspraak 1 en 2 zijn allebei juist.
D
Geen van beide uitspraken is juist.

Slide 14 - Quiz

Lichtbronnen kun je zien omdat...?
A
ze donker zijn
B
ze licht geven
C
ze natuurlijk zijn
D
ze kunstmatig zijn

Slide 15 - Quiz

Een schaduw ontstaat als licht van een lichtbron wordt tegen gehouden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Welke uitspraak is onjuist
A
Vuur is een natuurlijke lichtbron
B
1 lamp kan kern en halfschaduw veroorzaken
C
Een schaduw is een gebied waar licht niet kan komen
D
Een voorwerp wat geen lichtbron is kun je alleen zien als er licht opvalt

Slide 17 - Quiz