Wat vind jij fijn?

.
Wat vind jij fijn?
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WereldoriëntatieBasisschoolGroep 5,6

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Introduction

Een knuffel, een schouderklop of handen vasthouden. In de Week van de Lentekriebels gaat het over wat jij fijn vindt. Meedenklezers Elin (10) en Ronin (9) vertellen hoe zij daarover denken.

Items in this lesson

.
Wat vind jij fijn?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Kijk naar de tekst Wat vind jij fijn? op pagina 7 van Kidsweek. Waar gaat de tekst over, denk je? Wat weet je er al over? Bespreek het met je schoudermaatje. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Vragenmuur
Wat zou jij willen weten over de
Week van Lentekriebels? Schrijf jouw vragen op en plak ze op de vragenmuur!

Slide 3 - Slide

Eigen leervragen
De leerlingen formuleren eigen leervragen over het onderwerp. De vragen worden opgeschreven op een papiertje en op de vragenmuur geplakt. Zodra een vraag is beantwoord, wordt hij verplaatst naar de weetmuur.
Wereldoriëntatie
Na deze les:

  • weet ik wat de Week van de  Lentekriebels is. 
  • weet ik  wanneer de Week van de Lentekriebels is. 
  • weet ik hoe Elin en Ronan denken over bepaalde aanrakingen zoals handen schudden, drie zoenen en knuffelen. 
Lesdoelen
Woordenschat

  • Na deze les begrijp ik de belangrijke woorden uit de tekst.

Taal - begrijpend lezen

  • Na deze les kan ik in het kort vertellen waar de tekst Wat vind jij fijn? over gaat. 

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Lezen met de pen in de hand
Tijdens het lezen wil je blijven nadenken. Begrijp ik de tekst nog? Waar doet mij dit aan denken? Wat zie ik voor mij? Wat bedoelt de schrijver hier? Het maken van aantekeningen helpt ons hierbij! Schrijven jullie mee in de kantlijn van de tekst?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

De tekst

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Woordenschat
eten
het ontbijt
de lunch
het diner
Ga op zoek naar de betekenis van de woorden die jij had gearceerd. De hulpkaart kan je hierbij helpen. Horen er woorden bij elkaar? Maak dan een woordparaplu, -kast of -trap.
timer
5:00
groot
klein
muis
olifant
Hulpkaart
woordparaplu
woordtrap
woordkast

Slide 7 - Slide

Woordenschat
Bespreek de belangrijke woorden met uw leerlingen. De hulpkaart kan helpen om achter de betekenis van de woorden te komen. In hun projectschrift noteren de leerlingen de betekenis van de woorden die ze nog niet kenden.
Moeilijke woorden uit de tekst
het schouderklopje
het schouderklopje
zelfstandig naamwoord
Waarderende opmerking. Blijk van waardering door iemand op de schouder te kloppen.
Door haar schouderklopje lukte me het wel. 
de relatie
de relatie
zelfstandig naamwoord
Een verhouding of verband tussen één of meerdere mensen, zoals een vriendschap of partner.
Dit verliefde stel heeft al een paar jaar een relatie met elkaar.
onhygiënisch
onhygiënisch
bijvoeglijk naamwoord
Vies op een manier dat je er ziek van kunt worden.
De kinderen bevonden zich in een onhygiënische situatie.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

.
Heb jij de tekst begrepen?
Waarom heet het 'de Week van de Lentekriebels' zo? 
A
Het wordt georganiseerd in de lente.
B
Dat staat niet in de tekst.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Heb jij het  goed begrepen?
Test je kennis!
Is de uitspraak van Scoop WAAR of NIET WAAR?
Sleep het vinkje of het kruisje!
Ronin knuffelt nooit! 

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

Heb jij het  goed begrepen?
Test je kennis!
Is de uitspraak van Scoop WAAR of NIET WAAR?
Sleep het vinkje of het kruisje!
Ronin en Elin geven allebei niet zo snel drie zoenen. 

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

.
Heb jij de tekst begrepen?
Ben jij het EENS of ONEENS met de uitspraak: Drie zoenen geven, vind ik onhygiënisch! Leg je antwoord uit. 
A
B

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Draaien maar!
Draai aan het rad en beeld uit hoe jij deze situatie het liefst laat verlopen. 

Slide 13 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Stelling
Bekijk de stelling over de Week van de Lentekriebels. Ben je het eens of oneens
Bedenk twee argumenten waarom je dit vindt.

Klaar? Maak klassikaal op het bord twee vlakken: eens en oneens.  Ga alle leerlingen af en schrijf de argumenten op de goede plek op het bord.

Ben je het nog steeds eens of oneens?
Of zijn je gedachte veranderd?

Alle basisscholen in Nederland moeten verplicht meedoen aan de Week van de Lentekriebels. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Wereldoriëntatie
Na deze les:

  • Ik weet wat de Week van de  Lentekriebels is. 
  • Ik weet wanneer de Week van de Lentekriebels is. 
  • Ik weet hoe Elin en Ronan denken over bepaalde aanrakingen zoals handen schudden, drie zoenen en knuffelen. 
Terugkoppeling lesdoelen
Woordenschat

  • Na deze les begrijp ik de belangrijke woorden uit de tekst.

Taal - begrijpend lezen

  • Na deze les kan ik in het kort vertellen waar de tekst Wat vind jij fijn? over gaat. 

Slide 16 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Vragenmuur & Weetmuur
  • Welke vragen zijn al beantwoord? Verplaats deze naar de weetmuur. 
  • Op welke vragen hoop je de volgende les antwoord te krijgen? 
  • Zijn er tijdens deze les nieuwe vragen in je opgekomen?

Slide 17 - Slide

Vragenmuur & weetmuur
Bekijk samen met de leerlingen de vragenmuur. Zijn er al vragen beantwoord? Verplaats die vragen naar de weetmuur. Zijn er tijdens deze les nieuwe vragen ontstaan?
Afsluiting en reflectie
Werk samen met je schoudermaatje. Maak de volgende zinnen af:
De tekst van deze les gaat over ... 
Van deze les heb ik geleerd ... 
Ik vind de Week van de Lentekriebels ... 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Tot de volgende keer!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions