What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Present simple JM2
PRESENT SIMPLE
Onvoltooid tegenwoordige tijd
1 / 14
next
Slide 1:
Slide
Engels
MBO
Studiejaar 2
This lesson contains
14 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
PRESENT SIMPLE
Onvoltooid tegenwoordige tijd
Slide 1 - Slide
PRESENT SIMPLE
Onvoltooid tegenwoordige tijd
Ik eet elke dag lunch om 1 uur
I eat lunch at 1 o'clock every day
Rob stopt elke dag om 7 uur met werken
Rob leaves work at 7 o'clock every day
Slide 2 - Slide
PRESENT SIMPLE
I
You
We
You
They
+ werkwoord + -s
He
She
It
+ heel werkwoord
Slide 3 - Slide
PRESENT SIMPLE
I / you/ we / you / they work
study
travel
He / she / it work
s
stud
ies
travel
s
Slide 4 - Slide
I teach English, miss Van den Bosch ... Dutch
A
teach
B
teach's
C
teaches
D
teachs
Slide 5 - Quiz
-S AND -ES ENDINGS
Woorden die eindigen op een -s-klank (teach, wash, fix):
- krijgen een
-es
na het hele werkwoord
I teach -> she teach
es
You watch -> he watch
es
We fix -> she fix
es
Slide 6 - Slide
I mean, Sean even ... during this pandemic!
A
party
B
parties
C
partys
D
partyes
Slide 7 - Quiz
-Y ENDINGS
Woorden die eindigen op een -y:
- verliezen de -y
- krijgen
-ies
na het werkwoord
I party -> he part
ies
We hurry -> she hurr
ies
Slide 8 - Slide
PRESENT SIMPLE NEGATIVE
Om een zin ontkennend te maken:
- onderstreep
het onderwerp
in de zin
- zoek
het werkwoord
in de zin (het actie-woord)
- zet
"do / does not"
voor het werkwoord
I
work
outside -
I
do not
work
outside
He
works
outside -
he
does not
work
outside
Slide 9 - Slide
PRESENT SIMPLE NEGATIVE
He / she / it:
- haal de
-s
weg achter het werkwoord
- maak van "do not" "
does not
"
He live
s
in Los Angeles
He do
es
not live in Los Angeles
Slide 10 - Slide
Maak deze zin ontkennend:
He has a car
Slide 11 - Open question
PRESENT SIMPLE QUESTIONS
Om een zin vragend te maken:
- zet
"do / does"
aan het begin van de vraag.
You work in an office.
Do
you work in an office?
I work in a school.
Do
I work in a school?
Slide 12 - Slide
PRESENT SIMPLE QUESTIONS
He / she / it:
- haal de
-s
weg achter het werkwoord
- Zet "
does
" aan het begin van de vraag.
Tom gets up at 6 am.
Does
Tom
get
up at 6 am?
Slide 13 - Slide
Maak van deze zin een vraagzin:
Susan has 4 brothers.
Slide 14 - Open question
More lessons like this
Present Simple Q & N
June 2022
- Lesson with
38 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Week 5 O17 les 1 Present simple Impact F. Unit 2 p. 46-49
January 2023
- Lesson with
51 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Present Simple
June 2022
- Lesson with
22 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Present Simple + questions and negations
November 2022
- Lesson with
34 slides
Engels
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2
Present simple
December 2024
- Lesson with
33 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
M 1 Present Simple (herhalen)
June 2022
- Lesson with
32 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
Present Simple + questions and negations
December 2022
- Lesson with
37 slides
Engels
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2
Present Simple + questions and negations
March 2023
- Lesson with
38 slides
Engels
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2