Eric of het klein insectenboek H4 t/m H6

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Nederlands 

Fictie

Erik of het klein insectenboek

Eric of het klein insectenboek 

Welk dier is de taxi van Erik en brengt hem naar zijn hotel?

1. Een slak
2. Een wesp
3. Een mol
4. Een hommel

Welk boek heeft de hommel bij zich?

1. Een kleine historie van woudkevers
2. Schicksal der Gegenwart
3. De natuur bloeit
4. Shakespeare's Hamlet

Waarmee betaalt Erik voor zijn rit?

1. Een klompje honing
2. Een klompje goud
3. Een stuiver
4. Zijn schoenen

Welk dier heeft een kamer naast die van Erik in het hotel?

1. Een bromvlieg
2. Een tor
3. Een duizendpoot
4. Een vlinder

Hoe maakt Erik indruk op de gasten van het hotel?

1. Door zijn kennis over hen, hun gedrag en de eigenschappen
2. Doordat hij een beschuit kan eten en fluiten tegelijk
3. Doordat hij op twee benen kan lopen
4. Doordat hij goed kan rekenen.

Welk advies geeft Eric de insecten als zij hem vragen om raad?

1. Volg gewoon je instinct
2. Lees ook het boek van Solms' beknopte natuurlijke historie
3. Probeer er niet te veel over in te zitten
4. Probeer er eens met iemand over te praten.

Waarom maken de dieren zich zorgen om de rups?

Wat ziet de slak als hij door het sleutelgat kijkt?

1. Een cocon
2. Een lege kamer
3. De rups bewusteloos op bed
4. Een vlinder

Op welke manier kan de vlinder Erik helpen?

Na de vakantie: 

Maandag 1 maart

Lees Erik of het klein insectenboek t/m hoofdstuk 10

 

Donderdag 4 maart

Overhoring spelling, grammatica en woordenschat van blok 4 

Formatief 

Rest van de les

Ga naar de digitale omgeving van Op Niveau (via som/leermiddelen) om te oefenen met de onderdelen spelling, grammatica en woordenschat van blok 4.