Lezen 2.5 voor de brugklas: oefenen, oefenen, oefenen

lesplanning
Gelukt met de weektaak?
Oefenen: begrijpend lezen
Quizlet: Wie wint er?

Fijn weekend!
Maandag: uitleg eiland-project

1 / 23
next
Slide 1: Slide
HoutbewerkingVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

lesplanning
Gelukt met de weektaak?
Oefenen: begrijpend lezen
Quizlet: Wie wint er?

Fijn weekend!
Maandag: uitleg eiland-project

Slide 1 - Slide

Wat lees je niet als je de leesstrategie 'verkennend lezen' gebruikt?
A
inleiding en slot
B
titel en plaatjes
C
de bron
D
het middenstuk

Slide 2 - Quiz


Met welke leesstrategie vind je het onderwerp van een tekst?
A
verkennend lezen
B
studerend lezen
C
nauwkeurig lezen
D
alle drie

Slide 3 - Quiz

Hoe vind je de hoofdgedachte van een tekst?
A
Alleen de titel en de illustraties gebruiken
B
de inleiding lezen
C
Alle kernzinnen lezen
D
de titel, de inleiding en/of het slot

Slide 4 - Quiz

De hoofdgedachte van een tekst..
A
is hetzelfde als het onderwerp van de tekst
B
hoef je niet te weten.
C
schrijf je op als een zin
D
schrijf je op als een woordgroep

Slide 5 - Quiz

Als je het onderwerp van een tekst moet opschrijven, mag er een werkwoord in staan.
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quiz

Welke tekstsoort?
A
informatieve tekst
B
activerende tekst
C
amuserende tekst
D
betogende tekst

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Welke tekstsoort?
A
informatieve tekst
B
activerende tekst
C
amuserende tekst
D
betogende tekst

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Welke tekstsoort?
A
informatieve tekst
B
activerende tekst
C
amuserende tekst
D
betogende tekst

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Welke tekstsoort?
A
informatieve tekst
B
betogende tekst
C
activerende tekst
D
amuserende tekst

Slide 13 - Quiz


A
informerende tekst
B
amuserende tekst
C
activerende tekst
D
betogende tekst

Slide 14 - Quiz


A
informerende tekst
B
amuserende tekst
C
activerende tekst
D
betogende tekst

Slide 15 - Quiz

leesdoelen - tekstdoelen
Wat wil jij als lezer bereiken als je een tekst leest = leesdoel

Wat wil de schrijver met de tekst  bereiken bij de lezer = tekstdoel

Slide 16 - Slide

Sleep de tekstsoorten naar het juiste tekstdoel
Informeren
Activeren
Overtuigen
Amuseren

Slide 17 - Drag question

Sleep de tekstsoorten naar het juiste tekstdoel.
Amuseren
Informeren
overtuigen
Activeren
Reclamefolder
Stripverhaal
oproep lid te worden
Handleiding
nieuwsbericht
Recept
klachtenbrief
Verslag

Slide 18 - Drag question

En dan nu:
We lezen samen een tekst en beantwoorden de vragen.

Slide 19 - Slide

Welk tekstverband hoort bij het signaalwoord:
'daarna'
A
opsommend
B
tegenstellend
C
tijdvolgorde

Slide 20 - Quiz

Welk tekstverband hoort bij het signaalwoord:
' daarentegen'
A
opsommend
B
tegenstellend
C
tijdvolgorde

Slide 21 - Quiz

Welk tekstverband hoort bij het signaalwoord:
'Bovendien'
A
opsommend
B
tegenstellend
C
tijdvolgorde

Slide 22 - Quiz

En dan nu
Kies een nieuw leesboek
Herhaal de woordjes van 2.3
Oefen leesvaardigheid 2.5: opdracht 13, 14, 15 

Slide 23 - Slide