1.1 quiz

QUIZ 1.1 + 2.1
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

QUIZ 1.1 + 2.1

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Bij welk orgaanstelsel hoort je maag?
A
Beenderstelsel
B
Bloedvatenstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Verteringsstelsel

Slide 3 - Quiz

Van welk orgaanstelsel is de taak om stevigheid te geven aan je lichaam?
A
Bloedvatenstelsel
B
Beenderstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Verteringsstelsel

Slide 4 - Quiz

Kan je cellen zien?
A
Ja, altijd
B
Ja, alleen met een vergrootglas
C
Ja, alleen met een microscoop
D
Nee, helemaal nooit

Slide 5 - Quiz

Waar of niet?
Ieder dier heeft maar 1 soort cellen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Wat is een orgaan?
A
Een orgaan is een deel van een organisme met een of meer functies
B
Een orgaan is een deel van het menselijk lichaam met een of meer functies
C
Groep organen met dezelfde functie
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 7 - Quiz

waar liggen meer organen?
A
Borstholte
B
Buikholte

Slide 8 - Quiz

Welke organen horen bij het spierstelsel
A
biceps en triceps
B
buikspieren en hart
C
dijspier en rib
D
hart en biceps

Slide 9 - Quiz

Welke organen zitten in de borstholte?
A
slokdarm en maag
B
hart en longen
C
longen en lever
D
luchtpijp en lever

Slide 10 - Quiz

Wat is de functie van bloedvaten?
A
Het bloed rondpompen
B
voedsel verteren
C
Bloed naar alle delen van het lichaam brengen
D
zuurstof in het bloed brengen

Slide 11 - Quiz

Welk organenstelsel brengt zuurstof in het bloed?
A
Bloedvatenstelsel
B
verteringsstelsel
C
zenuwstelsel
D
Ademhalingsstelsel

Slide 12 - Quiz

Welke organen liggen in de buikholte?
A
lever en hart
B
maag en longen
C
dikke darm en slokdarm
D
maag en lever

Slide 13 - Quiz

Welke organen gaan dwars door het middenrif heen?
A
Dikke en dunne darm
B
maag en lever
C
slokdarm en maag
D
Slokdarm en bloedvaten

Slide 14 - Quiz

Been bestaat uit...
A
Veel kalk, weinig lijmstof
B
Veel kalk, veel lijmstof
C
Weinig kalk, weinig lijmstof
D
Weinig kalk, veel lijmstof

Slide 15 - Quiz

Kraakbeen bestaat uit...
A
Veel kalk, weinig lijmstof
B
Veel kalk, veel lijmstof
C
Weinig kalk, weinig lijmstof
D
Weinig kalk, veel lijmstof

Slide 16 - Quiz

In welk skelet vind je meer kraakbeen? Iemand van 15 jaar of iemand van 65 jaar?
A
Iemand van 15 jaar
B
Iemand van 65 jaar
C
Beide evenveel

Slide 17 - Quiz

Aan welk soort wervels zitten ribben vast?
A
Halswervels
B
Borstwervels
C
Lendenwervels
D
Heiligbeen

Slide 18 - Quiz

Wat is het langste bot in je lichaam?
A
opperarmbeen
B
dijbeen
C
kuitbeen
D
scheenbeen

Slide 19 - Quiz

Welk nummer geeft het sleutelbeen aan?
A
3
B
4
C
5
D
7

Slide 20 - Quiz

Hoe heet het bot bij
nummer 16?
A
sleutelbeen
B
halswervel
C
rib
D
borstbeen

Slide 21 - Quiz

Hoe heet het bot bij
nummer 3?
A
onderkaak
B
schedel
C
skelet
D
borstbeen

Slide 22 - Quiz

Wat zijn je ledematen?
A
Benen en armen
B
Vingers en tenen
C
Hoofd en Borstkas
D
Borstkas en romp

Slide 23 - Quiz

Wat zijn de 4 functies van het skelet?

Slide 24 - Open question