2.7 Seksualiteit

2.7 Seksualiteit
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

2.7 Seksualiteit

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Planning
Herhaling
Uitleg (met vragen) 
Afsluiting

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Herhaling vorige les
Wat weet je nog?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel voorbehoedsmiddelen
kun je benoemen?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Zonder hormonen                                Met hormonen
Condoom
Anticonceptiepil
Koperspiraaltje
Hormoonpleister
Pessarium met zaaddodende pasta
Hormoonspiraaltje
Sterilisatie
Hormoonstaafje
NuvaRing
Prikpil

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Van welke soa's
kun je genezen?

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Soa's (seksueel overdraagbare aandoeningen)
Virus:
Bacterie:
Hepatitis B
Chlamydia
Herpes Genitalis
Gonorroe
Hiv/aids
Syfilis
HPV en genitale wratten

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Wat is seks?
Wat betekenen alle letters van LHBTI+??


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Seks
Onder seksualiteit vallen alle gedachten, gevoelens en handelingen die te maken hebben met lust en opwinding. Seksualiteit kan verschillende functies hebben voor mensen: Lustbeleving
Intimiteit 
Voortplanting

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat is geslachtsgemeenschap?

Geslachtsgemeenschap: De stijve penis van de jongen gaat in de vagina van het meisje (met elkaar naar bed gaan/ seks)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat is geslachtsgemeenschap?

Klaarkomen / Orgasme: het hoogte punt van het fijne gevoel als je over de eikel (jongen) of clitoris (meisje) wrijft. 

Zaadlozing: als er sperma uit de penis komt. Bij een orgasme. 


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat is het allerbelangrijkste bij seks?

Slide 12 - Mind map

Dat beide personen het fijn vinden.
Opdracht 
uitleg

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Eens
Oneens
Als een meisje zich uitdagend kleedt, lokt ze aanranding of verkrachting uit.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Eens
Oneens
Een meisje kan best een jongen versieren.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Eens
Oneens
Als je baas steeds zijn arm om je schouder legt, moet je dat wel toestaan.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Eens
Oneens
Je kunt als meisje beter niet s'avonds laat alleen over straat fietsen.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Eens
Oneens
Als een jongen een meisje naar huis brengt, mag hij daarvoor een beloning verwachten.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Eens
Oneens
Als je verkering hebt, heb je seks.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Eens
Oneens
Vreemdgaan kan best.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

LHBTI+
Homo: Een man die zich aangetrokken voelt tot mannen.
Lesbisch: Een vrouw die zich aangetrokken voelt tot vrouwen.
Biseksueel: Een man/vrouw die zich aangetrokken voelt tot beide geslachten.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

LHBTI+
Transgender: Een jongen geboren als meisje, of andersom.
Intersekse: aangeboren condities waarbij het geslacht verschilt van wat medici als norm beschouwen voor mannen- en vrouwenlichamen. Er zijn veel verschillende intersekse-condities
.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

LHBTI+
Queer: Mensen die hun seksuele voorkeur liever niet in een hokje plaatsen. Iemand die queer is wil zich dus liever niet identificeren als lesbisch, hetero, biseksueel of panseksueel
Aseksueel: Mensen die zich niet seksueel aangetrokken voelen tot anderen

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Video

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Huiswerk
BS 7 opdracht 1 t/m 7

Slide 26 - Slide

This item has no instructions