Assertiviteit

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1-3

Assertiviteit

Aan het einde van de les...

- kun je het verschil tussen assertief en agressief benoemen

- kun je assertief gedrag herkennen

- heb je geoefend met voor jezelf opkomen

- begrijp je de principes van assertiviteit

Leg uit wat de leerdoelen zijn van de les.

Assertiviteit?

Voor jezelf opkomen zonder anderen te kwetsen

Jouw belang + Belang van de ander = Assertieve boodschap

Je kunt assertiviteit oefenen

Leg uit wat assertiviteit is en wat het inhoudt.

Assertiviteit?

Voor jezelf opkomen zonder anderen te kwetsen

Jouw belang + Belang van de ander = Assertieve boodschap

Je kunt assertiviteit oefenen

Leg uit wat assertiviteit is en wat het inhoudt.

agressief / niet-assertief / assertief

Leg uit wat assertiviteit is en wat het inhoudt.

Opdracht A

Leg uit wat assertiviteit is en wat het inhoudt.

Assertief

Je komt op voor jezelf zonder anderen te kwetsen of te bedreigen.

Agressief

Je komt op voor jezelf, maar je gaat over de grenzen van anderen heen, bijvoorbeeld met bedreigen of kwetsen

Leg het verschil tussen assertief en agressief gedrag uit en geef voorbeelden van beide.

Assertief zijn

 Assertieve mensen: 

- zeggen wat ze willen
- vragen om wat ze nodig hebben
- geven hun grenzen aan zonder anderen te kwetsen.

Dit is best moeilijk! > Oefening

Geef voorbeelden van assertief gedrag en laat de studenten oefenen met het herkennen van assertief gedrag.

Niet-assertief communiceren

lange verhalen vertellen

veel sorry zeggen

jezelf omlaag halen

aarzelend spreken

weinig oogcontact

zenuwachtig

Leg het verschil tussen assertief en agressief gedrag uit en geef voorbeelden van beide.

Agressief communiceren

iemand voor gek zetten

beschuldigen

roddelen

bedreigen

geweld gebruiken

 

boos kijken

dreigende gebaren

aanstaren ('dominant')

minachtend lachen

Leg het verschil tussen assertief en agressief gedrag uit en geef voorbeelden van beide.

Assertief communiceren

korte en duidelijke boodschap

doorvragen bij onduidelijkheid

problemen oplossen

duidelijk spreken
rechtop zitten/staan

oogcontact maken

Leg het verschil tussen assertief en agressief gedrag uit en geef voorbeelden van beide.

Opdracht B

Leg het verschil tussen assertief en agressief gedrag uit en geef voorbeelden van beide.

Zes tips

1. Weet wat je wilt
2. Houd de boodschap kort 
3. Gebruik de 'ik-vorm'
4. Vertel waarom je iets wilt 
5. Blijf positief en aardig
   
6. Kom met een oplossing/alternatief (eventueel!)

Leg de principes van assertiviteit uit en geef voorbeelden van hoe deze in de praktijk toegepast kunnen worden.

Assertief zijn in een gesprek

• Geef je mening zonder de ander te kwetsen

             ("Ik begrijp wat je zegt, maar ik denk er anders over")

• Luister om de ander te kunnen begrijpen
• Let op je lichaamstaal
• Geef je grenzen aan
• Omgaan met kritiek

Laat de studenten oefenen met assertief zijn in een gesprek en geef feedback op hun gedrag.

Opdracht C

Leg het verschil tussen assertief en agressief gedrag uit en geef voorbeelden van beide.

Schrijf drie dingen op die je deze les hebt geleerd

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf twee dingen op waarover je meer wilt weten
of waarmee je meer wilt oefenen

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel een vraag over iets
dat je nog niet zo goed hebt begrepen

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.