2G - 12-01

Neem plaats volgens de plattegrond :-)
1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Neem plaats volgens de plattegrond :-)

Slide 1 - Slide

Uitleg bijv. naamw. slaat niet aan
Moet leuker, duidelijker

Bijvoeglijke naamwoorden: Taalspel (https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/115803/bijvoeglijke-naamwoorden-taalspel/?previous)
Invuloefeningen, 
https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/117127/bijvoeglijk-naamwoord-oefenblaadjes/?previous 
https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/105544/franse-bijvoeglijke-naamwoorden-oefenbundel/?previous
https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/59089/adjectif-qualificatif/?previous
https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/101641/bijvoeglijke-naamwoorden/?previous

Slide 2 - Slide

Lundi 8 janvier 2024
Voor de vakantie: t/m apprendre 5 (ww mettre; voc. 1, 2, 4; bijv. naamwoord - bijzondere vormen t/m 16C)
Aujourd'hui: 
- Quizvragen + opdrachten bijvoeglijk naamwoord


Slide 3 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord 

Bijzondere vormen

Slide 4 - Slide

Voor de vakantie...
Zijn we gekomen t/m Exercice 16C page 103.

1. Lees nog een keer de uitleg page 102 (3.1 & 3.2) - 5 min.
2. Beantwoord de volgende vragen



timer
4:00

Slide 5 - Slide

Wat is GEEN bijvoeglijk naamwoord ?
A
beau
B
petit
C
qui
D
grand

Slide 6 - Quiz

Waar moet je op letten bij het bijvoeglijk naamwoord?
A
De plek (voor/achter zelfst .nwrd)
B
De vorm (mannelijk /vrouwelijk/meervoud)
C
De vorm EN plek

Slide 7 - Quiz

Als een bijvoeglijk naamwoord iets zegt over een zelfstandig naamwoord dat mannelijk is, welke uitgang krijgt het bijvoeglijk naamwoord dan?
A
-
B
e
C
s
D
es

Slide 8 - Quiz

Als een bijvoeglijk naamwoord iets zegt over een zelfstandig naamwoord dat vrouwelijk is, welke uitgang krijgt het bijvoeglijk naamwoord dan?
A
-
B
e
C
s
D
es

Slide 9 - Quiz

Wat is juist?
A
Le lit est grand.
B
Le lit est grande.

Slide 10 - Quiz

Wat is juist?
A
Les filles sont petit.
B
Les filles sont petite.
C
Les filles sont petits.
D
Les filles sont petites.

Slide 11 - Quiz

Wat is juist en waarom (welke regel p. 102 heb je gebruikt?)
A
Les fleurs (v) sont rouge
B
Les fleurs sont rougees
C
Les fleurs sont rouges

Slide 12 - Quiz

Onregelmatige vormen

Slide 13 - Slide

Onregelmatige vormen

Slide 14 - Slide

Wat is juist?
A
La plage est beau.
B
La plage est beaux.
C
La plage est belle.
D
La plage est belles.

Slide 15 - Quiz

Wat is juist?
A
Monique est très sportive
B
Monique est très sportifs
C
Monique est très sportif
D
Monique est très sportives

Slide 16 - Quiz

Het bijvoeglijk naamwoord - bijzondere vormen
Wat: Maak Exercice 16D page 103 om te oefenen met de bijzondere vormen van het bijvoeglijk naamwoord in het Frans
Hoe: zelfstandig, in stilte
Tijd: maximaal 10 minuten
Hulp: de te gebruiken zelfst. naamwoorden + bijv. naamw. staan op volgorde in de opdracht. Gebruik uitleg pagina 102, de docent (de eerste 4 minuten géén vragen)
Klaar? Maak 16F p. 126 (selecteer het juiste paar in elke zin en zet de zelfst. nw/bijv. nw in de juiste vorm)

timer
10:00

Slide 17 - Slide

De komende lessen...
- Voor vrijdag: leer apprendres 6 + 10 & de woordjes van apprendre 6 overschrijven  
- Nog 5 lessen tot aan de toets (maandag 29 januari)


à vendredi!

Slide 18 - Slide