Schooltaalwoorden
1 / 16
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Schooltaalwoorden
De muziek die je luistert, kan echt _____ hebben op je stemming.
De leerlingen uit de brugklas kregen een _____ overzicht van de verschillende vakken die ze dit schooljaar zouden gaan volgen.
Tijdens het project moesten we _____ zoeken over de verkiezingen van 22 november.
De brugklas heeft _____ les in de basisvakken zoals Nederlands, wiskunde en Engels.
Slide 2 - Drag question
Schooltaalwoorden
Hij kon _________ van extra vrije tijd in het weekend.
De fiets __________ lampen die vanzelf gaan branden als het donker wordt.
Hij had zijn __________ 'geluksmuts' altijd op wanneer hij een belangrijke toets had.
De goede resultaten van de planten __________ met genoeg zonlicht en water.
Slide 3 - Drag question
Woordenschat check
Betalen voor
Te veel
Niet goed
Zonder naam
Helemaal
Doen alsof het niet bestaat
Uitgeven
Overdreven
Mis
Anoniem
Totaal
Negeren
Slide 4 - Drag question
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Basis
Slide 8 - Mind map
Slide 9 - Link
Slide 10 - Link
Week 3
schetsen
Slide 11 - Mind map
Slide 12 - Slide
Woordenschat check
je krijgt wat als je iets goeds doet
waaruit je kan kiezen
Niet goed
Zonder naam
Helemaal
Doen alsof het niet bestaat
Belonen
de keuze
Mis
Anoniem
Totaal
Negeren
Slide 13 - Drag question
Slide 14 - Slide
verplicht
A
het moet
B
het gebeurt vaak
C
al
D
verhouding, hoe mensen met elkaar omgaan
