peuters

Peuters
2-4 jaar
Sanne, Rosanne, Isa, Ireen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Peuters
2-4 jaar
Sanne, Rosanne, Isa, Ireen

Slide 1 - Slide

Cognitieve ontwikkeling
  • Tijdens deze levensfase gaat de cognitieve ontwikkeling zeer snel, dit komt doordat ze heel nieuwsgierig zijn
  • De rol van taal wordt steeds belangrijker. Een peuter gaat dingen aanwijzen en benoemen
  •  Een peuter kan nog geen onderscheid maken tussen eigen gedachten, waarnemingen en gevoelens
  • Peuters kunnen niet goed onderscheid maken tussen de werkelijkheid en fantasie 

Slide 2 - Slide

Sociaal-emotionele ontwikkeling
  • Met rollenspelen wordt sociaal gedrag bij peuters getraind, dit is heel belangrijk
  • Peuters zijn steeds beter in staat om zichzelf en hun behoeftes te beheersen
  • De peuter ontdekt dat hij een persoon is met een eigen wil 
  • Koppigheidsfase is de fase dat een peuters alleen maar dwars is

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Waarom gaat de cognitieve ontwikkeling zo snel?
A
Ze spelen veel
B
Ze zijn nieuwsgierig
C
Ze zijn sociaal
D
Ze eten veel

Slide 5 - Quiz

Wat kan een peuter al op deze leeftijd?
A
Onderscheid maken tussen realiteit en fantasie
B
Dingen aanwijzen en benoemen
C
Onderscheid maken tussen realiteit en gedachten
D
Goeie volledige zinnen maken

Slide 6 - Quiz

Met wat wordt het sociaal gedrag van een peuter getraind?
A
Met leeftijdsgenoten omgaan
B
Boekjes lezen
C
Rollenspellen spelen

Slide 7 - Quiz

Wat is een belangrijke bijdragen aan de sociale ontwikkeling bij peuters?
A
Veel buiten spelen
B
Televisie kijken
C
Met leeftijdsgenoten omgaan
D
Leren regels maken en accepteren

Slide 8 - Quiz

Wat is de koppigheidsfase?
A
Een periode waarin de peuter dwars is
B
Een periode waarin een peuter grappig is
C
Een periode waarin de peuters koppig is
D
Een periode waarin een peuter leergierig is

Slide 9 - Quiz

Waar worden peuters steeds beter in tijdens het uitstellen van behoeftes?
A
Ze zijn steeds beter in zichzelf te ontdekken
B
Ze zijn steeds beter in zichzelf te uiten
C
Ze zijn steeds beter in zichzelf te verduidelijken
D
Ze zijn steeds beter in zichzelf te beheersen

Slide 10 - Quiz

Eind

Slide 11 - Slide