Hulpsystemen P8 L1

Hulpsystemen P8 L1
Toets bespreken 
Inleiding / Opfrissen Koel en Vries
1 / 18
next
Slide 1: Slide
HulpsystemenMBOStudiejaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Hulpsystemen P8 L1
Toets bespreken 
Inleiding / Opfrissen Koel en Vries

Slide 1 - Slide

Programma
  1. Leerdoelen
  2. Toets bespreken 
  3. Opfrissen kennis van koel en vries vorig jaar
  4. Opdracht maken

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na afloop van deze les kun je:
  1. 3 dingen noemen die je op de herkansing van de toets beter gaat doen.
  2. uitleggen waarom sommige dingen aan boord gekoeld moeten worden.
  3. uitleggen welke onderdelen er in een koel en vries systeem zitten
  4. uitleggen hoe een koel en vries systeem start en stopt.

Slide 3 - Slide

Toets bespreken
Moodle

Slide 4 - Slide

Noem 3 dingen die je beter gaat als je deze toets nog eens moet maken.

Slide 5 - Open question

Welke dingen moeten er aan boord allemaal gekoeld worden?

Slide 6 - Mind map

Welke onderdelen zitten er allemaal in een koel en vriessysteem?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Welke onderdelen ken je? en welke nog niet?

Slide 9 - Open question

Onderdelen
  1. Verdamper 
  2. Thermisch expansieventiel
  3. Magneetklep
  4. Kijkglas
  5. Filter/droger
  6. Peilglas
  7. Condensor
  8. Olieafscheider
  9. Compressor

Slide 10 - Slide

Wat zie je in een kijkglas in een Koel en vriessysteem en wat in een peilglas?

Slide 11 - Open question

Wat zou er gebeuren als de gemarkeerde afsluiter bovenop zit?

Slide 12 - Open question

De condensor is vaak ook het voorraadvat koelmiddel. Wanneer denk je dat de condensor het best werkt, als deze 3/4 vol zit met vloeistof of bij 1/4?

Slide 13 - Open question

De compressor draait. Wat gebeurt er als de magneetklep dicht gaat? Wat zou de magneetklep aansturen?

Slide 14 - Open question

Wanneer gaat de compressor weer draaien?

Slide 15 - Open question

Wat zou de laagste zuigdruk van de compressor mogen zijn?
A
Altijd lager dan de omgevingsdruk (1bar)
B
Altijd boven de omgevingsdruk (1 bar)
C
Precies de omgevinsdruk (1 bar)
D
Dat maakt niet uit

Slide 16 - Quiz

Aan de slag
Voor volgende week:
  • Lees document "Werkopdracht Koel en Vries Noorderpoort"
  • Maak meerkeuzevragen 1 tm 30 (vanaf blz. 38)



Slide 17 - Slide

Lesdoelen
Na afloop van deze les kun je:
  1. 3 dingen noemen die je op de herkansing van de toets beter gaat doen.
  2. uitleggen waarom sommige dingen aan boord gekoeld moeten worden.
  3. uitleggen welke onderdelen er in een koel en vries systeem zitten
  4. uitleggen hoe een koel en vries systeem start en stopt.

Slide 18 - Slide