B&F, Begrijpend lezen, NB week 16 AA

Begrijpend lezen
Nieuwsbegrip week 16
Titel: Dag van de Ruimtevaart
Niveau: AA
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Begrijpend lezen
Nieuwsbegrip week 16
Titel: Dag van de Ruimtevaart
Niveau: AA

Slide 1 - Slide

Voorkennis activeren
De titel van de tekst is: 
Dag van de Ruimtevaart

Waar moet jij aan denken? 
Laat het weten op de volgende pagina!

Slide 2 - Slide

Ruimtevaart

Slide 3 - Mind map

Lees de woorden voor jezelf

Slide 4 - Slide

Doel van de les
Onderwerpen: 
- Sleutelvragen beantwoorden 
- Verwijswoorden


Geheugensteuntje

Slide 5 - Slide

Verwijswoorden

Slide 6 - Slide

Zie je de tussenkopjes?

Waar zou de tekst over gaan?  

Slide 7 - Slide

Als je kijkt naar de kopjes en plaatjes. Wat verwacht je te lezen?

Slide 8 - Open question

Inleiding
Printscreen inleiding

Slide 9 - Slide

Wat vieren we elk jaar op de dag van de Ruimtevaart?
A
We vieren dat de ruimte al heel lang bestaat.
B
We vieren dat mensen in de ruimte reizen.
C
We vieren op die dag hoe mooi de ruimte is.

Slide 10 - Quiz

Eerste mens in de ruimte

Slide 11 - Slide

Waarmee is Joeri Gagarin beroemd geworden?
A
Hij was 60 jaar toe hij de ruimte in ging.
B
Hij is 60 jaar geleden in Rusland geboren.
C
Hij was de eerste mens in de ruimte.

Slide 12 - Quiz

Lees regel 10: 'Hij reisde in een raket een rondje om de aarde'.
Wie of wat wordt bedoeld met 'hij'?
A
De raket
B
De ruimte
C
Joeri Gagarin

Slide 13 - Quiz

Welke vraag kun je zelf bedenken bij dit stukje tekst?

Slide 14 - Open question

Reizen naar de maan

Slide 15 - Slide

Wie was de eerste mens op de maan?
A
De Amerikaan Neil Armstrong
B
De Rus Joeri Gagarin
C
Het Russische hondje Laika

Slide 16 - Quiz

Hoelang was Neil Armstrong op de maan?
A
acht jaar lang
B
Een hele dag
C
twee en een half uur

Slide 17 - Quiz

Lees regel 16: 'Daarna stuurden ze een raket met een hond: Laika.'
Wie wordt bedoeld met ze?
A
Amerika
B
De Russen
C
Twee landen

Slide 18 - Quiz

Lees regel 21: 'Hij was daar slechts twee en een half uur.'
Wie of wat wordt bedoeld met hij?
A
De maan
B
Joeri Gagarin
C
Neil Armstrong

Slide 19 - Quiz

Nederlanders in de ruimte

Slide 20 - Slide

Wat kun je vertellen over de Nederlanders in de ruimte?
Wat klopt wel en wat niet?  
Klopt wel
Klopt niet
André Kuipers gaat pas over 3 jaar de ruimte in.
André Kuipers ging na Wubbo Ockels de ruimte in.
André Kuipers was de eerste Nederlandse man in de ruimte.
Mindy Howard is nog niet in de ruimte geweest.

Slide 21 - Drag question

Lees regel 28: 'Zij zal de eerste Nederlandse vrouw in het heelal zijn.'
Wie wordt bedoeld met zij?
A
André Kuipers
B
Mindy Howard
C
Wubbo Ockels

Slide 22 - Quiz

Bijzonder

Slide 23 - Slide

Zou jij een reis door de ruimte willen maken? Waarom wel of waarom niet?

Slide 24 - Open question

Tijdlijn
We gaan nu alles in de goede volgorde zetten. 
Sleep op de volgende sheet wat er als eerste gebeurde naar 1, daarna naar 2 enzovoort. 

Succes! 

Slide 25 - Slide

1
2
3
4
5
6
7
Neil Amstrong verblijft op de maan
Hondje Laike gaat op weg naar de maan
Wubbo Ockels vliegt de ruimte in.
Een lege raket gaat naar de maan
André Kuipers vliegt de ruimte in.
Joeri Gagarin vliegt de ruimte in.
De eerste Nederlandse vrouw gaat de ruimte in.

Slide 26 - Drag question

Hoe vond je de les?
A
Makkelijk
B
Beetje moeilijk
C
Moeilijk

Slide 27 - Quiz

Goed bezig geweest! 
Je bent klaar met deze les! 

Slide 28 - Slide