Nederlandse bezetting

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welk kenmerkend aspect uit tijdvak 9 past bij de onderstaande bron?

Noem één verschil tussen het fascisme en het nationaalsocialisme

Geef een nauwkeurige omschrijving van het begrip 'genocide'

Verklaar waarom de Holocaust/ Shoah een genocide is

Deze les:

• Jullie kunnen verklaren dat de Duitse inval van Nederland een voorbeeld is van Blitzkrieg.
• Jullie kunnen aan het einde van de les de begrippen verzet, collaboratie en accommodatie uitleggen. 
• Jullie kunnen uitleggen waarom de NSB als enige partij mocht blijven bestaan.
• Jullie kunnen het politieke bestuur van Nederland aan het begin van de bezetting uitleggen (Fluwelenhandschoen-politiek).
• Jullie kunnen uitleggen waarom de razzia van 1941 leidde tot de Februaristaking. 

Nederland niet meer neutraal.....

• Op 10 mei valt Duitsland Nederland binnen
• Op 14 mei wordt Rotterdam gebombardeerd
• Op 15 mei tekent opperbevelhebber Winkelman de overgave

Nederland is bezet

• De regering zit in Londen
• Seyss-Inquart wordt de rijkscommissaris van Nederland
• Fluwelenhandschoen-politiek
• 'Germaans broedervolk'
• Aanpassen aan de bezetter: accommodatie

• Hoe dacht Seyss-Inquart over Joodse mensen?                                       Citaat Seyss-Inquart:

'En dan zou ik graag nog even wat over de Jodenvraag zeggen. Wij zien de Joden niet als een deel van het Nederlandse volk. De Joden zijn voor ons geen Nederlanders. Zij zijn vijanden.’

Bezetting wordt gewelddadiger

• In 1941 worden alle politieke partijen verboden, behalve de NSB
• Samenwerken met de bezetter: Collaboratie 

• 1941: razzia, 400 Joodse mannen worden opgepakt
• Dit leidde tot de februaristaking
• Reactie van de Duitsers: terreur.

Antisemitisme neemt toe

• Antisemitisme: Jodenhaat 
• Alle Joden moeten zich registreren, 1941

Er kwamen verschillende maatregelen:

• 31 mei 1941: Joden mogen niet op het strand, in parken, zwembaden en hotels komen.
  
• 12 juni 1942: Joden mogen niet sporten.
  
• 15 september 1942: Joodse studenten zijn uitgesloten van onderwijs.

1942, deportaties van Joden naar concentratie- en vernietigingskampen

Het verzet

• Het verzet nam toe.... 
•  Verzet: daden die zich richten tegen de heerschappij of een aanvallende vijand, en ook tegen de personen die deze daden uitvoeren.

Vat in maximaal 4 zinnen de kern van paragraaf 6.4 samen

Bronkritiek

Bij deze opdracht ga je aan de hand van een schema bronkritiek geven. Dit doe je bij iedere bron! Hierbij staan de volgende leerdoelen centraal:

- De leerling kan bepalen welke bronnen informatie kunnen verschaffen voor het beantwoorden van een vraag (digitale informatievaardigheden).

- De leerling kan een effectieve en efficiënte zoekstrategie opstellen (digitale informatievaardigheden).

- De leerling kan fictie en werkelijkheid in de media onderscheiden (mediawijsheid)

Wat neem je mee uit deze les? Geef antwoord aan de hand van minimaal één leerdoel.

Wat vind je nog lastig en zou je nog meer aandacht aan willen besteden?