Cours 2

3: Unité 3
semaine 1 

Cours 2

1 / 27
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3: Unité 3
semaine 1 

Cours 2

Slide 1 - Slide

On va ...

Poser des questions
Apprendre des mots et un verbe
dehors
Faire les exercices


Slide 2 - Slide

                    Le but de ce cours est:
Je connais le verbe: écrire 

Slide 3 - Slide

Vous allez posez des questions.


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Présent: écrire
ik schrijf= j'écris
jij schrijft = ...?
etc.

Slide 6 - Slide

schrijven
écrire
ik schrijf
j'écris
jij schrijft
tu écris
hij/zij/men schrijft
il/elle/on écrit
wij schrijven
nous écrivons
jullie schrijven/
u schrijft
vous écrivez
zij schrijven
ils/elles écrivent

Slide 7 - Slide

Imparfait écrire
Hoe maak je de  imparfait (=onvoltooid verleden tijd): 
=ik schreef ?
Stap 1 = ...?
Stap 2 = ...?

Slide 8 - Slide

Imparfait écrire
Hoe maak je de imparfait?

Stap 1 =  nous-vorm présent min -ons   (nous écrivons          écriv)
Stap 2 = + de uitgangen: ...?

Slide 9 - Slide

schrijven
écrire
ik schreef
j'écrivais
jij schreef
hij/zij/men schreef
wij schreven
jullie schreven/
u schreef
zij schreven

Slide 10 - Slide

schrijven
écrire
ik schreef
j'écrivais
jij schreef
tu écrivais
hij/zij/men schreef
il/elle/on écrivait
wij schreven
nous écrivions
jullie schreven/
u schreef
vous écriviez
zij schreven
ils/elles écrivaient

Slide 11 - Slide

Va sur
Tu peux gagner un bonbon.

Slide 12 - Slide

ik heb geschreven

Slide 13 - Open question

jij hebt geschreven

Slide 14 - Open question

hij heeft geschreven

Slide 15 - Open question

wij zullen schrijven

Slide 16 - Open question

jullie zullen schrijven /
u zult schrijven

Slide 17 - Open question

zij zullen schrijven (v)

Slide 18 - Open question

men=
A
nous
B
vous
C
on
D
ils

Slide 19 - Quiz

u=
A
nous
B
vous
C
on
D
ils

Slide 20 - Quiz

wij=
A
nous
B
vous
C
on
D
ils

Slide 21 - Quiz

zij=
A
je
B
il
C
tu
D
ils/elles

Slide 22 - Quiz

jullie=
A
nous
B
vous
C
on
D
ils

Slide 23 - Quiz

Apprendre 2
Les exceptions: ....?
Oefenen via Learnbeat: 3.10-Vocabulaire Lire

Tu prends ta chaise et tu t'assois à l'autre côté.


timer
10:00

Slide 24 - Slide

On va dehors
S'il reste 30 minutes et 
si ............... réponds à 6 mots.

Slide 25 - Slide

Vous allez faire:
Learnbeat: 3.2 Lire  (ex. 3-4-5-6)
Fini?                      Tu peux faire quelque chose en français:
un jeu / un livre / un dessin ou ...?

De leerlingen met een onvoldoende (of die mee willen doen), maken de opdrachten met madame Menninga op papier.

Slide 26 - Slide

Le but de ce cours était:

Je connais le futur

Slide 27 - Slide