thema 10

1. Sleep de begrippen naar de juiste plek.
2. Zet het         bij de aanleiding van de oorlog.

Militarisme
Bondgenoten
Nationalisme
Moordaanslag
Modern imperialisme
1 / 19
next
Slide 1: Drag question
Middelbare school

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

1. Sleep de begrippen naar de juiste plek.
2. Zet het         bij de aanleiding van de oorlog.

Militarisme
Bondgenoten
Nationalisme
Moordaanslag
Modern imperialisme

Slide 1 - Drag question

Alleen vechten was misschien niet zo'n goed idee. Daarom waren landen bondgenoten van elkaar geworden. Er waren twee bondgenootschappen: de Geallieerden (rood in de kaart) en de Centralen (blauw in de kaart). 

Bekijk de kaart en sleep de vlaggen naar de juiste plek. Was een land neutraal? Sleep de vlag dan naar het groene vak. Klik op de vlag om de naam van het land te zien.
Neutraal
Centralen
Geallieerden
Frankrijk
Duitsland
Rusland
Verenigde Staten
Oostenrijk-Hongarije
Nederland
Groot-Brittannië
Turkse Rijk

Slide 2 - Drag question

WOI
WOII
1914 - 1918
1939 - 1945
Nederland Neutraal
De centralen
Loopgraven
Nazi's
Jodenhaat
Concentratiekamp

Slide 3 - Drag question

Wat voor iets is op de afbeelding afgebeeld?
A
Een loopgraaf
B
Een boomhut
C
Een bondgenootschap
D
Het Ijzeren Gordijn

Slide 4 - Quiz

Wanneer begon de Eerste wereldoorlog ?
A
1913
B
1914
C
1915
D
1916

Slide 5 - Quiz

Wanneer eindigde de eerste wereldoorlog?
A
1919
B
1920
C
1918
D
1925

Slide 6 - Quiz

Wie werd er aangewezen als grote schuldige van de Eerste Wereldoorlog?
A
Engeland
B
Duitsland
C
Oostenrijk
D
Rusland

Slide 7 - Quiz

Welke vrede werd er getekend toen de Duitsers zich overgaven na WO1?
A
Vrede van Münster
B
Vrede van Westfalen
C
Vrede van Versailles
D
Vrede van Ausburg

Slide 8 - Quiz

Wat was geen afspraak tijdens de Vrede van Versailles?
A
Duitsland moest land afstaan
B
Duitsland moest herstelbetalingen doen
C
Duitsland mocht geen leger meer hebben
D
Duitsland werd verdeeld onder de Geallieerden

Slide 9 - Quiz

In welk jaar begon de economische crisis?
A
1919
B
1928
C
1929
D
1939

Slide 10 - Quiz

Een dokter verdient evenveel als een leraar
A
Kapitalisme
B
Communisme

Slide 11 - Quiz

1919
1933
Parlement uitgeschakeld
Economische crisis
Dawesplan wordt  gestopt
roep om sterke leider
Beurs crash in Wallstreet VS
Hitler wordt kanselier
Verdrag van Versailles
Brand in de Rijksdag

Slide 12 - Drag question

Hieronder staan vijf films over de Tweede Wereldoorlog.

Iemand wil deze films in de juiste volgorde bekijken, van vroeger naar later, op basis van de gebeurtenissen waarover de films gaan.
In welke volgorde moeten de films worden bekeken?
1
2
3
4
5
A Bridge Too Far: over de Slag om Arnhem
Tora! Tora! Tora!: over de aanval op Pearl Harbor
Battle of Britain: over de Slag om Engeland
Het Bombardement: over het bombardement op Rotterdam
The Longest Day: over de invasie in Normandië

Slide 13 - Drag question

Hieronder zie je 4 bronnen staan. Welk begrip hoort bij welke bron? Er blijft 1 bron over. 
Discriminatie
Verzet
Hongerwinter

Slide 14 - Drag question

Welke zin is juist? Sleep die in het groene vak
De Nederlandse economie kon na WO-II groeien omdat de lonen omhoog ging
De hulp die de VS bood noemen we het Warschaupact
Tijdens de Koude Oorlog gooide de VS de eerste atoombom op de SU
Het West-blok in Europa stond onder invloed van de VS

Slide 15 - Drag question

DDR
Communistisch
BRD
Kapitalistisch
Democratisch
Dictatuur

Slide 16 - Drag question

Wat betekent EEG?
A
Europese Economische Gemeenschap
B
Europese Economische Gezelschap
C
Europese Eerste Gemeenschap
D
Europese Eerste Gezelschap

Slide 17 - Quiz

Het juiste antwoord in volgorde wat betreft oprichting is:
A
EU-EGKS-EEG
B
EEG-EGKS-EU
C
EGKS-EEG-EU
D
EEG-EU-EGKS

Slide 18 - Quiz

Waar zit de Europese commissie?
A
Brussel
B
Frankrijk
C
Duitsland
D
Italie

Slide 19 - Quiz