5vges_1 Les 8 TV 2 Romeins Imperium Keizertijd, Germanen en val

1 / 53
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom in de geschiedenisles!

Slide 2 - Slide

Telefoon in je zakkie!

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Checkvraag
  • Romeins Imperium
  • Afsluiting  

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
Je herkent militaire en culturele aspecten van het Romeins imperium, en begrijpt dat de

uitbreiding van het Romeinse Rijk verband hield met het Romeins concept over burgerschap 
Je weet dat de Germanen maatschappelijk tegenovergesteld waren aan de Romeinen en in de keizertijd steeds vaker in gewapend conflict kwamen met het Romeins Imperium
Je weet dat de Germanen door druk van buitenaf uiteindelijk het Romeins imperium binnentrokken en zich daar vestigde


kenmerkende aspect
7. De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Imperium: 
Sterk leger
  • Tot 100 v. Chr. burgerleger
  • Na 100 v. Chr. Professionele soldaten -> diensttijd + staat betaalt wapens 
Politiek drijft expansie
  • Elite krijgt politieke status door te veroveren (Caesar) 
Burgerschap
  • Beloon volkeren en lokale elites die meewerken met burgerrechten
Romeins Imperium: . Monarchie (753 v. Chr. - 510 v. Chr.)  - Republiek (510 v. Chr. - 27 v. Chr)  - Keizerrijk ( 27 v. Chr. -  - 476 n. Chr.)

Slide 10 - Slide

Na de dood van Caesar (en weer burgeroorlog)  begint in 27 v. Chr. officieel het Keizerrijk
De 1e Keizer is Augustus. Hij begint de Pax Romana, Romeinse vrede, die meerdere eeuwen duurt. Er is:
- Vrede, veiligheid en rust door bewaakte grenzen met soldaten
- Duidelijk bestuur met één machthebber en georganiseerde Romeinse overheid (keizer, provincies en Keizerlijke ambtenaren)
- Tolerantie tegenover andere geloven en culturen binnen het rijk zolang zij maar luisteren naar de Romeinse machthebbers
- Groei steden en handel

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Germanen en Romeinen!

Slide 14 - Slide

waar denk je aan bij 'Barbaars'

Slide 15 - Mind map

Julius  Caesar in Nederland 
Caesar moordt in 55 v. Chr. twee stammen uit.

1. Hij schrijft over de gebeurtenis in zijn eigen boek (de Gallische oorlogen)
2. Archeologische vondsten en chemische analyse bewijzen dat deze moord heeft plaatsgevonden en dat de slachtoffers Germanen waren (DNA vergeleken met andere stammen) 
Schedelwond
Dit is een wond van een werpspeer in de schedel van een Germaanse vrouw 

Slide 16 - Slide


Wat zegt deze bron over de manier waarop de Romeinen naar de Germanen kijken?

Slide 17 - Open question


Welk doel hoopt Caesar volgens jou te bereiken door dit verhaal op te schrijven?

Slide 18 - Open question


Als je deze gebeurtenis bekijkt met een hedendaagse blik: Is hier sprake van genocide?

Slide 19 - Open question

Romeinse bronnen
  • Er is veel geschreven over de Germanen niets door de Germanen

  • De Romeinen en Grieken bekijken de Germanen eenzijdig

  • Je moet dus twijfelen over de betrouwbaarheid en doel van de bronnen. 


Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Romeinen vallen Germania binnen: Arminius
Romeinse gouverneurs probeerden Germania te veroveren op bevel van de Keizer Augustus.

Het terrein waar de veldtochten plaatsvonden, de stammen en de gewelddadige houding van de Romeinen zorgden voor veel weerstand 

Een Romeinse officier, Arminius, was oorspronkelijk de zoon van een Germaans stamhoofd. Hij was als gijzelaar in Romeinse dienst gekomen.

In het geheim organiseerde hij een opstand en wist hij met Germaanse stammen in één keer 3 legioenen te vernietigen.

Slide 23 - Slide

Slag in het Teutoburgerwoud: 
14 v. Chr. Laatste daadwerkelijke invasie van Germania door de Romeinen
Doel: Grens verleggen van de Rijn naar de Elbe. 
  • Romeinen  waren beter in grote open veldslagen. 
  • Germanen vielen de Romeinen aan op hun zwakte. 
  • De grens (Limes) bleef bij de Rijn ipv de Elbe. 

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Ontmoeting van culturen: vanaf 1e eeuw n. Chr.  

Grensgebied hielden de Germanen en Romeinen contact: 

De Germanen: 
  1. Dreven handel met de Romeinen. 
  2. Gingen dienen in het Romeins ((Grens) leger) (vanaf de 3e eeuw n. Chr.) 
  3. Importeerde Romeinse producten. (ijzer en technologie) 


Romeinen en Germanen

Slide 26 - Slide


Limes
  • De Romeinen maken vaak gebruik van natuurlijke grenzen zoals: zeeën, rivieren, bergen en woestijnen.
  • Maar als het nodig is bouwen ze een versterkte grens met wachttorens en forten. Zo'n grens heet limes

Slide 27 - Slide


De Limes in Nederland


  • In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn
  • Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
  • Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.

Slide 28 - Slide


Romanisering


  • Het contact tussen de mensen in deze streek en de Romeinen is intensief
  • Dat is ook niet zo vreemd: de Romeinen zijn hier ruim 400 jaar, en door handel en huwelijken worden gebruiken overgenomen.
  • Het overnemen van Romeinse gebruiken (taal, kleding, cultuur) heet romanisering
Reconstructie van een Villa Rustica

Slide 29 - Slide


Leven onder de Romeinen


  • De Romeinen laten de overwonnen volken vaak hun gebruiken en godsdienst houden. 
  • En zolang de volken belasting betalen (o.a. door soldaten voor de hulptroepen te leveren), zijn er weinig problemen: precies wat de Romeinen willen.

Slide 30 - Slide

In welke maatschappijtype leefde de Germanen? Gebruik bronelementen in je antwoord.

Slide 31 - Open question

Slide 32 - Slide

1e eeuw n. Chr,
3e eeuw n. Chr, 

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Het Rijk in de problemen: 3e eeuw 
  • Tijdens de PAX ROMANA (Romeinse vrede) was het de Romeinen steeds gelukt om weinig oorlog te voeren en een stabiel rijk te hebben. Maar toen:
  1. steeds meer Germanen komen de grens over en moeten worden afgeslagen met geweld of afbetaald met geld. Oorlog en afbetalen = duur. Ook continue oorlog met de Perzen kostte veel geld.
  2. Soldatenkeizers: ruzies tussen generaals over de keizerstitel (235-284). De ruzies zorgen voor burgeroorlogen. Deze burgeroorlogen blijven ook in de 4e en 5 eeuw plaatsvinden.

In de 4e en 5e eeuw breidt deze eerste crisis verder uit:
4. Meer kosten (verdeidiging en geen nieuwe inkomsten) zorgt voor hogere belastingdruk; bevolking verarmd 
5. Infrastructuur verslechtert door gebrek aan geld en bestuur
6. Burgeroorlogen en invallen zorgen voor gebrek aan veiligheid en duidelijk bestuur
7. Steden vervallen en lopen leeg door instorten handel en geldeconomie en oplopende voedseltekorten
8. 






De Amerikaanse schilder Thomas Cole maakte tussen 1833-1836 een serie schilderijen over een niet-bestaand rijk, dat erg lijkt op het Romeinse Rijk (maar het niet is!).
Dit schilderij is het derde deel van de serie heet Consummation (verorbering), en laat zien dat er vooral heel veel gefeest wordt.

Slide 35 - Slide

tussen 235 en 284 waren er meer dan 50 keizers! hoeveel procent werd daarvan vermoord denk je?
A
10 procent
B
30 procent
C
50 procent
D
60 procent

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Diocletianus wist de periode van 'soldatenkeizers' te beëïndigen en begon met hervormingen die invloed hebben gehad op: laatste gedeelte Romeinse rijk én vroege Middeleeuwen 

1. Erfelijke beroepen
Diocletianus liet beroepen erfelijk worden; van vader op zoon. Dat bleef zo in de middeleeuwen. Dit verminderde de sociale mobiliteit
2. Ontstaan horigheid
landloze boeren moesten vanaf nu werken voor een grondbezitter zonder zelf in aanmerking te komen voor grond of vrijheid. Zij waren gebonden aan het land (mochten niet weg) --> = horigheid
3. Veel zelfstandigheid en macht voor lokale militaire leiders
Om snel te kunnen reageren op aanvallen kregen militaire leiders de ruimte om beslissingen te maken. Dit verzwakte wel de positie van de Keizer als centrale bestuurder,
4. Het rijk splitsen
Bestuurlijk kreeg het rijk meerdere hoofdsteden met eigen keizers. Zo kon de opvolging soepeler verlopen en konden er sneller beslissingen gemaakt worden





Keizer Diocletianus: 284 - 305 n. Chr.
Crisismanagement

Slide 39 - Slide

Intern: Tetrarchie: het Rijk wordt gesplitst
284 door Diocletianus



  • Het Rijk wordt in 284 twee bestuurlijke stukken gedeeld: Oost-Romeinse Rijk &  West-Romeinse Rijk. 
  • Beide rijken hebben een eigen keizer en een eigen opvolg-keizer
  • Waarom?
  1.  Sneller reageren op Germaanse invallen
  2. Het Rijk kon zo minder snel in burgeroorlogen vallen als er een keizer dood ging 






Slide 40 - Slide


Intern: het Rijk wordt definitief gesplitst in 395 n. Chr. (na dood Theodosius) 



  • Het Rijk wordt in 395 definitief in twee bestuurlijke stukken gedeeld: Oost-Romeinse Rijk &  West-Romeinse Rijk. 
  • Beide rijken hebben een eigen keizer.
  • Waarom?
  1.  Sneller reageren op Germaanse invallen
  2. Het Rijk kon zo minder snel in burgeroorlogen vallen als er een keizer dood ging 
  3. Het westelijke gedeelte was economisch veel zwakker dan het oosten. 






Slide 41 - Slide

395 na Christus: 
Definitieve splitsing in West- en Oostromeinse Rijk om bestuur makkelijker te maken

Slide 42 - Slide

Grote Volksverhuizing
3e eeuw - 5e eeuw


  • Europese stammen slaan op de vlucht voor de Hunnen
  • Trekken het onbewaakte Romeinse Rijk binnen (die zijn veel bezig met burgeroorlog)
  • Veroorzaken economische en sociale problemen (onveiligheid) 
  • Blijven vaak wonen in het rijk (culturele verandering)

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide


Christenen in het Romeinse Rijk


Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk. 
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof 
zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.


De Grote Volksverhuizing tussen de 3e en 5e eeuw.
De Hunnen waren een stam uit Azië. Ze waren gevreesd omdat ze erg wreed zouden zijn. Europese stammen slaan op de vlucht en kunnen, nu de grenzen niet meer zijn bewaakt, het Romeinse Rijk binnentrekken.
De Vandalen kwamen helemaal tot aan Rome. Ze plunderden de stad een paar keer en roofden zelfs het goud van de tempeldaken. Het begrip vandalisme komt inderdaad van de plunderende Vandalen.
De Angelen en Saksen steken de Noordzee over en komen terecht in Engeland.
Veel namen van stammen kom je tegenwoordig nog steeds tegen in namen van landen en streken: Franci (Frankrijk), Alemanni (Duitsland, in het Frans: Allemange), Bavarii (Beieren), enz.

Slide 46 - Slide


Het West-Romeinse Rijk valt
476




De Amerikaanse schilder Thomas Cole maakte tussen 1833-1836 een serie schilderijen over een niet-bestaand rijk, dat erg lijkt op het Romeinse Rijk (maar het niet is!).
Dit schilderij is het vierde deel van de serie heet Destruction, en lijkt op de inval van Rome door de Vandalen (in 455)
Een dreigende lucht met donkere wolken.
Een gebroken schild
Van een standbeeld ontbreekt het hoofd
Een vrouw wordt in het water gegooid
Een noodbrug die op instorten staat
Een vernielde brug.
Een paleis staat in brand: je ziet de vlammen

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Jagers & verzamelaars
Landbouwsamenlevingen
Grieken & Romeinen
Vroege Middeleeuwen
Nomadisch
X
Agrarisch
X
X
Agrarisch-urbaan
X

Slide 49 - Slide

Toon aan dat het doel van de bron is om goede Romeinse eigenschappen te laten zien.

Livius schreef dit verhaal rond het jaar 1 n. Chr. Toon aan dat de Romeinen nog steeds:
Een trauma hadden van deze oorlog.
Trots waren op deze oorlog.

Slide 50 - Open question


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 51 - Open question

Begrippen uit deze les
monarchie, republiek, keizerrijk, burgerschap

Slide 52 - Slide


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 53 - Open question