1.9. M&G Blok 4 voedselovergevoeligheid, coeliakie, E-nummers

Mens & Gezondheid
Blok 4. De basisschool
Voedselovergevoeligheid


1 / 30
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Mens & Gezondheid
Blok 4. De basisschool
Voedselovergevoeligheid


Slide 1 - Slide

Lesdoel
  • Aan het einde van de les weet je wat het verband is tussen een voedingspatroon en gezondheid.
  • Aan het einde van de les herken je voedings- en leefgewoontes. 

Slide 2 - Slide

Regels
  1. Geen telefoons​/oordoppen
  2. We zijn respectvol ​
  3. We luisteren naar elkaar, er wordt dus niet zomaar gepraat ​ 
  4. We houden ons aan de gemaakt afspraken  



Slide 3 - Slide

Voedselovergevoeligheid betekent:
Je lichaam heeft een negatieve reactie op bepaald voedsel

Bijvoorbeeld: buikpijn, jeuk, uitslag, hoofdpijn, diarree, niezen of benauwd
===> voedselallergie óf voedselintolerantie

Slide 4 - Slide

Verschil
Allergie: De reactie op de allergeen (de stof waar je op reageert) is direct na het eten.

Intolerantie: De reactie op de allergeen (de stof waar je op reageert) komt pas later (pas na 8 tot 48 uur).



Slide 5 - Slide

Lees blz. 273 + 233 + 236

Slide 6 - Slide

Waar kun je allergisch voor zijn?

Slide 7 - Slide

Allergie: Wat gebeurt er in het lichaam?
Je lichaam reageert alsof er ziektekiemen in het lichaam zijn:
 het immuunsysteem (afweersysteem) komt in actie en
er komt histamine vrij→ zorgt voor de allergische reactie

Slide 8 - Slide

Kun je aan een allergische reactie doodgaan?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Intolerantie: Wat gebeurt er in het lichaam?
In je lichaam ontbreekt (gedeeltelijk)een bepaald enzym om die bepaalde stof te verteren

Slide 10 - Slide

Voedselallergie bij baby’s
Het komt bij baby’s en kinderen vaker voor, omdat de darmen en het afweersysteem nog niet volledig is ontwikkeld.

Klachten: Moeilijk ademen, Verkouden, Buikpijn, Eczeem, Rode huid, Droge huid
 
   

Slide 11 - Slide

Mogelijke oorzaken: 
Koemelk, sommige groenten en fruit of/en gluten
Wat kun je eraan doen:
Dieet of medicijnen

Slide 12 - Slide

Mens & Gezondheid
Blok 4. De basisschool
Coeliakie

Slide 13 - Slide

Voor wat ben je allergisch als je coeliakie hebt

Slide 14 - Open question

Gluten is een eiwit en zitten in:

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

E-nummers

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Lees blz. 236 + 237

Slide 19 - Slide

Een ander woord voor toevoegingen is a......

Slide 20 - Open question

2 groepen additieven
Natuurlijke: (uit planten/ dieren)
Synthetische: (gemaakt/ uit de fabriek)

Slide 21 - Slide

Additieven en hun functies
Kleurstoffen (voor de …..)
Smaakverbeteraars (voor de …..)
Conserveermiddelen (voor langere houdbaarheid)

Slide 22 - Slide

Nog meer additieven en hun functies
Anti-oxidant (tegen verkleuring)
Emulgatoren (om water en olie te mengen)
Stabilisatoren (voor langere stevigheid →bijv. slagroom)

Slide 23 - Slide

Nog meer additieven en hun functies
Geleermiddelen (voor stevigheid →denk aan gel)
verdikkingsmiddel (maakt ……)
antiklontermiddel (zorgt dat er geen klontjes ontstaan)

Slide 24 - Slide

Nog meer additieven en hun functies
zuurteregelaars
Rijsmiddel (maakt luchtiger)
Zoetstoffen (i.p.v. suiker)
Verpakkingsgassen (denk aan chips)

Slide 25 - Slide

2 soorten producten bevatten veel additieven!
1. Light-producten
2. Kant-en-klaar producten
Hoe komt dat?

Slide 26 - Slide

Light-producten bevatten veel z.......

Slide 27 - Open question

Kant-en-klaar producten bevatten veel c. . . . . . . . . .

Slide 28 - Open question

Welke additief zit er in deze producten?

Slide 29 - Slide

Maak opdracht 1 t/m 5 + 12 zelfstandig. 

Slide 30 - Slide