Begeleiden van diagnostisch onderzoek

Diagnostisch onderzoek
Huisarts
1 / 26
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Diagnostisch onderzoek
Huisarts

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag 
Belang van anamnese huisarts.
Het hebben over diagnostisch onderzoek.
Hoe begeleiden we de zorgvrager hierin?
De diverse modellen.

Casus mevr vd Ploeg gaat naar het ziekenhuis voor een infuus.


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Na deze les kun je verschillende soorten diagnostisch onderzoek benoemen.
  • Na deze les kan de student voorlichting geven over verschillende  soorten onderzoek en behandeling aan de zorgvrager en naasten.
  • Na deze les kan de student redeneren over diagnostische onderzoeken.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Medische diagnostische onderzoek.
Medische diagnostiek is het proces van systematische informatieverzameling en -verwerking door een arts of andere zorgverlener om de aard van een ziekte, aandoening of syndroom bij een patiënt vast te stellen. Dit proces omvat het analyseren van symptomen, het afnemen van een medische voorgeschiedenis, het uitvoeren van lichamelijk onderzoek, en het inzetten van diverse onderzoeken zoals bloed- of beeldvormend onderzoek om tot een accurate diagnose te komen. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Doel van diagnostisch onderzoek

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Doel diagnostisch onderzoek
  • vaststellen of uitsluiten van een ziekte;
  • vaststellen of een behandeling succesvol verloopt;
  • voorkomen van een ziekte;
  • volgen van het verloop van een ziekte.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Soorten diagnostisch onderzoek

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Opdracht 1: 10 min
 ga per onderzoek een voorbeeld bedenken/opzoeken.
- Klinisch chemisch onderzoek
- Hematologisch onderzoek
- Histopathologisch onderzoek
- Bacteriologisch onderzoek
- Endoscopisch onderzoek
- Beeldvormend onderzoek
- Functieonderzoek
- Neurologische onderzoek

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Welke materialen (monsters) kan jij niet verzamelen voor diagnostisch onderzoek op de praktijk?
A
Urine
B
Feaces
C
Sputum
D
Bloed uit een slagader

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat kan er bij een medisch diagnostisch onderzoek gebruikt worden?
A
Ioniserende, straling
B
Röntgenstraling
C
Gammastraling
D
alla antwoorden zijn juist.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Venapunctie en bloedonderzoek 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Hoe kan bloed worden
afgenomen?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Bloedonderzoek
  • venapunctie, vingerprik, capilair
  • Arteriepunctie (astrüp/bloedgas)
  • Bloedkweek (bij koorts of ondertemp.) 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Labuitslag.nl: Ga op onderzoek:
Opdracht 2: 10 minuten:

Welke bloedwaarde wordt er gebruikt om:
- bloedarmoede op te sporen ?
- hartfalen, nierfalen, schildklierfalen, leverfalen
- Diabetes??

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

voorbeelden bloedonderzoeken
  • Hartenzymen: na hartinfarct, voor bepalen grootte infarct door hartezym troponine wat aanwezig is in het bloed.  
  • Ontstekingswaarden: uitsluiten of sprake van infectie. 
  • Glucosewaarden: voor zorgvragers met diabetes om te kijken of glucose te hoog of te laag is zodat medicatie aangepast kan worden. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent anemie?
A
Slagader
B
Bloedarmoede
C
Rode bloedcel
D
Bloedplaatje

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer moet je de
huisarts bellen.

Slide 17 - Mind map

This item has no instructions

Gezondheidsproblemen
Zitten op meerdere gebieden.

Bron: positieve gezondheid: huisarts Machteld Huber 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Diagnose

Reden om naar de huisarts te stappen:
- Geheugenproblemen of verandering van gedrag of karakter
 
Algemeen onderzoek:
MRI-scan en PET-scan: 
Door de afwijkingen die te zien zijn kunnen verschillende vormen van dementie worden onderscheiden. 
Bloedonderzoek:
Neurolopsychologisch onderzoek:

Slide 19 - Slide

Executieve functies:
Plannen
Organisatie
Cognitieve flexibiliteit
Doelgericht gedrag
Timemanagement

Voorbeelden als deze functies niet meer lukken:
- Geen activiteiten meer kunnen organiseren
- Impulsief gedrag
- Niet meer flexibel kunnen omgaan met veranderingen 
- Obsessief gedrag (zoals steeds tellen, zingen, tikken of hetzelfde gedrag vertonen)
- Moeite hebben met passend reageren in sociale interacties
- Problemen met emotie regulatie
Mevr vd Ploeg
Mevr vd Ploeg gaat naar het ziekenhuis voor een ........ Het is de eerste keer voor haar en jij geeft haar voorlichting over wat het onderzoek is. 
Daarbij is mevr. heel erg bang voor alles wat medisch is. 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Medische modellen- geschiedenis
- Biomedische model
- Sociaal model  (maatschappelijke en omgevingsfactoren).
-Biopsychosociaal model

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Het medische model 1945- 1960
Na 1945 werd de kennis over het lichaam en de geest steeds groter. In 1950 kwamen er zelfs voor het eerst medicijnen op de markt die het een stuk makkelijker maakten om iemand met een verstandelijke beperking te verzorgen of te helpen. Na 1945 werden mensen met een verstandelijke handicap niet meer gezien als mensen die zwakzinnig waren en dus niets konden. Vanaf dat moment werden deze mensen als patiënt gezien en niet meer als iemand waarvoor de maatschappij zich moest beschermen. Nu werden ze beschouwd als zieke mensen.

Slide 23 - Slide

  • Verstandelijke handicap is een ziekte.
  • De verstandelijk gehandicapte is een patiënt die wordt behandeld, verzorgd en verpleegd.
  • Instituten lijken op ziekenhuizen met lange gangen, bedzalen, zustersposten, witte schorten, witte lakens en muren en geneesheerdirecteuren.
  • Zorg voornamelijk gericht op lichamelijke gezondheid, goede voeding, hygiëne, rust en medicijnen.
  • Instituten niet op samenleving gericht.
  • De verstandelijk gehandicapte wordt geïnstitutionaliseerd.
  • Zorg eerst door religieuzen/verpleegkundigen uitgevoerd, later ook door leken verpleegkundigen.
  • Verpleegkundigen zijn verlengde arm van de arts.
  • Mens met verstandelijke beperking heet ‘zwakzinnige’
Evaluatie:
  1. Doelen behaald?
- Na deze les kun je verschillende soorten diagnostisch onderzoek benoemen
- Na deze les kan de student voorlichting geven over verschillende soorten onderzoek en behandeling aan de zorgvrager en naasten.
- Na deze les kan de student de diverse modellen benoemen.

    2. Wat vonden jullie van deze les? 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions


Wat vonden jullie van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

This item has no instructions

EIND

Slide 26 - Slide

This item has no instructions