Dorpskrant V2H les 1 intro doelen/soorten

Les 1 Dorpskrant
Instructies opdracht & voorkennis activeren: tekstdoelen, tekstsoorten
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Les 1 Dorpskrant
Instructies opdracht & voorkennis activeren: tekstdoelen, tekstsoorten

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wat gaan we doen?
1. Dorp of Stad?
2. Instructies Dorpskrant downloaden & doornemen           
3. Vragen stellen                                                                         
4. Oefenen tekstdoelen, tekstsoorten       
6. Overleg/start met partner!

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
- Ik kan uitleggen wat het maken van een dorpskrant inhoudt.
- Ik weet waar ik de opdracht voor deze toets kan vinden.
- Ik kan uitleggen welke zes tekstdoelen en tekstsoorten er zijn.


Slide 4 - Slide

kenmerken:
dorp of stad?

Slide 5 - Mind map

Dorpskrant maken
- Teams - nieuwe map Dorpskrant
- Opdracht doornemen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Tekstdoelen, tekstsoorten & tekstvormen

Slide 8 - Slide

Wat is geen tekstdoel?
A
Amuseren
B
Informeren
C
Aandacht trekken
D
Uitleg geven

Slide 9 - Quiz

Tekstdoel?
A
informeren
B
uitleg geven
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 10 - Quiz

Tekstsoort?
A
Nieuwsbericht
B
Blog
C
Advertentie
D
Recept

Slide 11 - Quiz

Sleep de juiste tekstdoelen naar de tekstsoorten.
Overtuigen
informeren
Mening laten vormen
Uiteenzetting
Beschouwing
Betoog

Slide 12 - Drag question

De tekstsoort die bij het tekstdoel 'overhalen' hoort is:
A
Betogende tekst
B
Amuserende tekst
C
Aansporende of activerende tekst
D
Beschouwende tekst

Slide 13 - Quiz

Het verschil tussen een uiteenzettende en een informerende tekst is:
A
dat er geen verschil is.
B
in de ene wordt geïnformeerd en in de andere uitgelegd.
C
dat er in de ene wordt uitgelegd en in de andere geamuseerd.
D
de ene bevat feiten en de andere vooral meningen.

Slide 14 - Quiz

Een tekst met instructies in stappen over het 'handen wassen' is...
A
Een uiteenzettende tekst.
B
Een informerende tekst.
C
Een beschouwende tekst.
D
Een amuserende tekst.

Slide 15 - Quiz

Noem 8 tekstsoorten

Slide 16 - Mind map

Samen aan de slag!
Bedenk alvast de 10 bewoners/beroepen/namen.
Bedenk alvast de tekstsoorten bij de 6 tekstdoelen.

Slide 17 - Slide