V3/H3 beknopte bijzin

Grammatica zinsdelen
Hoofdstuk 3: beknopte bijzinnen
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Grammatica zinsdelen
Hoofdstuk 3: beknopte bijzinnen

Slide 1 - Slide

Lesdoel 
Aan het einde van deze les weet je wat een beknopte bijzin is en kun je het type en de functie van een beknopte bijzin bepalen. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Theorie - deel 1
Van een bijzin kun je een beknopte bijzin maken > verkorte bijzin.

gewone bijzin: Nadat ze de catwalk verlieten, kleedden de modellen zich om voor het volgende onderdeel van de show.

beknopte bijzin: Na de catwalk te hebben verlaten, kleedden de modellen zich om voor het volgende onderdeel van de show.





Slide 4 - Slide

Theorie - deel 2
  • Onderwerp en persoonsvorm ontbreken in een beknopte bijzin.
  •  Het onderwerp is ‘verzwegen’ --> verzwegen onderwerp kun je afleiden uit de hoofdzin (het is daar het ow, lv of mv).

 Dromend over zijn toekomst (bekn. bz.) viel hij in slaap. 
Verzwegen onderwerp = hij 

Slide 5 - Slide

Theorie - deel 3 - herkennen beknopte bijzin
In plaats van de persoonsvorm kan de beknopte bijzin bevatten:

  • een voltooid deelwoord:
 Aangekomen op het vakantieadres meldde mijn vader zich aan de balie.
  • een onvoltooid deelwoord: 
 Naar huis fietsend bedacht Mark zich, keerde om en reed terug.
  •  ‘te + infinitief’: 
 Na zijn kast te hebben leeggehaald vond Tim de shirts die hij zocht.

Slide 6 - Slide

Loerend op haar prooi sloop de oude leeuwin over de savanne
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 7 - Quiz

Heeft Aline je uitgelegd hoe je snel een fietsband kunt plakken?
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 8 - Quiz

Vanmiddag zei de loodgieter dat hij alle kranen had vervangen.
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 9 - Quiz

Na drie verloren finales eindelijk kampioen geworden, dankte de tennisser zijn ouders en staf.
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 10 - Quiz

De hopman waarschuwde zijn scouts op tijd aanwezig te zijn.
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 11 - Quiz

Foutieve beknopte bijzinnen
even oefenen 

Slide 12 - Slide

Beknopte bijzin: welk onderwerp is weggelaten?
Napratend over de wedstrijd, verlieten de toeschouwers het stadion.
A
de voetballers
B
de toeschouwers
C
het stadion
D
de wedstrijd

Slide 13 - Quiz

Napratend over de wedstrijd, verlieten de toeschouwers het stadion.
Goed of fout?
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

Welk onderwerp is weggelaten?

Kletsnat van de regen thuisgekomen, smaakte de warme chocomelk mij wel.
A
de warme chocomelk
B
ik
C
de regen
D
mij

Slide 15 - Quiz

Kletsnat van de regen thuisgekomen, smaakte de warme chocomelk mij wel.

Goed of fout?
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quiz


Na de koning uitgezwaaid te hebben, vertrok de helikopter.
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

Wachtend op de bus, kusten zij elkaar.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz

Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quiz

Alvorens te tekenen, dient u alle consequenties van uw besluit te overwegen.
A
goed
B
fout

Slide 20 - Quiz

Luid gillend werd zijn verstandskies getrokken.
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quiz

Kijkend uit het raam, viel plotseling een dakpan naar beneden.
A
goed
B
fout

Slide 22 - Quiz

Nu zelf
Maken hoofdstuk 4 Formuleren- blz. 128 opdracht 1 en 3
timer
10:00

Slide 23 - Slide

Wat is een beknopte bijzin?
Een bijzin zonder....

Slide 24 - Open question

Wanneer is een beknopte bijzin foutief?

Slide 25 - Open question