Bloedsomloop

Bloedsomloop
Interactieve video
1 / 13
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnSecundair onderwijs

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Bloedsomloop
Interactieve video

Slide 1 - Slide

11

Slide 2 - Video

00:20
Langs welke weg(en) passeert het bloed door het hart?

Slide 3 - Open question

00:32
Zet onderstaande onderdelen van het hart in de juiste volgorde
(volgens de wijzers van de klok)
linkerkamer, linkerboezem, rechterkamer, rechterboezem

Slide 4 - Open question

00:35
Wat gebeurt er in de longen met het zuurstofarme bloed?
A
Het bloed geeft koolstofdioxide af en neemt zuurstofgas op
B
In de longen passeert het bloed maar er gebeurt verder niks.
C
Het bloed geeft zuurstofgas af en neemt koolstofdioxide op.
D
Het gaat via dezelfde weg terug naar het hart.

Slide 5 - Quiz

00:56
Wat gebeurt er met het bloed in de organen?
A
Organen hebben geen bloed nodig
B
De organen gebruiken voedingstoffen en zuurstofgas uit het bloed en geven afvalstoffen af aan het bloed.
C
De organen gebruiken de afvalstoffen uit het bloed en geven voedingstoffen en zuurstofgas af aan het bloed.
D
Het bloed stapelt zich op in de organen. Eens deze helemaal gevuld zijn stroomt het bloed terug.

Slide 6 - Quiz

01:04
Is het bloed dat de longen binnenkomt zuurstofarm of zuurstofrijk?

Slide 7 - Open question

01:15
welke soorten bloedvaten zijn er in het lichaam?

Slide 8 - Open question

01:55
Welke stelling is niet juist?
A
Slagaders vervoeren zuurstofrijk bloed vanuit het hart naar andere delen van het lichaam.
B
Halsslagaders vervoeren zuurstofarm bloed vanuit het hart naar de andere delen van het lichaam.
C
De aorta is de belangrijkste slagader
D
De longslagader is de enige slagader die geen zuurstofrijk bloed bevat

Slide 9 - Quiz

02:23
Waarom is de wand van slagaders zo stevig?
A
De slagaders staan voortdurend onder een hoge druk doordat het hart er bloed door pompt.
B
Omdat het bloed anders niet ver genoeg in het lichaam vervoerd kan worden.
C
Naarmate je ouder wordt, kan je deze wand verstevigen door middel van krachttraining.
D
Deze is helemaal niet zo stevig

Slide 10 - Quiz

02:54
Waarom is de wand van de haarvaten zo dun?

Slide 11 - Open question

03:24
Hoe noemen we de spieren rondom de aders die de aders helpen om het bloed terug naar het hart te brengen?
A
Pompspieren
B
Pompende Spieren
C
Spierpompen
D
Aderspieren

Slide 12 - Quiz

03:37
Wat zijn de kleinste vertakkingen van de bloedvaten?
A
Slagaders
B
Aders
C
Haarvaten
D
Alle vertakkingen zijn even groot

Slide 13 - Quiz