Havo 3 - Kapitel 2 - E Grammatik Les 1

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Guten Tag

Herzlich Willkommen!

Das Programm

• Weißt es noch?
• Neuer Stoff
• Aufgaben machen
• evaluieren

Die Lernziele

Je kunt de persoonlijk voornaamwoorden in het Duits gebruiken

Weißt du es noch?

Jetzt folgen ein Paar Wiederholungsfragen

Kombiniere die Personalpronomen 

mit der richtigen Übersetzung

ich

er

du

man

sie

wir

ihr

Sie

jij

ik

wij

hij

zij

U

jullie

men

In welke naamval stonden de persoonlijk voornaamwoorden van de vorige vraag?

1. 1e naamval
2. 2e naamval
3. 3e naamval
4. 4e naamval

Tip:

het onderwerp in de zin staat ALTIJD in de eerste naamval. Handig!

Hoe vindt je het onderwerp in de zin?

Hoe wordt de 1e naamval (het onderwerp van de zin) ook wel in het Duits genoemd?

1. Nominativ
2. Genetiv
3. Dativ
4. Akkusativ

Welke naamval is het lijdend voorwerp in de zin, denk je?

1. 1e naamval
2. 2e naamval
3. 3e naamval
4. 4e naamval

nog een tip:

het lijdend voorwerp in de zin staat ALTIJD in de vierde naamval. 

Hoe wordt de 4e naamval (het lijdend voorwerp van de zin) ook wel in het Duits genoemd?

1. Nominativ
2. Genetiv
3. Dativ
4. Akkusativ

Let op!

De persoonlijk voornaamwoorden zijn anders in de 4e naamval (Akkusativ). 

Eine übersicht:

1e	ich	du	er	sie	es	wir	ihr	sie/Sie
4e	mich	dich	ihn	sie	es	uns	euch	sie/Sie

Personalpronomen Akkusativ (4e naamval)

mich

es

uns

euch

sie (mv)

sie (ev)

dich

Sie

ihn

wen?

mij

haar

wij

jou

hen

het

jullie

u

hem

wie?

Eine übersicht:

1e	ich	du	er	sie	es	wir	ihr	sie/Sie
4e	mich	dich	ihn	sie	es	uns	euch	sie/Sie

Wat is het lijdend voorwerp?
Sie hat mich besucht.

1. Sie
2. hat
3. mich
4. besucht

Wat is het onderwerp
Dich werde ich morgen besuchen

1. Dich
2. ich
3. morgen
4. werde besuchen

Vertaal het woord tussen haakjes:
Kann ich ..... (jullie) morgen sprechen?

1. ihr
2. sie
3. uns
4. euch

Aufgaben zur Grammatik

• Mache Aufgabe 18 b/z 22 im Buch
• Auf Seite 152 findest du die Personalpronomen. 
• Tipp für Aufgabe 18: benutze Seite 154
• Fertig? Mache Aufgabe 23/24

Lerne die personalpronomen gut (S.152)

Is het doel behaald?
je kunt het persoonlijk voornaamwoord als onderwerp en lijdend voorwerp gebruiken

010

Heb je nog tips voor mij of wat kan de volgende keer anders?