oefenen met parametrie en redeneerhulpen

Redeneerhulpen
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Klinisch redeneren basis HBO5Hoger onderwijs

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

Redeneerhulpen

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

  • Je  leert welke  redeneerhulpen er zijn die het klinisch redeneren en communiceren in (acute) situaties ondersteunen


  • Je leert in welke situatie je welke redeneerhulp het best gebruikt.




Slide 2 - Slide

Redeneerhulpen

Slide 3 - Slide

Oriëntatie op de situatie

Slide 4 - Slide

4.1 interpreteer volgende parameters 
Een patiënt met ernstige brandwonden vertoont de volgende waarden:
  • NIBP= 70/40 mmHg 
  • Hartfrequentie = 123/minuut
  • AHfrequentie = 25/minuut
  • Capillaire refilltijd = 3 seconden
  • Gelaatskleur = bleke grauwe kleur

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Casus Mark
stap 1 inschatten situatie

1) vul in het  PAN document de volgende onderdelen in
 S, B & A 
2) Vul de DENWIS in om het item ongerust in de EWS  te bepalen

3) Welke werkdiagnose is er hier aanwezig?

Slide 7 - Slide

stukjes PAN erinzetten van casus mark
+ SCEGS

Slide 8 - Slide

BASISPARAMETRIE +EWS
DENWIS

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Vaststellen klinische problemen

Slide 13 - Slide

opbouw systeemkaart
Elke systeemkaart leest van links naar rechts. (Bijlage 2 pagina 83)
Elk orgaansysteem wordt beschreven met de volgende categorieën:
  1. Klinische aandachtspunten
  2. Belangrijk om te weten
  3. Voorbeelden van disfunctie
  4. (In)direct levensbedreigend
  5. Bewakingsmogelijkheden
  6. Behandelingsmogelijkheden

Slide 14 - Slide

Linkerblad systeemkaart

Slide 15 - Slide

mindmap

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

BOX 4 
 ligt iemand na val met longlay met een ernstige decubituswonde thv de stuit.
pagina 48

Slide 18 - Slide

In welk zorgsysteem (orgaan) bevindt zich de dysfunctie

Slide 19 - Open question

Onder welk klinisch aandachtspunt situeer je de problematiek?

Slide 20 - Open question

BOX 5 
ligt iemand met COPD die een ademhalingstilstand deed na toediening van 8L O2.

Slide 21 - Slide

In welk zorgsysteem (orgaan)bevindt zich de dysfunctie

Slide 22 - Open question

Onder welk klinisch aandachtspunt situeer je de problematiek?

Slide 23 - Open question

Casus Mark
Vul het PAN document verder aan 
met de klinische problematiek 

Slide 24 - Slide

STAP 2: Klinische problematiek Mark

Slide 25 - Slide

R: Aanvullende onderzoeken

Slide 26 - Slide

STAP 3: Aanvullend onderzoek Mark

Slide 27 - Slide

R: (verpleegkundig) beleid

Slide 28 - Slide

STAP 4: (verpleegkundig) beleid Mark

Slide 29 - Slide

Prognose/verder verloop KT/LT

Slide 30 - Slide

STAP 5: prognose/verder verloop Mark

Slide 31 - Slide

Heb je het gevoel dat je de weet hoe je verschillende redeneerhulpen kunt gebruiken?

Slide 32 - Poll