This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Vooraf: op welke manieren kun je van een zn het meervoud maken?
Slide 2 - Open question
Meervouden op -en
De meeste zelfstandige naamwoorden hebben een meervoud op -en
Vaak kun je -en gewoon aan het woord vastplakken, maar niet altijd
soms:
Slide 3 - Slide
Uitzonderingen
Soms moet je de laatste letter verdubbelen: fles - flessen, hak - hakken
Soms moet je een klinker weghalen: haar - haren, beer - beren
Soms moet je een -f veranderen in een -v of een -s in een -z: boef - boeven, laars - laarzen, wolf - wolven
Slide 4 - Slide
Een extra -e of niet?
Bij woorden die eindigen op -ee of -ie, moet je letten op de klemtoon in het woord. Ligt de klemtoon namelijk op de laatste lettergreep van dat woord, krijg je een extra -e in het meervoud. Op de laatste -e van een woord ligt dan altijd een trema:
Woorden die eindigen op -es, -ik, -el, -es, -it, -il, -um, waarbij de klemtoon NIET op de laatste lettergreep ligt, krijgen in het meervoud GEEN klinkerverdubbeling:
DREUmes - dreumesen
PERzik - perziken
BANGerik - bangeriken
Slide 13 - Slide
Meervoud van ambachtsman
A
Ambachtsmannen
B
Ambachtslieden
C
Ambachtslui
D
Ambachtsmanen
Slide 14 - Quiz
Meervoud van monnik?
A
Monniken
B
Monnikken
Slide 15 - Quiz
Meervoud van fotograaf?
A
Fotografen
B
Fotograven
Slide 16 - Quiz
Meervoud van paus?
A
Pauzen
B
Pausen
Slide 17 - Quiz
Meervoud van vijandigheid?
A
Vijandigheiden
B
Vijandigheden
Slide 18 - Quiz
Meervoud van provincie?
A
Provinciën
B
Provincieën
C
Provincies
Slide 19 - Quiz
Meervoud van pony?
A
poniën
B
ponieën
C
pony's
Slide 20 - Quiz
Meervouden op -s
Naast meervouden op -en kun je ook een meervoud hebben op -s of -'s
Als het woord eindigt op een klinker (a, o, u, i, of y), krijgt het meervoud 's
Let op: bij woorden die eindigen op twee of die klinkers die samen een klank vormen, schrijf je de -s weer vast! (cadeaus)
Slide 21 - Slide
Let op:
Woorden die eindigen op een -é, krijgen in het meervoud -s eraan vast! Cafés
Woorden die eindigen op twee klinkers, die je los uitspreekt, krijgen de -'s: cavia's, radio's