Vragen bij 2.1 - blz 57 - boek of online
1. Welke drie groepen plantensoorten kent het gebied?
2. Noem twee manieren waardoor loofbomen in dit gebied zich hebben
aangepast aan het klimaat. 3. Wat is de minimale temperatuur voor een olijfboom?
4. Welke drie vormen van landbouw komen hier voor? Leg alle 3 de vormen uit.
5. Wat is een nadeel van droogtelandbouw?
6. Wat is een voordeel van de boom/struikencultuur?
7. Geef 4 voorbeelden van bomen en struiken die daar groeien.
8. Waarom komen druiven voor consumptie vooral uit Noord-Afrika?
9. Welke gewassen kunnen door irrigatie ook in dit gebied groeien?
10. Wat is transhumance?
11. Waardoor neemt het traditionele nomadenbestaan af? Geef 4 redenen.