3.4 dieren

3.4 dierenrijk
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

3.4 dierenrijk

Slide 1 - Slide

Doel van de les: 
Je kent functies van het skelet

Je kent 2 soorten skeletten

je weet dat het kenmerk skelet gebruikt wordt om dieren te ordenen

Je kunt de 8 stammen noemen waarin dieren worden ingedeeld

Slide 2 - Slide

klassen

Slide 3 - Slide

ordenen
om te bepalen of een organisme een plant, een dier of een schimmel is:

kijk naar de cellen.

Slide 4 - Slide

We kijken naar : voortplanting

Slide 5 - Slide

we kijken naar skelet 
eencellige
Stammen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

stammen zijn geordend op: 

skelet:
geen skelet
inwendig skelet
uitwendig skelet

Slide 8 - Slide

sponzen
2
wormen
3
neteldieren
4
stekelhuidigen
5
weekdieren
6
geleedpotigen
7
gewervelden
8
eencellige
1

Slide 9 - Slide

geleedpotigen
poten bestaan uit 'leden'.
lichaam bestaat uit segmenten

duizend potigen: veel poten
kreeftachtigen: 10-14 poten
spinachtigen: 8 poten
insecten: 6 poten

Slide 10 - Slide

Gewervelde dieren
Het dierenrijk kent 7 stammen. 

Eén van de stammen noemt men 'gewervelden'. 

Binnen de stam van de gewervelden zijn er 
5 groepen.
Alle gewervelde dieren hebben een inwendig skelet. Een onderdeel van dat skelet is de wervelkolom. De wervelkolom is opgebouwd uit wervels.
gewervelden
Tweezijdig symmetrisch
Inwendig skelet

Ze hebben een wervelkolom die opgebouwd is uit wervels



Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

begrippen

inwendig en uitwendig skelet
geleedpotige 
klassen indeling van geleedpotige en gewervelde
indelig in rijk, stammen en klasse

dieren- geleedpotige- spinachtige

Slide 13 - Slide

Doel van de les gehaald? 
Je kent functies van het skelet

Je kent 2 soorten skeletten

je weet dat het kenmerk skelet gebruikt wordt om dieren te ordenen

Je kunt de 8 stammen noemen waarin dieren worden ingedeeld


Slide 14 - Slide