Oktoberfest

V3 - Woche 8 - Stunde 2
1 / 22
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

V3 - Woche 8 - Stunde 2

Slide 1 - Slide

Planung der Stunde

Sehen und Hören: Reportage über Oktoberfest (in Lessonup)

Sprechen: Spiel Wer bin ich?



Lernziele

Je leert hoe het Duitse Oktoberfest vormgegeven wordt.

Je kunt een reportage over een traditioneel Duits feest begrijpen (B1)

Je kunt vragen stellen en beantwoorden over kenmerken en uiterlijkheden. 

Slide 2 - Slide

Wat weet je al over ....
Oktoberfest

Slide 3 - Mind map

15

Slide 4 - Video

Ratespiel: Wer bin ich?

Slide 5 - Slide

Fragen zu Personen
Welche ja/nein Fragen könnte man stellen? 

- Mann/Frau
- jung / alt
- groß / klein
- Wohnort
- Berühmt 
- Aussehen: Haarfarbe, Augenfarbe, Kleidungsstil 
- Beruf

Slide 6 - Slide

Sprechen: Wer bin ich?
Ihr braucht:
  • 4 Spieler
  • Stift / Bleistift

Spielverlauf:
1. Denk euch eine Person aus die alle aus der Gruppe kennen, z.B. Jemand aus der Klasse, ein Lehrer, Popstar usw. 
Ihr braucht:
  • 4 Spieler
  • Stift / Bleistift
  • Klebezettel


Spielverlauf:
  1. Denk euch eine Person aus die alle aus der Gruppe kennen, z.B. jemand aus der Klasse, ein Lehrer, Popstar usw. Notiere den Name auf dem Klebezettel. Deine Mitschüler dürfen deinen zuerst Zettel nicht sehen!
  2. Ihr klebt den Zettel an die Stirn eines Mitschülers. Er/Sie darf nicht sehen welche Name auf dem Zettel steht!
  3. Nun beginnt das Ratespiel. Ein Spieler stellt eine Frage zu seiner Person. Alle Fragen müssen mit „Ja“ oder „Nein“ zu beantworten sein. Dann ist die Nächste an der Reihe. 
  4. Errät der Spieler, wer er ist, hat er gewonnen. 
timer
15:00

Slide 7 - Slide

01:08
Hoe groot is het terrein (hoeveel voetbalvelden groot)?

Slide 8 - Open question

01:31
3. Hoe wordt het terrein ook wel genoemd?
A
Wiesn
B
Partymeile
C
Bierfeld
D
Münchener Kirmes

Slide 9 - Quiz

02:22
Wanneer begint men met het opbouwen van het oktoberfest?
A
oktober
B
juni
C
september
D
juli

Slide 10 - Quiz

02:28
Hoe heet de achtbaan?

Slide 11 - Open question

04:11
Hoeveel vrachtwagens zijn er nodig om de achtbaan te vervoeren van
jaarmarkt naar jaarmarkt?

Slide 12 - Open question

05:57
Hoe vaak wordt de achtbaan gecontroleerd en een testrit gereden?

Slide 13 - Open question

07:00
Wie opent het feest?

Slide 14 - Open question

08:27
Hoe oud is de attractie met de loopband al?

Slide 15 - Open question

09:57
Wanneer vond het eerste oktoberfeest plaats?
A
< 100 jaar geleden
B
< 200 jaar geleden
C
< 300 jaar geleden

Slide 16 - Quiz

11:27
Wat vond er tijdens de allereerste “Oktoberfest” plaats?
A
paardenrace
B
voetbaltoernooi
C
bokswedstrijd

Slide 17 - Quiz

13:33
Wat is de inhoud van “eine Maß Bier”?
A
0,5 l
B
0,25 l
C
1 l
D
1,5 l

Slide 18 - Quiz

15:53
Wat betekent het bij de vrouwen als de strik aan de linkerkant
zit en niet rechts?

A
niet geïnteresseerd
B
weduwe
C
getrouwd
D
vrijgezel

Slide 19 - Quiz

19:28
Waarmee heeft de Wiesnpolizei vooral te maken? En wat doen
ze nog meer?

A
zakkenrollers
B
agressieve mensen
C
kinderen/ouders herenigen
D
mensen de weg wijzen

Slide 20 - Quiz

20:08
Welke (hulp)diensten zijn er nog meer aanwezig?

Slide 21 - Open question

20:47
De vrouw jodelt. Wat is de oorsprong hiervan?

Slide 22 - Open question