2TL Spreekwoorden en uitdrukkingen

Welkom:)


Ga rustig zitten en pak je spullen erbij
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom:)


Ga rustig zitten en pak je spullen erbij

Slide 1 - Slide

Wat hebben we de vorige les gedaan?

Slide 2 - Slide

Presentaties inhalen
Heavenly, Elisa, Yana, Timo ? en Andre.

Slide 3 - Slide

 Spreekwoorden en Uitdrukkingen 

Slide 4 - Slide

Spreekwoorden/ Uitdrukkingen 
Verschil ?

spreekwoord= hele zin met een wijsheid 
kleren maken de man

uitdrukking= woordgroep met een figuurlijke betekenis
een hondenleven hebben

Slide 5 - Slide

Verschil spreekwoorden en uitdrukkingen
  • Een spreekwoord is een vaste zin met een wijsheid of tip.
    Bijvoorbeeld: Je moet een gegeven paard niet in de bek kijken. 

  • Een uitdrukking is een woord of groepje woorden met een aparte betekenis die je in zinnen kunt gebruiken.
    Bijvoorbeeld: vlinders in je buik hebben. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

De appel valt niet ver van de boom
A
Appels worden geplukt van een boom
B
Appels vallen niet ver
C
Kinderen lijken vaak op hun ouders
D
Hele goede vrienden zijn

Slide 10 - Quiz

Geen kind hebben aan iemand
A
Kinderen lijken vaak op hun ouders
B
Geen last hebben van iemand
C
Jouw eigen kind of kinderen
D
Van iets wat je jong leert, heb je later veel voordeel

Slide 11 - Quiz

Met bloed, zweet en tranen
A
Boos zijn
B
Hard hijgen omdat je je hebt ingespannen
C
Iemand leuk vinden
D
Ergens veel moeite voor doen

Slide 12 - Quiz

Achter de wolken schijnt de zon
A
nare tijden zijn tijdelijk, het wordt beter
B
niet
C
en regent het
D
eventjes

Slide 13 - Quiz

Een ezel stoot zich niet tweemaal aan dezelfde steen
A
2x dezelfde fout dan ben je heel stom
B
want dat is slim
C
een ezel stoot zich niet
D
stoot zich vaker

Slide 14 - Quiz

Maak opdracht 1, 3 en 5 blz 154
Ben je klaar? Laten zien. Daarna wat jezelf doen.
Tip: ga vast leren voor de toets! 

Slide 15 - Slide