kinderopvang deel C

1 / 40
next
Slide 1: Video
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Peuter

Slide 2 - Mind map

Deel C; peutergroep
Aan het eind van deel C kun jij:
  • aangeven hoe oud een peuter is.
  • een activiteit voor peuters bedenken, uitvoeren en afsluiten
  • samenwerken met peuters, collega's en ouders
  • kleine EHBO handelingen uitvoeren
  • bij verzorgende taken hygienisch en ergonomisch werken

Slide 3 - Slide

Peuter
  • tussen de 2 en 4 jaar oud
  • " nee-fase"
  • peuterpuberteit
  • driftbuien
  • 3,4,5 woord zinnen spreken tot hele zinnen
  • zindelijk worden
  • steeds meer samen spelen, niet verplaatsen in een ander.

Slide 4 - Slide

De peuter
Drie ontwikkelingen:
zindelijkheid,
motorische ontwikkeling
verdere taalontwikkeling.

Slide 5 - Slide

waarvan maken peuterpubers zich net als pubers zich los van?
A
regels
B
vrienden
C
ouders
D
knopen

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Link

maak vraag 1 deel C blz. 77

Slide 8 - Slide

Tekstbron
Werken in de kinderopvang

Slide 9 - Slide

Taak Zindelijk worden

Slide 10 - Slide

Zindelijk worden
Zindelijk zijn is het vermogen om urine en ontlasting op te houden.

gemiddeld rond 2,5 jaar beginnen de kinderen met zindelijk worden.

Voorwaarden: - kind moet sluitspieren kunnen beheersen, verband kunnen leggen tussen aandrang en de wc, kind moet gevoel kunnen aangeven, kind moet kunnen uitkleden en aankleden, weten hoe potje/wc werkt.

Slide 11 - Slide

Zindelijk worden
  • Hoe kan je een peuter zindelijk maken?

Slide 12 - Slide

Een peuter is zindelijk...
In het tweede levensjaar kan het kind zindelijkheid oefenen. Rond hun 3de verjaardag kunnen ze zelf aangeven of ze naar het toilet moeten en toiletgang uitstellen.

Slide 13 - Slide

Zindelijkheid
  • Wat is zindelijkheid?
  • Hoe oud zijn kinderen gemiddeld als zij zindelijk worden?
  • Hoe merk je dat een kind toe is aan zindelijk worden?
  • Is er verschil tussen jongens en meisjes?
  • Hoe zit het met nachtzindelijkheid?
  • Bedenk een plan om zindelijkheid te stimuleren

Slide 14 - Slide

zindelijk worden
facts:
-veel kinderen van 3 jaar zijn zindelijk
-25 -30% van de kinderen is na het 4e jaar helemaal zindelijk
-bijna alle kinderen zijn met 5 jaar overdag zindelijk
-1 op de 10 kinderen van zes jaar is 's nachts niet zindelijk

Slide 15 - Slide

Zindelijk worden

Slide 16 - Slide

Sensomotorische ontwikkeling peuter 2 - 4 jaar 
Zindelijk worden
  • Het kind moet zelf zindelijk willen worden
  • Het kind moet de sluitspieren kunnen beheersen
  • Het kind moet een verband kunnen leggen tussen de  aandrang die het voelt en het daadwerkelijk doen van de behoefte

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

activiteiten doen met peuters
  • goed voorbereiden is het halve werk
  • aansluiten op de spelbeleving van de peuter
  • fijne motoriek / grove motoriek
  • zelf laten ontdekken
  • feedback (alles is goed! gaat om het proces)

Slide 19 - Slide

vraag 10 + 11

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Link

Slide 22 - Link

Slide 23 - Link

samenwerken
  • actief luisteren
  • feedback geven en nemen
  • objectief en subjectief

Slide 24 - Slide

Vul de nieuwsbrief aan.
opdracht 13

Slide 25 - Slide

Wat van de onderstaande observaties is objectief?
A
zij is echt heel leuk!
B
zij is echt stom
C
ik vind haar trui mooi
D
zij heeft een rode trui aan

Slide 26 - Quiz

Begeleiden bij spel
opdracht 19

Slide 27 - Slide

Spel en activiteiten
- Belang van spel en activiteiten
- aanbieden en begeleiden van spel en activiteiten.
- Individuele en gezamenlijke activiteiten

Slide 28 - Slide

Soorten spellen 
Bewegingsspel
beweging als spel
Imitatiespel
kind speelt een rol
Constructiespel
kind zet iets in elkaar
Fantasiespel
kind gebruikt zijn fantasie om een nieuwe wereld te maken
Regelspel
spel met regels en afspraken 

Slide 29 - Slide

Opdrachten maken



Opdracht 17 / 18 / 19 

Instructiekaart bewegingsspel 
Lamineren instructiekaart

Slide 30 - Slide

bewegingsspel
lekker rennen over het plein 
dansen en springen
van de glijbaan af en op het speeltoestel 
elkaar nadoen
> buiten spelen is belangrijk! 

Slide 31 - Slide

Opdracht
Bedenk een dans- of bewegingsspel voor peuters
Spelinstructie
Praatje-Plaatje-Daadje (PPD)

Slide 32 - Slide

Mogelijkheden bieden tot keuze van spelmateriaal voor ieder kind
Veel aandacht voor bewegingsspel
Bewegingsspel binnen maar vooral ook buiten
Manipulerend spel ombuigen naar acceptabele vorm

Slide 33 - Slide

Peuters:
Voorkeur voor bewegingsspel 

  • Rennen over het plein 
  • Dansen en springen
  • Speeltoestel --> Glijbaan/klimtoestel/ballenbak
  • En daarbij elkaar nadoen

  • Buiten spelen is belangrijk! 

Slide 34 - Slide

Spelbegeleiding
Betrokkenheid bij het spel creëren
  • rustige aanwezigheid en nabijheid
  • meespelen op initiatief van het kind
  • het spel regisseren
  • geleide spelactiviteiten

Slide 35 - Slide

Aan de slag!
  • Concentratiespelletje voor jonge kinderen: Luisteren naar de klankschaal
  • Concentratiespel voor oudere kinderen: Commando pinkelen
  • Geheugenspelletje voor ouderen kinderen: Ik ga op reis en neem mee
  • Een kringspel voor oudere kinderen: Moordenaartje
  • Een bewegingsspel voor kinderen: Annemaria Koekoek of Kippenboer
  • Een bewegingsspel voor ouderen: Ballonvolley 
  • Gezelschapsspelletjes voor jong en oud

Slide 36 - Slide

zelfstandigheid stimuleren
  • ontdekken wat is goed en fout
  • trots zijn op behaalde prestaties
  • zindelijkheid
  • leren hoe ver hij/zij kan gaan
  • binnen veilige grenzen

Slide 37 - Slide

veiligheid en EHBO
  • factor voor kinderen?
  • extra bescherming tegen de zon.
  • gevolgen teveel zon
  • vitamine D


  • verslikking
  • vergiftiging
  • voorwerp in een neus/oor

Slide 38 - Slide

aan de slag!
  1. schaafwond verzorgen
  2. bedenken poppenkast voorstelling
  3. bedenken knutselactiviteit (vrij knutselen)
  4. lichte verwonding verzorgen
  5. handelen bij een lichte brandwond

Slide 39 - Slide

wat is het eerste wat je doet als je een slachtoffer ziet liggen?
A
zorgen voor veiligheid
B
vragen wat er is gebeurt
C
koelen
D
112 bellen

Slide 40 - Quiz