Paragraaf 7.7: verkleinwoorden

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Paragraaf 7.7: verkleinwoorden

Opstart:

Wat zijn verkleinwoorden

Ik kan verkleinwoorden spellen

Verkleinwoorden: de regels

Even checken

Lesdoel begrepen?

Cursus 7 paragraaf 7

Opdracht: 

Evaluatie lesdoel

Afmaken opdrachten

Uitzoeken leesboek

Lesdoel

Ik kan verkleinwoorden spellen

Verkleinwoorden

Wat zijn verkleinwoorden?

Welk doel?

Wanneer gebruik je ze vaak?

Verkleinwoorden

Even checken of jullie het begrepen hebben....

Vragen?

Welk verkleinwoorden is goed geschreven?

1. koningkje
2. stationetje
3. bloempje
4. paardtje

Het verkleinwoord van baby is...

1. babietje
2. babytje
3. baby'tje
4. baby's

Wat is het goede verkleinwoord van
accu?

1. accu'tje
2. accuutje
3. accutje
4. accu-tje

Het verkleinwoord van ballon is...

1. ballonetje
2. ballonnetje
3. balontje
4. balonkje

Wat is het goede verkleinwoord van
ski?

1. skitje
2. skietje
3. ski'tje
4. ski-tje

Wat is het juiste
verkleinwoord
van ketting?

1. kettingtje
2. kettinkje
3. kettenigkje
4. kettingetje

Aan het werk

Cursus 7 paragraaf 7

Opdracht 1, 4, 6, 7, 8

Klaar? 

Lezen in je leesboek

Hebben we alle doelen behaald?

Ik kan verkleinwoorden spellen

Wat is nog moeilijk?

Wat gaat al goed?

Huiswerk

Afmaken opdrachten

Leesboek regelen