Les 3: Voorraadbeheer

Gastvrijebediening
Theorie
 

Periode 4 - les 3 - Mevrouw Olyslagers 
1 / 36
next
Slide 1: Slide
BedieningMBOStudiejaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Gastvrijebediening
Theorie
 

Periode 4 - les 3 - Mevrouw Olyslagers 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent voorraadbeheer
ook alweer?

Slide 3 - Mind map

Ijzeren vooraad: veiligheidsvoorraad. De minimale voorraad die van een artikel aanwezig moet zijn.

Technische voorraad: fysieke voorraad. De werkelijk voorraad die van een artikel aanwezig is.

De voorraad bij de bar controleer je tijdens de verblijfsfase
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

De pakbon is de basis voor de factuur die je krijgt van je leverancier
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Als we de temperatuur van melk controleren maken we het pak open
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Afwijkingen noteren we niet op de pakbon
A
Dat klopt niet
B
Dat klopt

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Weekformulier hygiëne:
de temperatuur van kip moet bij ontvangst tussen de
A
0 en 7 graden Celsius zijn
B
0 en 4 graden Celsius zijn
C
max. -15, bij voorkeur -18 graden Celsius

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Weekformulier hygiëne:
de temperatuur van zuivel moet bij ontvangst tussen de
A
0 en 7 graden Celsius zijn
B
0 en 4 graden Celsius zijn
C
max. -15, bij voorkeur -18 graden Celsius

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Weekformulier hygiëne:

de temperatuur van diepvriesproducten moet bij ontvangst tussen de
A
0 en 7 graden Celsius zijn
B
0 en 4 graden Celsius zijn
C
max. -15, bij voorkeur -18 graden Celsius

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions


Pakt de bestelling uit 
en slaat deze op

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Werkvolgorde bij ontvangen van de bestelling
  1. Ontvangst leverancier (eventueel kopje koffie?)
  2. Controle pakbon met de bestellijst.
  3. Controle pakbon met de producten.
  4. Controle van de producten
  5. Tekenen Pakbon (evt. kan dit eerder a.d.h.v. afspraken leverancier)
  6. Producten in de vriezer (binnen 15 min)
  7. Producten in de koeling (binnen 15 min)
  8. Overige producten opslaan.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Stap 1:

Leverancier komt binnen met zijn bestelling.
Vraag of hij koffie lust.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Stap 2:
Controle pakbon met de bestellijst op:
Aantallen
 Artikelen
  Merk
Kwaliteit 


Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Stap 3:
Controle pakbon met de producten op:

Is alles geleverd?
Noteer de manco's
Ligt je leidinggevende in


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Stap 4:
Controle van de producten:
Etikettering 
Temperatuur 
Gewicht 
Kwaliteit  
Breuk en beschadigingen 
TGT en THT datum 


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Manco's en nu?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Stap 5:


Tekenen Pakbon voor akkoord

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Stap 6, 7 en 8:
Opslaan van producten (binnen 15 min):

Producten in de vriezer 
Producten in de koeling 
Overige producten opslaan

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Weekformulier hygiëne

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat is de juiste werkvolgorde?
Werkvolgorde 1
Werkvolgorde 2
Werkvolorde 3

Slide 25 - Slide

Goede antwoord is werkvolorde 2

Ontvangst leverancier (eventueel kopje koffie?)
Controle pakbon met de bestellijst.
Controle pakbon met de producten.
Controle van de producten
Tekenen Pakbon (evt. kan dit eerder a.d.h.v. afspraken leverancier)
Producten in de vriezer (binnen 15 min)
Producten in de koeling (binnen 15 min)
Overige producten opslaan.
Welk product moet je als eerste opslaan?

A
Zak aardappels
B
Blik tomaten
C
Vacuüm verpakt spek
D
Diepvries gamba's

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Als de verpakking stuk is kun je het product:

A
Het beste meteen weggooien.
B
Meteen weer mee terug geven aan de leverancier.
C
Nog best gebruiken.
D
Het beste meteen bereiden.

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Welk product komt het meest in aanmerking om bij ontvangst na te wegen?
A
Een zak aardappels van 10 kilogram.
B
Een zak drop van 2,5 kilogram.
C
Een tarbotfilet van 3,5 kilogram.
D
Een zak uien van 10 kilogram.

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Je controleert de pakbon met de bestellijst om te kijken of:
A
De juiste artikelen geleverd zijn.
B
Er beschadigde artikelen geleverd zijn.
C
De emballage is geleverd.
D
De juiste prijs is berekend.

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Gedeukte blikken moet je:

A
Als eerste opmaken.
B
Altijd terug sturen.
C
Voorzichtig openen omdat er een gas in kan zitten.
D
In de koeling bewaren.

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Het weekformulier hygiëne:


A
 Moet je elke maand minimaal 1x invullen.
B
Gebruik je om te noteren wie op welk tijdstip het toilet heeft schoongemaakt.
C
Gebruik je om van een willekeurige levering alle producten te controleren.
D
Heeft onder andere te maken met de controle van de opslag van producten.

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Je ziet dat de display van de diepvriescel een temperatuur aangeeft van -22,50C.

Wat moet je doen? 
A
Een monteur bellen.
B
De producten overbrengen naar een andere diepvriesruimte.
C
Niets.
D
De producten laten ontdooien en als werkvoorraad gebruiken.

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Welke stelling is juist?
I Wanneer je de temperatuur meet hoef je deze niet te noteren.
II Wanneer je verschillende producten temperatuurt dan hoef je thermometer niet steeds schoon te maken.
A
 Stelling I is juist, stelling II is onjuist.
B
Stelling I is onjuist, stelling II is juist.
C
Beide stellingen zijn juist.
D
Beide stellingen zijn onjuist.

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet je doen als de temperatuur van een product te hoog is?
A
Het product zo snel mogelijk in de koeling plaatsen.
B
Het product gelijk bereiden in de keuken.
C
Het product mee terug geven aan de leverancier.
D
Het product zo snel mogelijk in de vriezer plaatsen.

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Geleverde producten moet je controleren op:
I THT – datum en etikettering.
II Kwaliteit en prijs.
A
Stelling I is juist, stelling II is onjuist.
B
Stelling I is onjuist, stelling II is juist.
C
Beide stellingen zijn juist.
D
Beide stellingen zijn onjuist.

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Welk product moet je als laatste opslaan?

A
Blik olijfolie
B
Verse zeebaars
C
Kroppen sla
D
Diepvries t-bone steak

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions