3tvm- Unité 3 -4/6

3tm- Unité 3
(L'Afrique francophone)

Les objectifs du chapitre
Après ce chapitre tu peux :
  • décrire une personne
  • décrire un événement
  • donner son opinion/ avis
  • réagir à une discussion/ un sujet
Théorie
  • GR révision §5: het bijvoeglijk naamwoord
  • GR révision §6: het bijvoeglijk naamwoord, bijzondere gevallen
  • Apprendre 5: l'adverbe
  • Apprendre 8: devoir, recevoir (moeten, ontvangen)
  • GR révision §37.40: perdre (verliezen)

Matériel à apporter
Aantekening schrift
Je werkboek met je naam op.
Opgeladen Macbook
Oordopjes
1 / 42
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3tm- Unité 3
(L'Afrique francophone)

Les objectifs du chapitre
Après ce chapitre tu peux :
  • décrire une personne
  • décrire un événement
  • donner son opinion/ avis
  • réagir à une discussion/ un sujet
Théorie
  • GR révision §5: het bijvoeglijk naamwoord
  • GR révision §6: het bijvoeglijk naamwoord, bijzondere gevallen
  • Apprendre 5: l'adverbe
  • Apprendre 8: devoir, recevoir (moeten, ontvangen)
  • GR révision §37.40: perdre (verliezen)

Matériel à apporter
Aantekening schrift
Je werkboek met je naam op.
Opgeladen Macbook
Oordopjes

Slide 1 - Slide

  • het is een franse les
  • (onbewust) vocabulaire, grammatica en zinstructuur te leren 
  • een link te kunnen maken tussen wat je hoort en hoe je dat schrijft
  • hoe meer je frans hoort en praat, de sterker je wordt 
  • je spreekvaardigheid te verbeteren
  • de basis van de taal en conversaties te leren kennen. 

Slide 2 - Slide

Woordjes leren 
Hoe vaker je dit herhaalt, hoe beter dit in je lange termijn geheugen
komt.Beter iedere dag 10-15 minuutjes dan 3 uur net voor de toets.
Frans>Nederlands: de Nederlandse vertaling afdekken en hardop vertalen.
Nederlands>Frans: de Franse vertaling afdekken. Schrijf de Franse vertaling op en kijk
jezelf goed na / laat iemand anders nakijken.
Herhaal de fout geschreven woorden net zolang tot het goed gaat.
Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een apart vocabulaire schrift.
Bedenk je eigen systeem: zelf kaartjes maken, werk met kleurtjes, zelf
lijsten maken op categorie, ezelsbruggetjes bedenken, welke woorden
lijken op het Engels, enz.
Online overhoorprogramma’s: WRTS, WOZZOL, Quizlet

Slide 3 - Slide

Grammatica leren
Luister naar de uitleg van de docent. Maak zelf aantekeningen bij de
uitleg. Hier leer je meer van dan alleen maar de grammatica lezen.
Stel actief vragen als je iets niet begrijpt.
Bekijk de video-uitleg in de metro van Carte Orange.
Soms heeft de docent een extra filmpje geplaatst in Classroom/SOM.
Google eventueel zelf naar een uitleg op YouTube die jou helpt de stof
te begrijpen. Maak de grammatica oefeningen. Herhaal deze totdat je
het begrijpt.

Slide 4 - Slide

Hoe leer je woordjes en grammatica?
Na de schoolperiode worden woorden en grammaticaregels niet meer regelmatig gebruikt, dus wordt er heel veel van vergeten. Reactivering is dan nodig en dat doe je het handigst door opzoeken.
Geen leerling kan alle woorden en alle grammaticaregels van de vreemde taal leren. Als de leerling na zijn schoolperiode nog iets wil met de vreemde taal, is opzoeken één van de aangewezen manieren om bij te leren. 
E. Kwakernaak.

Opzoekgrammatica en woordenboeken ontwikkel je opzoekvaardigheid en autonomie.
Als docent: geef ik dus niet meteen het aantwoord op vragen die jezelf kan opzoeken. 


Slide 5 - Slide

Quelques Faits....
  • 115 millions d'Africains (en Afrique) parlent le français
  • Ils se répartissent sur 31 pays d'Afrique 
  • Il y a plus de francophones en Afrique qu’ailleurs dans le monde ! 
  • (plus qu'ailleurs=meer dan elders)
  • Le français est parlé comme première ou deuxième langue 
  • Dans les classes supérieures de la société le français est souvent la première langue 
  • Le français est toujours en montée (étudier et/ou travailler en France/Suisse/Canada) 
  • La francophonie est l’un des résultats de la colonisation
  • Le français de France, de Belgique, du Canada ou d’Afrique n’est pas tout à fait le même. 
  • Le français est une langue vivante

Slide 6 - Slide

Bamako - Mali
Abidjan - Côte d' Ivoire

Slide 7 - Slide

Antananarivo - Madagascar
Alger - Algerie

Slide 8 - Slide

Dakar - Senegal
Kinshasa - Congo

Slide 9 - Slide

Qu'est ce que nous allons faire?
Mercredi 8 Janvier 2019
timer
15:00

Slide 10 - Slide

Qu'est ce que nous allons faire?
Jeudi 9 janvier 2020 (SO 1 appr 1, 2, 3, 4 + het bij nmw)

  1. Corriger ex. 5-6 2min
  2. faire ensemble audio ex.8ab
  3. Lire conv 1 et faire individuellement ex. 9, 10, 11
  4. Lire Aya de Yopougon + ex.13, 14 Huiswerk.
  5. Jouer à Quizletlive A1-2
timer
15:00

Slide 11 - Slide

Qu'est ce que nous allons faire?
Mardi 28 janvier 2019
  1. Corriger ex. 13-14 + woordpictionary A4 
  2. Uitleg pptx: A5: l'adverbe
  3. Choisir adj/ adv? audio ex.16
  4. Faire individuellement ex. 15-17-18
  5. Kahoot 1, 2

timer
15:00

Slide 12 - Slide

Tekst
Waarover zegt een bijwoord iets?
Bijvoegelijk + bijwoord
Bijvoegelijk + bijwoord
over de hele zin
over een ander bijwoord
over een bijvoeglijk naamwoord
over een werkwoord
fatal 
faible 
pauvre 
brutal 
silencieux 
actuel
Joli
poli 
vrai
gentil
Il écrit très lentement
actuel+ment
C’est très beau
Il parle poliment
silencieux+ment
pauvre+té
faible+ment
actuelle+ment
brutale+ment
brutal+ment
fatale+ment
faibl+ment
pauvre+ment
Malheureusement, je ne suis pas totalement crevé (uitgeput)
silencieuse+ment
fatal+ment
joliment
joliement
poliment
poliement
vraiment
vraiement
gentiment
gentillement

Slide 13 - Drag question

Tekst
Onregelmatig gevormd bijwoorden
bon (goed)
meilleur (beter)
mauvais (slecht)
gentil (aardig)
énorme (enorm)
long (lang)
patient (geduldig)
prudent (voorzichtig)
méchant (gemeen)
violent (heftig)
Gentiment
Meilleurement
Gentillement
Énormément
Longtemps
Longement
patiemment
prudemment
méchantement
mal
violemment
mieux
bonnement
bien
Énorment
méchamment
violentement
prudentement
patientement
mauvaisement

Slide 14 - Drag question

Qu'est ce que nous allons faire?
Mardi 4 fevrier 2020- C N M

  1. Corriger ex. 26-27-28 
  2. Révision : Test Lessonup.
  3. Quizizz Adj Q   - 
  4. Kahoot le Futur

timer
6:00
2 3 4 5 6 7 8


Liste d'exercices sur le passé composé
onregelmatige werkwoorden in TB paragraaf 37 p.123
(er-ir-re) j' attendr(e)ai= ik zal wachten
aller= j'irai = ik zal gaan
avoir= j'aurai= ik zal hebben
être= je serai= ik zal zijn
aller= j'irai= ik zal gaan
faire= je ferai= ik zal doen
pouvoir= je pourrai= ik zal kunnen
vouloir= je voudrai= ik zal willen

Slide 15 - Slide

Qu'est ce que nous allons faire?
Mercredi 5 fevrier 2020

  1. Reviser : 
  2. P.C, futur, Imp 
  3. Op magister ex. Extra oef bijw / bijv.nmw
  4. Quizizz bijv.nmw   - K! Le Futur

timer
6:00
2 3 4 5 6 7 8


Liste d'exercices sur le passé composé
onregelmatige werkwoorden in TB paragraaf 37 p.123
(er-ir-re) j' attendr(e)ai= ik zal wachten
aller= j'irai = ik zal gaan
avoir= j'aurai= ik zal hebben
être= je serai= ik zal zijn
aller= j'irai= ik zal gaan
faire= je ferai= ik zal doen
pouvoir= je pourrai= ik zal kunnen
vouloir= je voudrai= ik zal willen

Slide 16 - Slide

Qu'est ce que nous allons faire?
Jeudi  fevrier 2020


  1. SO app A1,4FN + A2,3 NF
  2. 1 jour, 1 question
  3. Analyser le type de question  au E.T
timer
20:00

Slide 17 - Slide

Qu'est ce que nous allons faire?
Jeudi 6 février 2020 (Eindtoets op 11.02)

  1. Video Hoe bereid je een toets 
  2. Révision Het bijwoord-Bijvoeglijk nmw + Pré/Fut/Imp /P.C
  3. Maak de D-toets 


timer
30:00
2 3 4 5 6 7 8


Slide 18 - Slide

In welke tijd staat de zin?
Tu écoutais la radio?
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)
D
Futur (toekomende tijd)

Slide 19 - Quiz

prendre - Imparfait
nous ......

Slide 20 - Open question

In welke tijd staat de zin?
J'aime le français
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)
D
futur (fut)

Slide 21 - Quiz

In welke tijd staat de zin?
Tu habitais où?
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 22 - Quiz

Le crayon est _______ (rouge)

Slide 23 - Open question

Les garçons sont ... (petit)

Slide 24 - Open question

Les chaussures (f) sont ... (bleu)

Slide 25 - Open question

Wat is het juiste antwoord?
J'ai _______(vrai) besoin de l'argent
A
vraie
B
vraiement
C
vrai
D
vraiment

Slide 26 - Quiz

Wat is het juiste antwoord?
C'est un _______ livre.
A
mauvaise
B
mal
C
mauvais
D
mals

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Link

Wat ga je nu doen?
- Maak 3 zinnen met een adjectif qualificatif
- Gebruik de onderstaande plaatjes om deze 3 zinnen te vormen. 
Iedereen noemt straks zijn zinnen op, je geeft feedback aan elkaar.

timer
2:00

Slide 29 - Slide

LA MUSIQUE AFRICAINE
Senegal: Youssou N'Dour - 7 seconds
(hij probeerde zich kandidaat te stellen voor het presidentschap in Senegal en is uiteindelijk minister geworden)
Congo: Maitre Gims - Je m'tire
Côte d'Ivoire: Tiken Jah Fakoly - Africain à Paris
Cameroun: Yannick Noah - Métisse
Rwanda: Corneille - Parce qu'on vient de loin

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Slide 34 - Video

Slide 35 - Video

Hoe zeg/vraag je ook alweer? 
  • dat je graag een cola wilt?
  • of ze iets te eten hebben?
  • dat je een salade neemt?
  • dat je beter kip kunt nemen?
  • dat je de rekening wilt?
  • dat je een kamer voor twee personen wilt reserveren?
  • of het ontbijt is inbegrepen?
  • hoe laat je aan denkt te komen?
  • of je er met de trein naar toe kunt

Slide 36 - Slide

L'Afrique Francophone

Slide 37 - Slide

Eindtoets Unité 3
Mardi 11 février 2020
  • Tafels uit elkaar
  • Telefoons uit en in je tas
  • een boek/huiswerk van te voren
  • Geen vragen stellen tijdens de eerste 10min
  • Geen vragen stellen over betekenis van woorden
  • Lees heel goed de vragen meerdere keren, als je nog niet snapt dan mag je mij roepen.
  • Klaar? controleer je antwoorden en lever je  toets in.
  • Blijf stilte.
  • Zet de tafels weer terug en sluit de stoelen aan
timer
45:00

Slide 38 - Slide

 Toetsprotocol
  1. Éen pen, boeken / huiswerk van te voren.
  2. Tassen en/of jassen, etuien,  voor/achterin het lokaal met daarin uitgeschakelde mobiele telefoon en smartwatch.
  3. Tafels uit elkaar.
  4. Vanaf het uitdelen tot aan het einde van de toets stil blijven.
  5. Geen inhoudelijke vragen stellen over de toets. Er mag wel melding worden gedaan van eventuele onvolkomenheden (bijv. ontbrekende bron etc.).
  6. Blijf tijdens het maken van de toets in het lokaal (niet bijv. naar de wc).
  7. Als je klaar bent leg de toets bovenop het antwoordblad rechtsboven, in de hoek, op je tafel. 
  8. Blijf in het lokaal op je plaats tot het einde van de les. Geen telefoon of laptop gebruiken. 
  9. Te vroeg klaar? Bonusvraag : ________________________________________________?
timer
42:00

Slide 39 - Slide

Qu'est-ce que tu as appris?

Slide 40 - Slide


Devoirs :
maken: Option lire 
+ D-toets Unité 2

 

Raap de papieren van de grond op en zet je stoel goed achter de tafel. 

Slide 41 - Slide

Vidéo clip
Linda Lemay- La Visite
Stromae -Alors on danse!
Dadju Reine- Aime Moi Demain 
Maître Gims
Kaysha, On Dit Quoi?
MHD-A kele NTa 
Matt Houston feat P-Square-Positif
Lynnsha et Lady Sweety-Ma Rivale
Keblack Vendeur de rêves
Moussier Tombola
Mokobe C’est Dans La Joie
113 & Magic system - Un Gaou Oran
Stromae- Tous Les Mêmes
Diam’s- La Boulette
Zaho, C’est Chelou
IAM, Petit Frère
IAM, Nés Sous La Même Étoile  
Sexion d’Assaut- Africain
Maître Gims- Malheur, Malheur


Wat leer je voor de toets?

Grammaire révision §19: de ontkenning p. 115
Grammaire révision §20: de of d' na een ontkenning p.116
Apprendre 5: le futur 
Grammaire révision § 36: le conditionnel p.122
Apprendre 8: boire, croire
Grammaire révision §37.8: choisir p.123


Slide 42 - Slide