Thema 7 BS 4

Thema 7
Basisstof 4: Schone lucht
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Thema 7
Basisstof 4: Schone lucht

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Je kan uitleggen hoe luchtvervuiling ontstaat
Je weet wat het doel van de ozonlaag is
Je snapt wat de bioindustrie is

Slide 2 - Slide

Herhaling
Dampkring bevat broeikasgassen

Zonnestralen worden deels weer-
kaatst en deels doorgelaten

Slide 3 - Slide

Ozonlaag
Atmosfeer bevat ook ozon
Dit is een belangrijk gas:
- Broeikasgas (, dus aarde warmer)
- Tegenhouden UV straling

Meeste ozon in stratosfeer -->
De ozonlaag

Slide 4 - Slide

Ontstaan ozon
Onder invloed van UV-straling ontstaat ozon

Slide 5 - Slide

UV-Straling
UV-straling van de zon is
schadelijk voor organismen

De ozonlaag houdt een
gedeelte van de
UV-straling tegen

Slide 6 - Slide

Ozonlaag
Ozonlaag wordt aangetast door stoffen
die de mens produceert

Bijvoorbeeld CFK's
- In spuitbussen en koelkasten (vroeger)

'Gat' in ozonlaag boven zuidpool

Slide 7 - Slide

Luchtvervuiling
Lucht kan op verschillende manier vervuild zijn:

  • Smog
  • Fijnstof
  • Verzuring

Slide 8 - Slide

Smog
Smoke (rook) + fog (mist)
- In veel grote steden
- Veel problemen voor longpatiënten
- Dichte smog kan dodelijk zijn

O.i.v. zonlicht ontstaat ozon: beschadigd longen en milieu

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Fijnstof
Zeer kleine stofdeeltjes (micrometers) in de lucht

Groot deel door mensen veroorzaakt:
- Verkeer
- Industrie
- Kachels in woningen
- Etc.

Slide 11 - Slide

Verzuring
Door mensen gemaakte vervuilende stoffen (stikstofverbindingen) komen via lucht of water in de bodem terecht
(zure regen)

Vervuiling van water in de bodem heeft groot
effect op planten en dieren

Slide 12 - Slide

Bio-industrie
Industrie die zo efficiënt mogelijk dierlijke producten produceert

Grote invloed op klimaat door
- Uitstoot broeikasgassen
- Vervuiling door nitraat, fosfaat en ammoniak

Slide 13 - Slide

Bio-industrie
Efficiënte productie betekent ook slechte leefomstandigheden

  • Weinig ruimte
  • Pijnlijke ingrepen
  • Ziektes

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Aan het werk

Lees 7.4: Schone lucht

Maak opdracht 21 en 23 van 7.4

Slide 16 - Slide

Aan het werk
7.4 doorlezen

Maak opdracht 21 en 23 van 7.4
Tijdens toetsnabespreking maak je de opdracht bioindustrie 

Slide 17 - Slide

Aan het werk
  • Lees 7.4
  • Opdracht 21 en 23 van 7.4
  • Maak de extra opdracht die staat beschreven in de studiewijzer

Slide 18 - Slide