Les 2 - overige spelling

Aanhalingstekens
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Aanhalingstekens

Slide 1 - Slide

wat zullen we eten vroeg chantal
Voorzie de zin van de juiste interpunctie.

Slide 2 - Open question

Komma na een citaat

Slide 3 - Slide

Welke zin is goed?
A
'Iedere maand doe ik wat geld in mijn spaarpot', zegt Esmee.
B
'Hier ben ik geboren,' zegt Peter.
C
'Mijn lievelingseten is pizza', Zegt papa.

Slide 4 - Quiz

Vraagteken of uitroepteken?
Als een citaat eindigt op een vraagteken of uitroepteken, dan mag je
zelf beslissen of je wel of geen komma achter het citaat zet.

Slide 5 - Slide

Welke zin is juist?
A
'Wil je warme chocolademelk?', vroeg oma.
B
'Wil je warme chocolademelk?' vroeg oma.

Slide 6 - Quiz

Komma binnen of buiten?

Slide 7 - Slide

zeg Iris vroeg gijs denk jij dat het vandaag mooi weer wordt
(Het citaat is: 'Zeg Iris, denk jij dat het vandaag mooi weer wordt?')
Voorzie de zin van de juiste interpunctie.

Slide 8 - Open question

Ik denk zei lieke dat mijn ouders wel thuis zijn
(Het citaat is: 'Ik denk dat mijn ouders wel thuis zijn.')
Voorzie de zin van de juiste interpunctie.

Slide 9 - Open question

Vragen?

Slide 10 - Open question

De volgende stap
Meervoudsvormen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Even oefenen
Welke meervoudsvorm is juist?
Baby
A
babies
B
baby's
C
babys
D
babie's

Slide 13 - Quiz

Even oefenen
Welke meervoudsvorm is juist?
Lobbes
A
lobbesen
B
lobbessen
C
lobbezen
D
lobbezzen

Slide 14 - Quiz

Even oefenen
Welke meervoudsvorm is juist?
Filosoof
A
filosoven
B
filossofen
C
filosofen
D
filosofes

Slide 15 - Quiz

Even oefenen
Welke meervoudsvorm is juist?

A
politicussen
B
politica
C
politicus
D
politici

Slide 16 - Quiz

Even oefenen
Welke meervoudsvorm is juist?
Categorie
A
categorieën
B
categories
C
categoriën

Slide 17 - Quiz

Even oefenen
Welke meervoudsvorm is juist?
Stommerik
A
Stomerikken
B
Stommerikken
C
Stommeriken
D
Stomeriken

Slide 18 - Quiz

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 19 - Open question

Aan de slag
Maak voor de volgende les opdr. 4 t/m 8 van spelling (hoofdstuk 8) meervoudsvorming (paragraaf 5).

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video