KGT 5: bijvoeglijk naamwoord

Werkwoordelijk gezegde
Ik kan de woordsoort bijvoeglijk naamwoord benoemen in een zin.
Ik kan uitleggen wat een bijvoeglijk naamwoord is. 
Bijvoeglijk naamwoord
Nederlands
Cursus 5 paragraaf 5
Maken blz. 206-207 opdracht 2, 3, 4, 6
Hebben we alle doelen behaald?
Afmaken opdrachten
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoordelijk gezegde
Ik kan de woordsoort bijvoeglijk naamwoord benoemen in een zin.
Ik kan uitleggen wat een bijvoeglijk naamwoord is. 
Bijvoeglijk naamwoord
Nederlands
Cursus 5 paragraaf 5
Maken blz. 206-207 opdracht 2, 3, 4, 6
Hebben we alle doelen behaald?
Afmaken opdrachten

Slide 1 - Slide

Leesboek
Die heb je als het goed is bij je!


De lesstart met 10 minuten lezen in stilte! 
Geen boek? Melden bij docent.
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Huiswerk controle!
paragraaf 4

BK: blz. 204-205 opdr. 1, 2, 4, 5, 7 
KGT: blz 204-205 opdr. 1, 2, 5, 6

Slide 3 - Slide

Lesdoelen

Ik kan een bijvoeglijk naamwoord 
benoemen in een zin.
Ik kan uitleggen wat een bijvoeglijk naamwoord is. 

Slide 4 - Slide

Welke woordsoort is hier onderstreept?

1. Het oude flatgebouw in onze straat wordt de komende maanden opgeknapt.
2. De gele trein rijdt richting Eindhoven. 
3. Mijn moeder wil niet in een heel lelijk flatgebouw zonder lift wonen.
4. Mariëtte gaat vanavond bowlen met haar beste vriendinnen.
5. Die jongen heeft verkering met het kleinste meisje in de klas.

Slide 5 - Slide

Theorie bijvoeglijke naamwoorden
Een bijvoeglijk naamwoord:
- vertelt iets over een zelfstandig naamwoord
- kan voor en achter een zelfstandig naamwoord staan,
bijvoorbeeld: De blauwe trui is kapot.
- stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden zeggen van welk materiaal iets is gemaakt, 
bijvoorbeeld: de zilveren ring

Slide 6 - Slide

Theorie

Slide 7 - Slide

Vragen?

Slide 8 - Slide

Sleep de woorden naar de juiste plek. 
Bijvoeglijke naamwoorden
Andere woorden
lief
kast
aardig
oud
blijven
de
ijzeren
vervelende
boek
gekookte
want
langste

Slide 9 - Drag question

Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
'Omdat mijn moeder een andere baan kreeg.'
A
mijn
B
andere
C
omdat
D
kreeg

Slide 10 - Quiz

Vul het bijvoeglijk naamwoord in.
lief - Het ........meisje zat achter in de klas.

Slide 11 - Open question

Vul het bijvoeglijk naamwoord in.
zorgelijk - Er verscheen een ......rimpel in zijn voorhoofd.

Slide 12 - Open question

Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
'Judith trok een vragend gezicht.'
A
vragend
B
trok
C
gezicht
D
Judith

Slide 13 - Quiz

Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
'Een stil meisje, smalletjes, ze hield zich nogal afzijdig', somde Evelien de Bruin op.
A
stil
B
meisje
C
somde
D
op

Slide 14 - Quiz

Vul het bijvoeglijk naamwoord in.
smal - Ze schoof haar fiets in het .......gangetje.

Slide 15 - Open question

Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
'Jij lijkt me een heel serieus meisje met een groot verantwoordelijkheidsgevoel.'
A
heel
B
serieus
C
met
D
groot

Slide 16 - Quiz

De Notre-Dame in Parijs krijgt hetzelfde ontwerp als voor de ... brand van vorig jaar, zo maakten de architecten die de restauratie overzien in juli bekend. De ... president Emmanuel Macron zei eerder juist dat hij een ...      ontwerp voor de kathedraal wel zag zitten.
verwoestende
Franse
Frans
verwoestend
modern
moderne

Slide 17 - Drag question

Aan het werk!
Cursus 5 paragraaf 5
(Als je geen KGT boek hebt, krijg je een kopie)
Opdracht 2, 3, 4, 6

Klaar?
Nakijken met nakijkboekje.
timer
15:00

Slide 18 - Slide

Evaluatie lesdoelen
Ik kan de woordsoort bijvoeglijk naamwoord benoemen in een zin.
Ik kan uitleggen wat een bijvoeglijk naamwoord is. 

Slide 19 - Slide

Huiswerk volgende les

Afmaken opdrachten
Cursus 5 paragraaf 5
Opdracht 2, 3, 4, 6

Slide 20 - Slide