Les 30 (08-02)

Cours du 8 février
1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Cours du 8 février

Slide 1 - Slide

Programme
  • Presentie
  • Lesdoelen
  • Huiswerkcontrole   
  • Herhalen
       - maakwerk
  • Paragraphe B
      - Klokkijken
  • Au travail!
  • Phrases Clés C
  • Afsluiting
  • Les devoirs

Slide 2 - Slide

Presentie

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Na de les....

...kun je de kloktijden gebruiken.

...ken je woorden die te maken hebben met school.

...kun je vertellen over school.


Slide 4 - Slide

Husiwerkcontrole
Open je boek op p.106-108
ex. 9, 10 en 11

Ik loop langs om het huiswerk te controleren. 

Slide 5 - Slide

Herhaling: Klok kijken
In het Frans zeggen ze eerst het
uur en daarna de hoeveelheid
minuten:
- Het is kwart over 4. 
> Il est 4 heures et quart
   (het is 4 uur en een kwartier)

Slide 6 - Slide

Als je wilt zeggen hoe laat het is begin je de zin met 
'Il est...'
Is het precies 1 uur > Il est une heure.
Is het precies 2 uur > Il est deux heures

Tussen het hele uur en het halve uur, komen er minuten 
bij en die worden gewoon achter het hele uur geplakt.

Tussen het halve en het hele uur, worden de minuten van 
het volgende hele uur afgetrokken, door het woordje moins 


Als je wilt zeggen hoe laat het is begin je de zin met 'Il est...'
 
Is het precies 1 uur > Il est une heure.
Is het precies 2 uur > Il est deux heures

Tussen het hele uur en het halve uur (groen), komen er minuten 
en kwartieren bij. Deze worden achter het hele uur geplakt met   'et'
> Il est quatre heures et quart (kwart over 4, 16.15 uur)
> Il est quatre heures et demie (half 5, 16.30 uur)

Tussen het halve en het hele uur (rood), worden de minuten van
het volgende hele uur afgetrokken, door het woordje 'moins'
> Il est quatre heures moins le quart (het is kwart voor 4, 15.45 uur)

Let op!  Bij zowel een kwart als bij een half uur, komt er ‘et’ (en) tussen. Een kwartier wordt aangegeven met quart en een half uur met demie .             



Slide 7 - Slide

Vervolg...
Je kunt het Franse klokkijken in de groene kant ook wel een beetje vergelijken met digitaal klokkijken:
2:30 uur (half 3)                                  Deux heures et demie (half 3)
2:15 uur (kwart over 2)                      Deux heures et quart (kwart over 2)

Maar in de rode kant van de klok juist niet. Deze kant maakt min sommetjes:

2:45 uur (kwart voor 3)                   Trois heures moins le quart (kwart voor 3)
                                                            > drie uur min 15
2:55 uur (vijf voor 3)                        Trois heures moins cinq (vijf voor 3)
                                                            > drie uur min 5

Slide 8 - Slide

laten we eens oefenen

Slide 9 - Slide

Au travail!
We gaan nu een deel klassikaal en een deel zelfstandig werken.
Maak de volgende oefeningen klassikaal:
- ex. 12c (luisteroefening!)

Daarna:
- ex. 12b. d bereid deze voor. 


Werkafspraken:
1. Stoplicht is oranje; je mag zachtjes overleggen en samenwerken
2. Ben je klaar, ga dan memorie spelen zodra je klaar bent met 12b.
    (zoek de juiste Franse tijd bij de juiste klok)
timer
15:00

Slide 10 - Slide

Les phrases Clés C
Kijk mee naar het gele blokje en daarna opdracht 13. Dit gaat over de verschillende accenten. 





Maak de luisteropdracht. Kijk daarna mee naar 13c 'Parler de l'école.'
13e, pak de woordenlijst van A en B erbij. Vervang nu de schuingedrukte 
woorden voor zoveel mogelijk andere opties. Dit kunnen vakken, tijden 
en getallen zijn. 
timer
5:00

Slide 11 - Slide

Les phrases Clés C
 'Parler de l'école.'
Tu es en quelle classe?                               Je suis en cinquième
                                                                      Je suis en quatrième

Tu as quelle matières le mardi.                Le mardi, j'ai la biologie et les maths.
                                                                      Le vendredi, j'ai l'anglais et l'histoire.

La récré, c'est à quelle heure?                   C'est à dix heures et demie.
La gym, c'est à quelle heure?

Quelle heure est-il?                                    Il est huit heures moins le quart.
            

Slide 12 - Slide

Les phrases Clés C
We gaan nu opdracht 15 doen. Kijk naar de agenda's en kies er eentje uit. Bepaal wie als eerst A is en wie B. Maak een interview en interview elkaar. Wissel van rol.
timer
5:00

Slide 13 - Slide

Afsluiting
'de school', 'het proefwerk' en 'de pauze' vertaal ik als volgt:

Vertel eens wat voor vakken jij vandaag hebt?

Vertaal de volgende kloktijd in het Frans:
- ___ ___ __________________.

Slide 14 - Slide

Les devoirs
Maken voor de volgende les:
- ex. 12a, b,
Apprendre kloktijden + voca A en B

Slide 15 - Slide