OTT en OVT

Hoe vormen we de OTT?
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoe vormen we de OTT?

Slide 1 - Slide

Stam+T
Stam
Infinitief
Infinitief
Stam+T
Infinitief
IK-vorm
JIJ-vorm
HIJ-ZIJ-vorm
WIJ-vorm
JULLIE-vorm
ZIJ-vorm

Slide 2 - Drag question

OVT

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Hoe vormen we de OVT?

Slide 5 - Slide

Pagina 26

Slide 6 - Slide

Pagina 27

Slide 7 - Slide

Zet het werkwoord in de OVT.

Ik (Denken)
A
Dacht
B
Denkt
C
Denkte
D
Denkde

Slide 8 - Quiz

Jij (Spreken)
A
Spreekte
B
Spreekt
C
Sprak
D
Spreekde

Slide 9 - Quiz

Hij/zij (Brengen)
A
Bracht
B
Brengde
C
Brengden
D
Brengte

Slide 10 - Quiz

Zij (meervoud) (zeggen)
A
Zegden
B
Zeide
C
Zegde
D
Zeiden

Slide 11 - Quiz

Wij (blijven)
A
Bleven
B
Blijven
C
Blijfde
D
Blijfden

Slide 12 - Quiz

Jullie (Bedriegen)
A
Bedriegde
B
Bedriegden
C
Bedrogen
D
Bedriegte

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

OVT- Lopen
Hij...

Slide 16 - Open question

OTT- Slapen
Ik...

Slide 17 - Open question

OTT-Drinken
Wij....

Slide 18 - Open question

OVT- Lachen
Ik ...

Slide 19 - Open question

OVT- Spelen
Zij ...
TIP: Meervoud!!

Slide 20 - Open question

OTT- Denken
Hij...

Slide 21 - Open question

OVT- Brengen
Jullie...
TIP: Meervoud!

Slide 22 - Open question

OTT- Vinden
Hij...
TIP: LET OP SPELLING!

Slide 23 - Open question

OTT- Geloven
Jij...

Slide 24 - Open question

OVT- Kiezen
Jij...

Slide 25 - Open question

OVT- verliezen
Ik...

Slide 26 - Open question

OVT- Draaien
Hij...

Slide 27 - Open question

OTT- Willen
Ik...

Slide 28 - Open question

OTT- Krijgen
Jullie...

Slide 29 - Open question