Hoofdstuk 3

Dinsdag 6 februari
- Terugblik hoofdstuk 1 en 2 
- Start hoofdstuk 3 Welvaart en herverdeling welvaart
- Maken opdrachten studiewijzer 
1 / 24
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Dinsdag 6 februari
- Terugblik hoofdstuk 1 en 2 
- Start hoofdstuk 3 Welvaart en herverdeling welvaart
- Maken opdrachten studiewijzer 

Slide 1 - Slide

De lopende rekening bestaat uit vier verschillende deelrekeningen. Dit zijn:

Slide 2 - Open question

Griekenland heeft veel geld geleend, dit heeft invloed op de primaire inkomensrekening van Griekenland. Leg dit uit.

Slide 3 - Open question

Wat is de beste omschrijving van een betalingsbalans? Dit is een overzicht van.....
A
inkomsten en uitgaven van een land
B
inkomsten en uitgaven van de overheid
C
bezittingen en schulden van een land
D
geldstromen van / naar ander land

Slide 4 - Quiz

Land A geeft € 10 mld. aan ontwikkelingshulp (lening), ontvangt € 2 mld. aan aflossing lening land B en inwoners land A kopen voor € 5 mld. aandelen in land B. Wat is saldo hiervan op kapitaalrekening van land A? (alleen getal invoeren)

Slide 5 - Open question

Saldo lopende rekening = 200 mld.
Saldo kapitaalrekening = 150 mld.
De deviezenvoorraad neemt ...
A
af met € 50 mld.
B
toe met € 50 mld.
C
toe met € 150 mld.
D
toe met € 350 mld.

Slide 6 - Quiz

Welke deelrekening en is het een ontvangst of uitgave?
Door een handelsembargo van Rusland exporteert de Nederlandse bloemenhandel minder bloemen naar Rusland.

Slide 7 - Open question

Welke deelrekening? Is het een ontvangst of uitgave? De rente in de VS begint te stijgen, waardoor beleggers meer geld naar de VS verplaatsen.

Slide 8 - Open question

Welke deelrekening? Ontvangst of uitgave?
De inflatie in Nederland is extreem laag, hetgeen gunstig is van de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven.

Slide 9 - Open question

Welke deelrekening en is het een ontvangst of uitgave?
Omdat de wereldeconomie aantrekt, ontvangen Nederlandse multinationals meer winst uit hun buitenlandse ondernemingen.

Slide 10 - Open question

Welke deelrekening en is het een ontvangst of uitgave?
Door een toename van het consumentenvertrouwen gaan Nederlandse consumenten meer lenen en meer kopen.

Slide 11 - Open question

Welvaart
  • Maatstaf is bbp per hoofd van de bevolking
  • Geen rekening houden met consumentensurplus, externe effecten en ontbetaalde arbeid. 

Slide 12 - Slide

Human development Index
- Rekening houden met de levensverwachting, de mate van scholing en het inkomen. 
- HDI tussen 0 en 1, hoe hoger het getal hoe welvarender. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Inkomen in Nederland
Iedere meerderjarige in NL (die kan werken) heeft een inkomen.
Ben je in loondienst, dan ontvang je geld: primair inkomen
Ook werklozen hebben een inkomen (WW of bijstand): secundair inkomen


  • Inkomen verdient met INZET van PRODUCTIEFACTOREN  = primair inkomen
  • Van primair inkomen gaat belasting af, die gaat deels naar mensen die geen of onvoldoende inkomen hebben of een steuntje kunnen gebruiken. Wat jij en iedereen uiteindelijk overhouden is secundair inkomen.

Slide 15 - Slide

Van primair naar secundair inkomen
  • Je ontvangt inkomen door inzet productie factoren = primair inkomen.

  • Daarna betaal je belasting, ontvang je uitkeringen en subsidies, als resultaat houd je secundair inkomen over


Als je werkloos bent (en hebt geen grond en vermogen): geen primair inkomen, wel secundair inkomen (WW of bijstand)

Slide 16 - Slide

Hoe is het inkomen verdeeld?
  • De marktwerking resulteert in een verdeling van inkomsten en beloningen.
  • Zet alle mensen met een inkomen op een lange rij van arm tot rijk.
  • Schrijf erbij wat ze verdienen, en je hebt de inkomensverdeling

Slide 17 - Slide

1 voor 1 is veel werk, stel we delen de bevolking in 10 groepen op

Wat kun je hier mee? Hoe teken je dit in een grafiek?
  • De marktwerking resulteert in een verdeling van inkomsten en beloningen.
  • Zet alle mensen met een inkomen op een lange rij van arm tot rijk.
  • Schrijf erbij wat ze verdienen, en je hebt de inkomensverdeling

Slide 18 - Slide

lorenz curve
horizontale as:
  • bevolking van 0 tot 100%, geordend op inkomen (hier: groepjes van 10%)

verticale as:
  • het inkomen dat CUMULATIEF wordt verdient van het totale inkomen
  • je start bij 0% en eindigt bij 100%

Slide 19 - Slide

Teken de grafiek (5 minuten)
  • De marktwerking resulteert in een verdeling van inkomsten en beloningen.
  • Zet alle mensen met een inkomen op een lange rij van arm tot rijk.
  • Schrijf erbij wat ze verdienen, en je hebt de inkomensverdeling

Slide 20 - Slide

Het eindresultaat
De buik is groot >> de ongelijkheid is ....
De buik is klein >> de ongelijkheid is ....
  • De marktwerking resulteert in een verdeling van inkomsten en beloningen.
  • Zet alle mensen met een inkomen op een lange rij van arm tot rijk.
  • Schrijf erbij wat ze verdienen, en je hebt de inkomensverdeling

Slide 21 - Slide



Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Maandag 12 februari 
H2 7,8 ,9-22 + toepassen H2 23-25,27, 29

Slide 24 - Slide