H3.4 verslag schrijven klas 1C dansvoorstelling

Welkom klas 1C 

Leg al je spullen klaar:
werkboek A, schrift, etui.



1 / 47
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 47 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom klas 1C 

Leg al je spullen klaar:
werkboek A, schrift, etui.



Slide 1 - Slide

Startopdracht - Leesopdracht
Je krijgt een aantal verslagen. Lees deze nauwkeurig.
Wat is het onderwerp?
Voor wie is het verslag geschreven?
Noem een feit. Noem een mening.
Wat vind je van de opbouw? Is er een inleiding, kern, slot?
Wat vind je van dit verslag? Taalgebruik, onderwerp, informatie...
Let ook op hoofdletters en punten.

Slide 2 - Slide

Wat is een verslag?


Slide 3 - Slide

Wat is een verslag?

Een beschrijving van wat je hebt meegemaakt of onderzocht.


Slide 4 - Slide

Leerdoelen

In deze les leer je:
• hoe je een verslag schrijft;
• hoe je 5W1H-vragen gebruikt;
• hoe je verwijswoorden gebruikt.

Slide 5 - Slide

5W1H-vragen
wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.

Slide 6 - Slide

Wat is de bedoeling van een verslag?

Aan anderen mee te delen wat je hebt gedaan, gezien, gelezen of meegemaakt en soms ook wat je daarvan vindt. 


Slide 7 - Slide

Belangrijke punten bij een verslag:

  • informatief
  • Niet teveel aandacht voor bijzaken
  • Duidelijk onderscheid tussen feiten en meningen
  • Heldere opbouw (inleiding, kern, slot)



Slide 8 - Slide

De schrijfopdracht
Waarover schrijf ik?  - de dansvoorstelling van dinsdag
Voor wie schrijf ik?  - klasgenoten
Met welk doel schrijf ik?  - Informeren
Wat voor soort tekst is het?  - verslag met een eigen mening!
Hoeveel tijd staat ervoor?  - 70 minuten
Waar wordt het gepubliceerd?  - Print
Aan welke eisen moet het voldoen?  - Regels verslag
Hoe en door wie wordt hij beoordeeld?  - O / V / G

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Startopdracht - in stilte - 20 minuten
Stillezen in jouw leesboek voor de boekenvlog.
Is je boek uit? Dan mag je (in stilte!) werken aan jouw boekenvlog / boekpresentatie
Of lezen in een ander boek.

Slide 11 - Slide

Stillezen
20 minuten
Ga lekker zitten
Je stoort niemand
Veel plezier!

Slide 12 - Slide

De schrijfopdracht
Waarover schrijf ik?  - de dansvoorstelling van dinsdag
Voor wie schrijf ik?  - klasgenoten
Met welk doel schrijf ik?  - Informeren met eigen mening
Wat voor soort tekst is het?  - verslag
Hoeveel tijd staat ervoor?  - 70 minuten
Waar wordt het gepubliceerd?  - Print
Aan welke eisen moet het voldoen?  - Regels verslag
Hoe en door wie wordt hij beoordeeld?  - O / V / G

Slide 13 - Slide

Evaluatie
Kan je een verslag herkennen?
Kan je zelf een verslag schrijven?
Weet je aan welke kenmerken een verslag moet voldoen?

Slide 14 - Slide

Huiswerk - donderdag 22 mei
Lees de leerteksten over het schrijven van een verslag goed door. H3.4
Een verslag schrijven
Een goede inleiding
Titel van een verslag
synoniemen gebruiken

Verslag dansvoorstelling inleveren via e-mail.
Klaar? Werken aan boekenvlog of H3.5 opdracht 2 t/m 12



Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Waarom is het goed om in een tekst verwijswoorden te gebruiken?

Slide 17 - Slide

H3.4 Verslag
Een verslag gaat over iets wat je hebt meegemaakt.
Regels:
- Schrijf in de verleden tijd.
- Inleiding: waar gaat het verslag over?
- Kern: wat gebeurde er? Gebruik daarbij woorden zoals: eerst, daarna, toen, ten slotte.
- Bedenk een goede titel voor het verslag.


Slide 18 - Slide

5W1H-vragen
wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Welkom klas 1C 

Leg al je spullen klaar:
werkboek A, schrift, agenda, etui, oortjes.
Inloggen en omdraaien.

Slide 21 - Slide

Huiswerk
dinsdag 13-6, 3e
Verslag afmaken en inleveren.
Aantekeningen meenemen naar de les!

Slide 22 - Slide

Welkom klas 1C 

Leg al je spullen klaar:
werkboek A, schrift, etui, leesboek.

Start met 15 minuten stillezen. Je stoort niemand.

Les 3
15-5-2025

Slide 23 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
Stillezen (boekopdracht woensdag 4-6)
Keuze vlog of presentatie in de klas.
Verslag schrijven (oefenen)

Slide 24 - Slide

Leerdoelen

In deze les leer je:
  • hoe je een verslag schrijft;
  • hoe je 5W1H-vragen gebruikt;

Slide 25 - Slide

Wat is een verslag?


Slide 26 - Slide

Wat is een verslag?

Een beschrijving van wat je hebt meegemaakt of onderzocht.


Slide 27 - Slide

Wat is de bedoeling van een verslag?

Aan anderen mee te delen wat je hebt gedaan, gezien, gelezen of meegemaakt en soms ook wat je daarvan vindt. 


Slide 28 - Slide

Belangrijke punten bij een verslag:

  • informatief
  • Niet teveel aandacht voor bijzaken
  • Duidelijk onderscheid tussen feiten en meningen
  • Heldere opbouw (inleiding, kern, slot)



Slide 29 - Slide

Voorbereiding toets (toetsweek)
  • Oefenen met het schrijven van een verslag.
  • Hoofdletters en leestekens
  • werkwoorden in de verleden tijd.
  • verwijswoorden.
  • Woorden die volgorde aangeven.

Slide 30 - Slide

H3.4 Verslag
Een verslag gaat over iets wat je hebt meegemaakt.
Regels:
- Schrijf in de verleden tijd.
- Inleiding: waar gaat het verslag over?
- Kern: wat gebeurde er? Gebruik daarbij woorden zoals: eerst, daarna, toen, ten slotte.
- Bedenk een goede titel voor het verslag.


Slide 31 - Slide

Jouw verslag
Schrijven in Word.
Lees je verslag nog eens goed door.
Denk aan alles wat je geleerd hebt over: hoofdletters, werkwoorden, verwijswoorden, woorden die volgorde aangeven.
verbeter je verslag. Ben je tevreden?  
Laat je verslag lezen aan je klasgenoot (groepjesmaker, e-mail)

Slide 32 - Slide

Waar gaat jouw verslag over?
Optie 1 t/m 3: zie werkblad
Optie 4: iets wat je hebt meegemaakt / gedaan in de meivakantie.

Slide 33 - Slide

Feedback geven
Lees het verslag nauwkeurig.
Is er een passende titel?
Is er een inleiding, kern, slot?
Staat de naam van de schrijver onder het verslag?
Let op: hoofdletters, werkwoorden (VT), verwijswoorden, woorden die volgorde aangeven.
Gebruik de checklist uit je aantekeningenboekje. 


Slide 34 - Slide

Slide 35 - Link

Verbeteren
Typ je tekst in Word.
Voeg alle verbeteringen en tips toe.

Klaar? Maak Test jezelf en de oefentoets H3.7 (spelling)

Slide 36 - Slide

Stillezen
30 minuten
Ga lekker zitten
Je stoort niemand
Veel plezier!

Slide 37 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
  • Verslag afmaken en bespreken
  • Test jezelf en oefentoets H5.7
  • Vragen over de toetsstof
  • oefenen met verwijswoorden

Slide 38 - Slide

Welkom klas 1C 

Leg al je spullen klaar:
werkboek A, schrift, agenda, etui

Slide 39 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
  • Gedichtenposter kiezen
  • Verslag bespreken
  • oefenen met verwijswoorden / synoniemen
  • Vragen over de toetsstof
  • Test jezelf en oefentoets H5.7

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

H3.4 Verslag
Een verslag gaat over iets wat je hebt meegemaakt.
Regels:
- Schrijf in de verleden tijd.
- Inleiding: waar gaat het verslag over?
- Kern: wat gebeurde er? Gebruik daarbij woorden zoals: eerst, daarna, toen, ten slotte.
- Bedenk een goede titel voor het verslag.


Slide 42 - Slide

Waarom is het goed om in een tekst verwijswoorden te gebruiken?

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Link

Slide 45 - Link

Mijnenveld
Eén leerling is gevangen in het mijnenveld.
Handlanger en bedrieger, geven om en om tips.
Er zijn echte mijnen bij, maar ook dummy’s.
Doel: uit het mijnenveld raken.
Taal: deze, die, dat?

Slide 46 - Slide

Finish
Start

Slide 47 - Slide