Lidwoorden + bezittelijke voornaamwoorden

Vandaag
  • Herhaling + vragen
  • Lidwoorden verdieping
  • (bezittelijke) voornaamwoorden
  • A diary of a wimpy kid
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EnglishSecondary EducationAge 11

This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vandaag
  • Herhaling + vragen
  • Lidwoorden verdieping
  • (bezittelijke) voornaamwoorden
  • A diary of a wimpy kid

Slide 1 - Slide

Bij onspecifieke zelfstandige naamwoorden in het Engels gebruik je "a" of "an". Waar ligt dat aan?

2 goede antwoorden
A
A gebruik je bij "het" woorden, An bij "de" woorden
B
"a" gebruik je bij woorden die beginnen, of klinken alsof ze beginnen, met een medeklinker
C
"an" gebruik je bij woorden die beginnen, of klinken alsof ze beginnen, met een klinker
D
Je mag zelf kiezen wanneer je ze gebruikt of niet.

Slide 2 - Quiz

Possesive pronouns and Possessive adjectives
Je kan op twee manieren zeggen dat iets aan iemand behoort

Dit is mijn tas, het is van mij

This is my bag, it is mine

Slide 3 - Slide

Regels
Als het bezittelijke voornaamwoord voor zelfstandignaamwoord komt is het 
My
Your
His/Her
Our
Your
Their

Slide 4 - Slide

Regels
Als het bezittelijke voornaamwoord het zelfstandige naamwoord vervangt wordt het:
Mine
Yours
His/hers
Ours
Yours
Theirs

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

My and mine
I - my - mine
It's my computer 
Bezittelijke voornaamwoord (my) komt voor het zelfstandige naamwoord (computer)
It's mine
Bezittelijke voornaamwoord (mine) vervangt het zelfstandignaamwoord

Slide 7 - Slide

Worksheet
Ook hier krijg je een worksheet van mee! :)

Slide 8 - Slide

Moeilijke woorden?

Slide 9 - Slide

Verhaal?

Slide 10 - Slide

Volgende week
Gaan we een dictee doen over:
  • Werkwoorden (past simple / present simple)
  • Lidwoorden (the, a/an én this, these , that and those)
  • bezittelijke voornaamwoorden
  • Woordjes uit het boek 

Slide 11 - Slide

Tips!
Maak flashcards 

Maak de worksheets

Slide 12 - Slide