19 consumptief krediet niet nakoming ovk distributie eenvimpcompl prod info

1 / 48
next
Slide 1: Slide
Wft BasisMBOStudiejaar 1

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Met welke risico's hebben banken te maken (maar ook klanten?)

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Maken: 
Opdracht Tooske uit Teams!!!

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Aflopend krediet: Kredietnemer betaalt niet op tijd.
Wat is de juiste volgorde voor de kredietverstrekker?

A
in gebreke stelling, 1e en 2e betalingsherinnering, in verzuim, overdracht deurwaarder, vervroegd opeisen, beslaglegging
B
1e en 2e betalingsherinnering, in gebreke stelling, in verzuim, overdracht deurwaarder, vervroegd opeisen, beslaglegging
C
1e en 2e betalingsherinnering, in verzuim, in gebreke stelling, overdracht deurwaarder, vervroegd opeisen, beslaglegging
D
1e en 2e betalingsherinnering, in gebreke stelling, overdracht deurwaarder, vervroegd opeisen, in verzuim, beslaglegging

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Vertragingsrente: rente verschuldigd door de geldlener omdat deze in verzuim is (6:119 lid1BW)


Hoe hoog is de vertragingsrente over het algemeen?
timer
1:00
A
4%
B
Gelijk aan de contractrente
C
De wettelijke rente
D
8%

Slide 12 - Quiz

Mag wettelijk niet hoger zijn dan het percentage rente in het lopende contract (kredietvergoeding)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn volgens jou mogelijkheden als een kredietnemer niet betaalt

Slide 14 - Mind map

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De afspraak met schuldeisers over wat er terugbetaald moet worden heet
A
schuldbemiddeling
B
schuldsanering
C
bewindvoering
D
herfinanciering

Slide 17 - Quiz

WAT IS SCHULDBEMIDDELING
Schuldbemiddeling betekent dat een gemeente, kredietbank of een andere schuldhulpverlener, al uw schulden in kaart brengt en met de schuldeisers contact opneemt over de betaling van uw schulden. Afhankelijk van uw schuldenpositie, de hoogte van uw inkomen en de soort schulden, zal de schuldbemiddelaar aan alle schuldeisers namens u betalingsuitstel vragen of een betalingsregeling treffen. De schuldbemiddelaar zorgt er voor dat deurwaarders en incassobureaus incassomaatregelen of beslaglegging aanhouden. Dit in afwachting van het voorstel van de schuldbemiddelaar. Zo heeft u in elk geval even een adempauze en hoeft u niet elk dag bang te zijn dat er een deurwaarder voor uw deur staat. Indien u maandelijks een vaste inkomstenbron heeft, zoals een bijstandsuitkering of een baan, dan zal de schuldbemiddeling erop zijn gericht om u binnen drie jaar schulden vrij te doen zijn. Daarvoor is het noodzakelijk dat er gedurende drie jaar elke maand een bedrag van uw inkomen opzij wordt gezet voor uw schuldeisers. De schuldeisers ontvangen vervolgens elke maand gedurende drie jaar maandelijks een aflossing. Of er wordt na drie jaar aan alle schuldeisers een kwijtingsbedrag, een deel van hun vordering betaald. Soms kan dit vanuit een saneringskrediet van de gemeentelijke kredietbank. Na deze periode van drie jaar doen de schuldeisers afstand van hun resterende vordering en bent u weer schuldenvrij.
Iedereen heeft recht op schuldsanering

A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Kredietnemer heeft schulden die hij op geen enkele manier meer kan aflossen dan zijn er drie mogelijkheden.
Welke drie?
timer
2:00

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Breed moratorium.
Wat is dat?
timer
1:00
A
In gebreke stelling
B
In verzuim
C
De schuldenaar krijgt maximaal twee jaar "adempauze" in het kader van een minnelijk schuldhulpverleningstraject.
D
De schuldenaar krijgt maximaal een half jaar "adempauze" in het kader van een minnelijk schuldhulpverleningstraject.

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Een Wsnp-bewindvoerder wil een boedelrekening openen voor een particuliere klant. De volgende gegevens zijn bekend.
-Doorlopend krediet ABNAMRO met een limiet van €1.000,00
-Creditcard ABNAMRO met een limiet van €2.500,00
-Betaalrekening ABNAMRO met een saldo van €1.000,00
-Persoonlijke lening ING €8.000,00
-Hypothecaire lening Rabobank €10.000,00
Wie is de huisbank in deze situatie voor het openen van de boedelrekening?

A
ABNAMRO
B
ING
C
Rabobank

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions


Gebonden bemiddelaar =

A
Deze bemiddelaar heeft een eigen vergunning en heeft voor een bepaald product een vaste aanbieder
B
Deze bemiddelaar heeft geen eigen vergunning en bemiddelt alleen voor de producten van de aanbieder onder wiens vergunning hij werkt
C
Deze bemiddelaar heeft een eigen vergunning en doet zaken voor meerdere aanbieders

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions


Deze bemiddelaar heeft geen eigen vergunning en bemiddelt alleen voor de producten van de aanbieder onder wiens vergunning hij werkt.

A
Ongebonden bemiddelaar
B
Gebonden bemiddelaar
C
Verbonden bemiddelaar

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Noem minimaal 2 voorbeelden van eenvoudige producten volgens de Wft.

timer
1:00

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Noem minimaal 2 voorbeelden van impactvolle en/of producten volgens de Wft.

timer
1:00

Slide 35 - Open question

This item has no instructions

Zoek op: Welk document geeft globale info over de financiele dienstverlener?

Slide 36 - Open question

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Zoek op wat bedoelt wordt met een dienstverleningsdocument (DVD)

Slide 38 - Open question

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

1. Schadeverzekeringen vallen onder het provisieverbod.
2. Consumptieve leningen vallen onder het provisieverbod.
A
1. Juist 2. Juist
B
1. Juist 2. Niet juist
C
1. Niet juist 2. Juist
D
1. Niet juist 2. Niet juist

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

1. Een hypothecaire lening valt onder het provisieverbod.
2. Een levensverzekering valt onder het provisieverbod.
A
1. Juist 2. Juist
B
1. Juist 2. Niet juist
C
1. Niet juist 2. Juist
D
1. Niet juist 2. Niet juist

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

1. Het dienstverleningsdocument (DVD) is verplicht bij advies of bemiddeling van producten die onder het provisieverbod vallen.
2. Het dienstverleningsdocument (DVD) is een standaarddocument en hiervoor heeft de AFM een verplichte DVD-generator ontwikkeld

A
1. Juist 2. Juist
B
1. Juist 2. Niet juist
C
1. Niet juist 2. Juist
D
1. Niet juist 2. Niet juist

Slide 46 - Quiz

This item has no instructions

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Vragen?

Slide 48 - Slide

This item has no instructions