1. Je leest het verhaal dat jij hebt gekozen. Onderstreep of arceer belangrijke dingen uit het verhaal met 1 kleur. Onderstreep of arceer elementen uit het verhaal die jij ouderwets vindt met een andere kleur.
2. Schrijf een samenvatting van het verhaal. Maak gebruik van het 5 W's en een H schema: Over wie gaat het? Waar speelt het zich af? Wanneer speelt het zich af? Wat gebeurt er? Waarom gebeurt dit? Hoe eindigt het?
3. Denk nu na over hoe je de grote lijnen van het verhaal kan aanpassen naar onze tijd? Denk aan klimaatverandering, conflicten/oorlog, technologie, communicatie, etc.
4. Kijk welke ouderwetse dingen je hebt onderstreept in het verhaal. Hoe kan je dit in jouw nieuwe verhaal aanpassen naar iets moderns?
5. Begin met schrijven in een word-bestandje in je mapje 'taal jaar 1' in je One Drive