P4Les02 22-04

BIENVENIDOS
1 / 29
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 29 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

BIENVENIDOS

Slide 1 - Slide

La planificación de hoy
Repetir: el pretérito perfecto
Estar + gerundio

Slide 2 - Slide

Gramática página 12
In dit hoofdstuk gaan we verder met de pretérito perfecto. Bestudeer het gele gedeelte op pagina 12 en neem de volgende pagina's van deze presentatie goed door. Dit is een korte herhaling van de pretérito perfecto. 

Slide 3 - Slide

El pretérito perfecto
Regelmatige werkwoorden

Slide 4 - Slide

El paticipio = het voltooid deelwoord
¿Cómo se forma el participio?

Slide 5 - Slide

Los participios irregulares
ver                              visto
hacer                        hecho
poner                        puesto
ser                              sido
decir                          dicho
escribir                     escrito

Let op deze onregelmatige vormen. Veel mensen hadden dit fout op de toets. 

Slide 6 - Slide

¿Cuándo se usa el pretérito perfecto?

Slide 7 - Slide

ejemplos
Hoy hemos hablado mucho español
Esta semana he ido a Ámsterdam
Este fin de semana ha visto una película en el cine
He viajado mucho en mi vida
Has dicho que no comprendes esta frase
Nunca he visitado este museo
He estado dos veces en América

Slide 8 - Slide

El pretérito perfecto con verbos reflexibos

Slide 9 - Slide

El pretérito perfecto con verbos reflexibos
Levantarse
Este fin de semana me he levantado muy temprano

Acostarse
Esta semana me he acostado muy tarde

Eventueel kun je de video nog een keer bekijken op de volgende página.

Slide 10 - Slide

0

Slide 11 - Video

Gramática página 12
Vakantie

Bekijk de voorbeelden goed

Slide 12 - Slide

Gramática página 12
Naar iemands vakantie vragen

dónde                            waar
con quién                    met wie
cuánto tiempo          hoelang
qué                                 wat
cómo                             hoe

Slide 13 - Slide

Gramática página 12

¿cómo?   hoe
como       zoals
como       ik eet (comer)

Slide 14 - Slide

Gramática página 13
Estar + gerundio
Deze vorm gebruik je als je iets aan het doen bent. 

Bijvoorbeeld:
Estoy estudiando = ik ben aan het studeren
Estamos comiendo = wij zijn aan het eten

Hij gaat dus altijd met een vorm van estar

Slide 15 - Slide

Estar + gerundio

Slide 16 - Slide

Estar + gerundio ejemplos
Ik ben aan het eten                             estoy comiendo
wij zijn aan het voetballen               estamos jugando al fútbol
jij bent aan het studeren                  estás estudiando
hij is aan het duiken                           está buceando
jullie zijn aan het leren                      estáis aprendiendo
zij zijn aan het dansen                       están bailando

Slide 17 - Slide

Let op bij wederkerende werkwoorden
Die kunnen op twee manieren. Vergeet het accent niet dat nodig is voor de klemtoon als het wederkerend voornaamwoord en achter aan vast komt. 

Slide 18 - Slide

Samenvattig estar + gerundio in één schema

Slide 19 - Slide

Libro página 11
Haz el ejercicio

Slide 20 - Slide

Tekstboek página 11

Slide 21 - Slide

Tekstboek página 12 número 1
1) lee el texto

2) haz ejercicio B (Martin .....)

3) completa el esquema de ejercicio C
zoek in de tekst alle Ir a + inf, alle pretéritos perfectos, estar + gerundio
Maak ook het gele stukje. Wat staat er op de puntjes?

4) controla tus respuestas en las páginas siguientes

Slide 22 - Slide

Tekstboek página 12 número 1B

Slide 23 - Slide

Tekstboek página 12 número 1C

Slide 24 - Slide

Tekstboek página 12 número 1C

Slide 25 - Slide

Tekstboek página 13 número 2
A) Mira el blog. Wat weet je al als je de plaatjes bekijkt? lees vervolgens het stukje tekst.
B) escucha la entrevista. Vul de persoonlijke gegevens in het gele vakje in.


C) luister nog een keer en maak opdracht C


Slide 26 - Slide

Tekstboek página 13 número 2B

Slide 27 - Slide

Tekstboek página 13 número 2C

Slide 28 - Slide

Hasta el 17 de mayo

Slide 29 - Slide