geslachtskenmerken

• Natuurwetenschappen
• Secundair onderwijs

Is het een meisje of een jongen?

Boek 5. Les 1. Pagina 2.

www.lessonup.com

AFSPRAAK

- Een gewoon-normaal gesprek!

- geslachtsorgaan = deel van het menselijk lichaam

- Groep jong volwassenen = geen kinderen meer!

- nuttige info voor nu en later (partner en ouder)

- respectvol luisteren, vragen stellen en reageren!

- 10/10 (punten aftrekken bij ongepaste reactie)

Leg kort uit wat de studenten aan het einde van de les moeten kunnen.

Waarom plant een mens zich voort?

Wat is ‘geslachtelijke voortplanting’?

Wat is het symbool
van geslacht man?

1. 
2. 

Wat is het trukje om
dit te onthouden?

Wat is het symbool
van geslacht vrouw?

1. 
2. 

Wat is het trukje om
dit te onthouden?

Wat zijn primaire geslachtskenmerken bij een vrouw?

Wat zijn primaire geslachtskenmerken bij een man?

Hoe noem je de periode waarin je verandert van een kind naar een volwassen?

Puberteit

Tijdens de puberteit ontwikkelen de primaire geslachtskenmerken zich verder en ontstaat er secundaire geslachtskenmerken.

Leg uit wat secundaire geslachtskenmerken zijn en welke veranderingen er tijdens de puberteit plaatsvinden.

Welke lichamelijke veranderdingen zijn er
nog die je niet gezien hebt op
de tekening bij het meisje?

Welke lichamelijke veranderdingen zijn er
nog die je niet gezien hebt op de
tekening bij de jongen?

Hoe noemen we deze geslachtskenmerken?

1. Secundaire
2. Primaire
3. puberteit
4. volwassen

anus

vaginaopening

plasgaatje

clitoris

buitenste schaamlippen

1.

2.

3.

6.

4.

5.

binnenste schaamlippen

eileiders

vagina

baarmoederhals

eierstokken

clitoris

1.

2.

3.

6.

4.

5.

Baarmoeder

Tekst lezen op pagina 5 oef 5.

Vul de woorden aan die erboven staan.

Woorden staan ook op bord.

De vulva is het geheel van de inwendige vrouwelijke geslachtsorganen.

1. waar
2. niet waar

De eicellen zitten opgeslagen in de eileiders.

1. waar
2. niet waar

De vagina is een lange structuur tussen de vulva en de baarmoederhals.

1. waar
2. niet waar

Het maagdenvlies bestaat niet.

1. waar
2. niet waar

Voor een bevruchting heb je een eicel en een zaadcel nodig.

1. waar
2. niet waar

Pauze

Kan een maagdenvlies
scheuren?
ZOEK OP en antwoord.

plasgaatje

voorhuid

penis

eikel

1.

2.

3.

4.

5.

balzak

teelballen

urinebuis

zaadblaasjes

prostaat

blaas

1.

7.

2.

3.

6.

4.

5.

bijballen

zaadleiders

Tekst lezen op pagina 7 oef 10.

Vul de woorden aan die erboven staan.

Woorden staan ook op bord.

De zaadblaasjes zitten in de balzak.

1. waar
2. niet waar

De prostaat zorgt voor urine.

1. waar
2. niet waar

De bijbal en de testikel zitten in de balzak.

1. waar
2. niet waar

De zaadleider is uitwendig te zien.

1. waar
2. niet waar

De eikel is uitwendig te zien.

1. waar
2. niet waar

Kan een penis breken?
ZOEK OP en antwoord.

Volgende les.

Boek 5. Les 4.

Het dagelijkse wonder: van zygote tot baby.