Module 3B les 9 (week 15): Brandwonden

Triage Module 3B - Les 9 (week 15)
Brandwonden


2024-2025
                                                    R.Koops
1 / 29
next
Slide 1: Slide
TriageMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Triage Module 3B - Les 9 (week 15)
Brandwonden


2024-2025
                                                    R.Koops

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Mw de Groot belt met een hevig bloedende wond, het bloed spuit eruit Wat doe je?
A
je stuurt de ambulance
B
Je stuurt meteen de dokter
C
Je laat haar binnen een uur komen , nu even goed de wond dichtdrukken met een doek
D
Je geeft advies 10 min goed dichtdrukken, niet kijken, grote kans dat de wond dicht is na 10 min. anders nogmaals proberen.

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Wessel (16 jaar) vraagt in een telefoongesprek over een vieze wond of hij een tetanusinjectie moet hebben. Als kind is hij volledig gevaccineerd.
A
Je geeft aan dat dit niet hoeft, dit hoeft alleen met wonden waar straatvuil/paardenpoep in is gekomen
B
Je zegt: dat weet ik niet, dat vraag ik aan de dokter na
C
Je zegt, zeker, je moet vandaag 2 injecties, , brandwonden zijn extra gevaarlijk en wat goed dat jij dit weet
D
Je geeft aan dat dit niet hoeft, vanwege zijn vaccinatiestatus

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Dhr. Visch is gebeten door een hond, hij heeft een bloedende wond in zijn middelvinger en wijsvinger. Wat wordt je beleid ?Hij heeft 12 jaar geleden zijn laatste tetanusvaccinatie gehad
A
U3, dit moet zo snel mogelijk gehecht worden , ook moet hij een tetanusvaccinatie
B
U2, Hij moet binnen het uur komen, voor wondverzorging tetanus en AB
C
U3, Hij moet komen voor een tetanusvaccinatie en een AB-kuur
D
U4 Je geeft advies de wond goed uit te spoelen, hij mag binnen 24 uur komen voor een tetanusvaccinatie . Een AB-kuur is niet nodig.

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Brandwonden - ervaring?

Slide 5 - Slide

Wie heeft er ervaring vanuit zichzelf of vanuit omgeving?
Wil je hier iets over vertellen
Oorzaken
- Hitte (vuur, hete vloeistof, zon, kachel etc)
- Chemische stof
- Elektriciteit

Waarom is het belangrijk om te weten wat de oorzaak is?

Slide 6 - Slide

Het weten wat de oorzaak is van de verbranding heeft invloed op jouw adviezen/beleid.

Urgenties bij oorzaken

Slide 7 - Slide

Verschil tussen 'gewone' elektriciteit (U2) en 'hoogspanning' (>1000 Volt) (U1)
ABCDE + WHAM
Welke ABCDE vraag vind jij logisch om in te zetten bij de ingangsklacht brandwond?


Welke vragen zou jij in de WHAM-fase stellen? Waarom?

Slide 8 - Slide

D- reactie AVPU – bewustzijn checken
A/B – ademhaling normaal? Kortademig/benauwd/geluiden bij ademhaling?
E – omgeving veilig?

Wees bij de WHAM zo nieuwsgierig mogelijk - je wilt een volledig beeld van de toestand hebben - vraag ook door!
Bij de ingangsklacht is het vooral ook belangrijk om te checken of er al Actie is ingezet en zo ja welke? 
Inhalatietrauma
Weet jij wat dat inhoudt?
Urgentie = U1  - Waarom?


Slide 9 - Slide

Door inhalatietrauma kan de Airway (en/of Breathing) bedreigd raken (door zwelling) 
Bedreiging in de A/B = U1
Eerstegraads
- Geen wond - de huid is niet stuk
- Kan wat gezwollen zijn
- Rood/roze
- Droog 
- Prikkelend tot pijnlijk

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Tweedegraads
Oppervlakkig of diep 
- Glanzend, rood/roze
- De huid is beschadigd 
- Nattend
- Blaarvorming
- Pijnlijk
- Huid voelt soepel

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Derdegraads
- Huid is nog dieper beschadigd
- Wit, beige tot donkerbruin/zwart
- Huid voelt droog/leerachtig
- Nauwelijks pijnlijk
- Huid is stug

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wanneer grote kans op shock/sepsis/Multi -orgaan falen?
Afhankelijk van de grootte van de brandwond. Hoe meer huidoppervlak verband is des te groter de kans op shock/sepsis/multiorgaanfalen
Maar hoe kun je nu aan de telefoon inschatten hoe groot een brandwond is?

Slide 13 - Slide

3 manieren om de grootte in te schatten
Kunnen studenten zelf iets bedenken? Hoe zouden ze dit doen?
Op de volgende slide behandelen we deze methodes
Grootte bepalen
  • Vergelijken met een muntstuk van 2 euro (dit wordt vaak bij   de grootte van de blaren gebruikt)
  • Vergelijken met de hand van de patiënt  (1 hand = 1 %)
  • Regel van 9  - kijk eens naar het plaatje in je boek. Snap je   wat hier mee bedoelt wordt?

Slide 14 - Slide

Belangrijk om wanneer je vraagt naar het aantal 'handen' dat de brandwond groot is - dat het gaat om de EIGEN hand van de persoon die verbrand is (anders staat dit niet in verhouding) 


Regel van 9
- Lichaam is opgedeeld in vlakken van 9% (of 2x 9%)

- Bij kinderen ligt de lichaamsverhouding anders dan bij volwassenen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

U1 - U2 verschillen als het gaat om de grootte van de brandwond

Slide 16 - Slide

Het gaat hier dus om NIET-eerstegraads brandwonden
Locatie van de brandwond
Naast de oorzaak en de grootte van de brandwond is ook de locatie van belang voor het bepalen van je urgentie....

Wat zie je hierover in je boek?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

In deze gevallen altijd U2 - Waarom?

Slide 18 - Slide

Ogen/oren/gezicht:
Invaliderende littekens of verminking

Brandwonden rond neus/mond – houd rekening met inhalatietrauma

Genitalia/perineum
Niet meer kunnen durven plassen

Handen/voeten/gewrichten (Circulair)
Kans op contracturen

Actie inzetten/advies...
Je hebt nu gezien dat het voor de urgentie heel erg belangrijk is dat je goed weet: wat er is gebeurd (oorzaak) waar de brandwond zit (locatie) en hoe groot de brandwond is.

Dit is niet alleen belangrijk voor je urgentie; maar ook voor hoe je de brandwond kunt behandelen - welke adviezen geef je bij de verschillende brandwonden? 

Slide 19 - Slide

Op de volgende slide gaan we onderzoeken wat de verschillende adviezen zijn die je in kunt zetten

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Adviezen bij:


- Algemene (grote) brandwond
- Chemische verbranding
- Verbranding door elektriciteit
- Inhalatietrauma 


Wat moet de patiënt doen?
Denk aan:

- Houding
- Kleding wel/niet verwijderen?
- Temperatuur van het water
- Duur van spoelen/koelen
- Afdekken brandwond

Slide 21 - Slide

Laat studenten in het boek dit opzoeken en opschrijven in een voor zichzelf overzichtelijk schema.

Geef hier 10 minuten tijd voor 

Daarna nabespreken - zijn de verschillen in de adviezen verklaarbaar? 

Algemeen advies bij (grote) brandwonden
Patiënt moet zitten of liggen, kleding verwijderen, desnoods met kleren en al onder de douche en dan de kleding verwijderen. De luier moet zeker verwijderd worden!
Minstens 10 minuten onder lauw stromend (kraan)water. Nooit ijs of ijswater gebruiken. Voorkom afkoeling. Bedek de wonden na het koelen met schone kompressen, lakens of theedoek of plastic huishoudfolie. Niet eten of drinken. Wacht op arts of ambulance.
Kleding (en eventuele luier) verwijderen, zodat de uitgebreidheid van de brandwond goed te zien is. Kleding en luier kunnen veel warmte bevatten, zodat de verbranding blijft doorgaan.

Chemische verbranding
Blijf bij de patiënt als situatie veilig is. Alleen met goede beschermende handschoenen patiënt aanraken. Verwijder besmette kleding. Overvloedig spoelen met lauw water, minstens 45 minuten. Probeer de naam van de chemische stof te achterhalen. Stel stofidentificatienummer vast.

Verbranding door elektriciteit
Denk aan de veiligheid van de beller. Schakel elektriciteit uit. Raak patiënt niet aan wanneer deze onder stroom staat. Houd omstanders verwijderd van personen of voorwerpen die onder stroom staan. Breng patiënt indien mogelijk naar een veilige plaats. Verwijder verbrande kleding niet. Koel wonden met lauw, stromend water. Geef patiënt niets te drinken.

Inhalatietrauma
Denk aan de veiligheid van de beller. Zet in verband met de eigen veiligheid eerst ramen en deuren open. Breng patiënt naar een veilige plaats. Doof vlammen door patiënt in een niet-synthetische deken te wikkelen. Controleer de ademhaling; begin zo nodig met mond-op-mondbeademing. Is de verbranding uitgebreid: houd rekening met shock. Als het slachtoffer bewusteloos is, maar wel ademt: stabiele zijligging.
U5 urgentie
Kun je een voorbeeld bedenken van een situatie waarbij er sprake is van een brandwond waarbij je op een U5 urgentie uit komt?


Slide 22 - Slide

Het gaat hier om kleine brandwonden van eerste of tweede graad


(U5) Kleine brandwond

Slide 23 - Slide

This item has no instructions


Welke U5 zelfzorgadviezen geef je bij een kleine brandwond?

Bij eerstegraadsverbranding (alleen rode huid): geen behandeling nodig. 

Bij tweedegraadsverbranding (blaar): blaar niet doorprikken, tenzij het een grote blaar is die veel hinder geeft; blaar beschermen met niet-verklevend gaas. 
Tegen pijn: paracetamol. Genezing is binnen een week te verwachten.

Wat wordt hierbij je vangnet/contactadvies?


Contact opnemen bij hevige of toenemende pijn, ontstekingsverschijnselen, twijfel over wondgenezing of als de brandwond na 2 weken niet is genezen. 

Ook contact opnemen als in tweede instantie nog blaren ontstaan. 
Een tweedegraads brandwond moet na 24-48 uur door de huisarts worden gecontroleerd.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

In een tetanusvaccinatie nodig bij een brandwond?
A
Ja, altijd
B
Nee, nooit
C
Soms

Slide 25 - Quiz

PEP (post expositie profylaxe) nodig bij diepe 2e en 3e graads brandwonden
Anja de Groot 26 jaar heeft net hete thee over haar onderarm gekregen, zij heeft een brandwond groter dan een 2-euromuntstuk, de huid is rood en er zit geen blaar op.
Wat wordt je beleid?
A
een U3 omdat het groter is dan een 2 euromuntstuk
B
een U2, omdat het circulair is
C
een U5 je kunt advies geven, kleiner dan een handpalm
D
U4 je laat haar voor de zekerheid even komen.

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer krijgt een brandwond een U1 urgentie? meerdere antw. mogelijk
A
bij inhalatie trauma
B
bij brandwond circulair
C
bij kind/oudere met verbrand oppervlak ( niet eerste graads ) groter of gelijk dan 5%
D
bij verbranding door electriciteit

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Bij een derde graads brandwond is
A
de huid rood en intact
B
de huid gevoelloos, stug en leerachtig. De kleur is wit/beige met pijnlijke randen
C
er sprake van verbranding van de pezen, spieren of bot
D
de huid vlekkerig rozerood met witte plekken

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Vragen?
Zijn er vragen?
Zijn alle vragen vanuit de voorbereiding beantwoord? 



Slide 29 - Slide

This item has no instructions